<Resultaat 719 van 2531

>

Waarde Heer Lannoo,
Ik heb gister geconfereerd met enkele mannen van 't vak over de manier om dat vaantje[1] in kleur te reproduceeren. Vooreerst werd er in overweging gegeven: of we het vaantje niet vierkant zouden maken in plaats van driehoekig? Op die manier moet er maar één cliché gemaakt worden,- in den bovensten hoek zouden we dan den heiligen plaatsen[2] èn den tekst, en in den ondersten het landschap met kapel. Ik heb er tegen: de tradietie van den driehoek, en praktisch ook wel bezwaar voor vierkant, omdat het toch maar papieren vaantjes zijn en ze aldus te groot worden. Om geen tijd te verliezen, en om dat we later nog altijd het een èn het ander kunnen beslissen, heb ik Paul een afzonderlijken heilige doen teekenen op de maat van den driehoek,- wij kunnen hem dan nog altijd met den tekst, langs den achterkant op den driehoek, of langs den voorkant op den vierhoek aanbrengen.[3]
Als beste manier om het landschap (de oude lithografie uit het boek van Ferrant)[4] te reproduceeren in kleur, heb ik er dit moeten op vinden: ik heb het origineel zelf laten in kleur brengen, gelijk we het hebben moeten, en dan zou dit aan den clicheur overgemaakt worden om te reproduceeren met het systeem: "grain de résine"[5] op die manier zouden we iets hebben dat terzelfder tijde proper èn ook archaïsch zou zijn. Ik zal U dus de gekleurde originele plaat zenden,- die kunt Gij laten clicheren (liefst bij Malvaux, die zulke dingen heel goed doet[6] (voor Prutske b[ijvoorbeeld] was dit uitstekend) En dan de heilige afzonderlijk houden, om op het recto van het vaantje, met den tekst in typografie,- ofwel - alst een vierkant wordt, ineens meedrukken met den anderen cliché.
Paul is ook bezig aan de teekening voor de kleine affiche, die ik dan zal laten snijden in linoleum en U doen opsturen, met de aanduiding der kleuren.
(Nu verneem ik dat het niet gaat om die originele plaat in kleur te brengen - de kleuren pakken niet op dat oude papier - nu wordt er eene calque van gemaakt, waarop de kleuren aangeduid zijn,- van de originele plaat zou dan een cliché moeten gemaakt worden voor het zwart der teekening.)
Het een èn het ander zult Gij eerstdaags ontvangen, want Paul moet Donderdag zijn kamp gaan doen, en ik heb hem twee dagen eer doen naar huis komen. De groote affiche komt dan, na het kamp (binnen zes weken).
Aan Regenboog heb ik geschreven in den zin waarover ik U heb gesproken.[7]
Hoogachtend gegroet
(paraaf Stijn Streuvels)
Voor de stokken der vaantjes moeten we niet in Kortrijk zijn, maar wel in eene fabriek van speelgoed te Deynze - ik heb hier een model en zal verder naar de zaak informeeren.[8]

