26 Februari, '32
Waarde Heer Lannoo,
Neen, die twee zaken zijn niet met elkaar verbonden,
[1] en indien Gij meent dat ik het aanwend als een soort "chantage", heb ik liever dat het ongedaan blijft,.... en we elk zijn zaken doen.
Mijn beschouwingen zijn de volgende:
- 1) Ik heb absoluut geen garantie, met 't geen Gij me hebt laten zien, dat de druk van Vlaschaard bevredigend zou zijn;- over de mogelijke gevolgen van een onbevredigden druk, heb ik reeds gesproken: de nadeelen vallen op mij!
- 2) Ik wees er op dat er nu vier maanden verloopen zijn, en er nog niets kon beslist worden,- dat werd ik moe.[2]
- 3) Aangezien Gij zoo stug zijt om iets van mij over te nemen, en als uitgever niet de minste risico aandurft,-[3] waar Gij van anderen gedurig partijen boeken overneemt - waarom zou ik dus moeten risico loopen met slechten druk, groot nadeel te ondergaan??? Het is dus ten hoogste genomen: een kwestie van wederkeerig dienstbetoon. Uwe plechtige verklaring: "Het zàl goed zijn!" zegt me niets, zoolang ik geen bewijzen heb. Een drukker moet op Esperato[4] kunnen drukken gelijk op alle ander papier - dàt hoort bij het vak. Mijn boekje "Drie Koningen aan de Kust" is op 5 verschillende soorten papier gedrukt,.... maar daarvoor werd telkens de inkt gewijzigd en de pressing. Dit is dus elementaire vakkennis.
Wat nu het drukken van De Vlaschaard betreft: ik weet heel goed als ik zelf laat drukken, 1) dat het onberispelijk wordt als drukwerk, en ook... wat het mij, boven het honorar[ium], opbrengt aan zuivere winst, maar denk er over 't geen Gij wilt, mij is het in deze zaak allerminst om het lieve geld te doen,- ik treed maar noodgedwongen buiten mijn beroep van schrijver, en laat liever het drukken aan den uitgever, maar dan moet hij ook, onder alle opzichten "uitgever" zijn. Dat is: iets aandurven en het met de noodige middels, ten uitvoer brengen.
Met Cayman nu is die onderneming van Prutske mislukt, omdat hij mij overtuigd heeft met "praten" doch niets heeft gedaan. Ik meen echter dat de zaak te "herdoen" is op eene andere basis, en met de voorwaarden die ik U stel, is dit zeker dat het lukken kan. Eene weigering van uwentwege beschouw ik daarom als een moedwillig afwijzen, en in dit geval laat ik U ook schieten voor andere zaken. Dit is eigenlijk mijne zienswijze. Wilt Gij het wagen met Prutske dan waag ik het ook met De Vlaschaard.
Ziehier nu de voorwaarden:
- 216 ex[em]pl[aren] worden U franco thuisbezorgd, die nu bij Cayman liggen.
- 200 ex[em]pl[aren] zijn nog ongebrocheerd in Kortrijk,-[5] die kunnen U geleverd worden naarmate Gij ze gebruiken kunt, ongebrocheerd, min den prijs van brocheeren: (3.85 fr[anc]s) maar geplooid in cahiers,- ofwel gebrocheerd aan denzelfden prijs der voorgaande partij,-
zijnde samen: 416
exempl[aren] à 50
fr[anc]s per
ex[em]pl[aar] franco te leveren, mits betaling van 500
fr[anc]s den eersten van iedere maand, te beginnen ééne maand na de levering. De verkoopprijs staat U dan heel vrij alsook de heele manier van exploitatie. In dien zin kan een verkoopcontract opgemaakt worden, indien ik bevestiging krijg voor Zondagavond, 28sten eerstkomend. Verder is dit Uwe zaak, doch naar mijn meening, zou ik den verkoopprijs niet hooger stellen dan 75
fr[anc]s en de publiciteit doen als "gunstkoop", met een dozijn pers-
ex[em]pl[aren] voor de gewone vlaamsche dagbladen. Aan den prijs van een gebonden
ex[em]pl[aar] van de
Vlaschaard, moet zoo'n boek toch wel verkoopen?! ik verwacht Uw antwoord en de proefbladen, per omgaande,- want tegen Maandag zou ik gaarne beslissing nemen.
[6]
Hoogachtend gegroet
(handtekening Stijn Streuvels)
Annotations
[1]
Streuvels reageert hier op de brief van Joris Lannoo van
25 februari 1932 waarin hij o.a. het volgende schreef:
Zooeven zond ik Ued. een telegram: Aanvaard Prutske indien ik Vlaschaard mag drukken. — Ik besluit uit uw schrijven, dat het vooral daaraan ligt, dat U zelf wil drukken. Ik wil nu eens bewijzen, dat ik kan drukken. (...)
[3]
De
luxe-editie van Prutske (1930) werd gedrukt bij De Eikelaar te Kortrijk en verdeeld over uitgeversmaatschappij L.J. Veen en H. Cayman. Beiden gaven 500 exemplaren uit onder hun naam. De niet verkochte exemplaren (een partij van 216 exemplaren en een partij van 200 exemplaren) wil Streuvels — twee jaar later — aan Lannoo aanbieden.
In 1930 stelde Streuvels Lannoo voor, de vijfhonderd exemplaren voor België uit te geven. Dit durfde Lannoo niet aan en de uitgave kwam in handen van H. Cayman te Brugge. Blijkbaar kende de verkoop geen groot succes, aangezien H. Cayman zijn niet verkochte partijen (216 exemplaren) in 1932 kwijt wil.
[4]
Esparto is papier dat uit alfa (espartogras uit de Saharastreek) vervaardigd is.
Proost en Brandt NV, Papier op Papier. Verklaring van gewone en ongewone papieruitdrukkingen, p. 6
[5]
D.i. in de drukkerij 'Eikelaar' te Kortrijk'.
[6]
Cf. antwoord van Joris Lannoo in zijn brief aan Stijn Streuvels d.d.
27 februari 1932. Volgens het verkoopcontract van de
luxe-editie van Prutske zal Lannoo 416 exemplaren aan 50 fr. per exemplaar kopen. De manier van betaling geschiedde via maandelijkse aflossingen van 500 fr. Precies n.a.v. deze maandelijkse (niet-)betalingen kwam het tussen Streuvels en Lannoo in november 1934 tot een onenigheid.