Annotations

[1] De in de brief vermelde vlagjes, plakbrieven of affiches H. Lemaire, De taal van Stijn Streuvels, deel II/5, p. 1330 kondigden het verschijnen van Tieghem, Het Vlaamsche lustoord aan.
[2] Sint Arnoldus, patroon van Tiegem. Sint Arnoldus wordt enige wonderen toegeschreven. De legende vertelt dat Sint Arnoldus als bisschop op een zekere dag in Vlaanderen vertoefde, waar de pest heerste. In een brouwerij in de buurt roerde hij met zijn staf in het brouwsel en verkondigde dat iedereen die er van zou drinken, zou genezen. En zo geschiedde het. In Tiegem begon de verering van de heilige Arnoldus in 1816 na de wonderbaarlijke genezing van Fransisca d'Hulst uit Rollegem. Met breuken in arm en voet genas de dochter van de smid plots toen ze water gebruikte van de toen pas ontdekte Sint-Arnoldusbron in het Holdenbroekbos, in de buurt van het vroegere ridderslot van de heren van Tiegem. Het jaar daarop was het de beurt aan de weduwe Van Der Schelden. De vrouw had een ongeneeslijke ziekte aan haar zintuigen. Ze besprenkelde haar ogen met het bronwater en genas. Hierna volgde het ene mirakel het andere op. En allen vonden ze plaats bij die bewuste bron. Later werd dit het Sint-Arnoldus park. Dankzij de royale vrijgevigheid van een schatrijke koopman Vital Moreels werd er een kapel gebouwd die in 1866 door de toenmalige bisschop van Brugge plechtig werd ingewijd. Later stond Oudenburg, waar Sint Arnoldus was gestorven, een relikwie af, die uitgestald is in een schrijn naast het altaar in de Sint-Arnolduskapel. http://web.archive.org/web/20050828045910/http://home.tiscali.be/legendes/Westvlaanderen/Anzegem/Arnoldus.htm
[3] Tieghem, Het Vlaamsche lustoord werd verkocht in de Kapellewinkel of Boutique de Bois de St.-Arnould, een souvenierwinkeltje vlakbij het Tiegembos. Godfried Van de Meulebroeke, Terugblik op Tiegem, p. 50
[4] Het betreft hier het volgende boek: J. Ferrant, Un saint de Flandre au XIe siècle: vie de Saint Arnold ou Arnulphe, évèque de Soissons. Bruges, Beyaert-Storie, 1887.
De oude lithografie (185 x 280 mm), die werd ingekleefd tegenover het titelblad, kreeg het opschrift 'La chapelle La fontaine et le bois à Tieghem'.
[5] grain de résine: 'Cette technique permet l'illusion du demi-ton par l'existence de points multiples (trame). On dessine sur des plaques de zinc typographiques des réserves à la gomme arabique. On sèche la gomme puis on dépose sur cette plaque une fine poussière de résine. Le matériel utilisé est une sorte de "boite à résine", armoire au fond de laquelle se trouve la réserve de résine en poudre. On agite la résine puis on pose la plaque, face vers le haut, sur de petits tréteaux. L'armoire refermée, on attend que les poussières de résine se déposent sur la plaque. Selon la durée on obtient une nuance plus ou moins forte. La plaque retirée, on glaça la résine par chauffage léger pour que chaque poussière se colle au métal tout en gardant sa finesse. On répète autant de fois qu'il le faut cette opération en pratiquant de nouvelles réserves, ce qui permet d'obtenir des nuances allant des tons très clairs aux tous les plus foncés, jusqu'à l'aplat. Ce procédé permet la couleur en faisant autant de plaques qu'on le désir, la superposition des tons étant obtenue par le mélange trichrome. Ce travail très fin exige une grande habileté et un coup d'œil de maître car on recrée un document sans sélection optique. Un dérivé de ce procédé, appelé ben-day, a remplacé la retombée de résine par des décalques de trames successifs.' http://persocite.francite.com/cartepostale/Resine.htm
[6] E.TS. Jean Malvaux, Société Anonyme. Dit is een fotogravure in Brussel, meerbepaald in de Rue de Launoy 69. Deze firma had ook een afdeling te Parijs, in de Rue de la Crèche 18, Grand Montrouge (Seine). Piet Thomas (red.), Zoals ik u schreef, p. 207; Inrichtingen Jean Malvaux, p. 1
[7] De brief van Streuvels aan Regenboog vonden we niet terug in de geraadpleegde archieven, maar aan de hand van de retourbrief van Regenboog d.d. 14 april 1932 kunnen we toch de inhoud van Streuvels' brief reconstrueren.
[8] In het Archief Joris Lannoo te Tielt wordt een prijsopgave van de firma Désiré Dierick & Fils, 'Fabrique de jouets' uit Deinze bewaard voor een partij 'gedraaide stokjes voor vlagjes'. De prijsopgave dateert van 27 april 1932 en vermeldt volgende prijzen:
  • in beukenhout, dikte 8 mm. aan 0.25 fr. de lopende meter
  • in beukenhout, dikte 12 mm aan 0.40 fr. de lopende meter
lengte zoals door Streuvels begeerd. Vermindering van 10 % voor een hoeveelheid van 10.000 stuk.
Classeur 3, briefwisseling P-S, 1931-1932

Register

Naam - persoon

Ferrant

Lannoo, Joris (° Tielt, 1891-02-20 - ✝ Tielt, 1971-12-08)

Directeur van drukkerij-uitgeverij Lannoo te Tielt.

Joris Lannoo begon zijn humaniorastudie aan het Tieltse college, maar moest die in 1909 noodgedwongen stopzetten. Op 1 juni 1909 nam hij samen met zijn broer Rafaël een kleine Tieltse drukkerij, drukkerij Horta, over. Na de Eerste Wereldoorlog, waarin hij als officier aan het front van de Yzer streed, bevond de uitgeverij zich in verval, maar door grote inspanningen werkte Lannoo zich opnieuw op. In 1929 vestigde hij zich in de Kasteelstraat, waar hij een groot bedrijf oprichtte en leidde tot in de jaren '60, toen een ziekte hem geleidelijk het werk uit handen nam en zijn zonen hem opvolgden. Hij gaf veel Vlaamse werken uit van o.a. Stijn Streuvels, Guido Gezelle, Emiel van Hemeldonck, ... Verder was hij ook nog stichtend lid van de Vereniging ter Bevordering van het Vlaamse Boekwezen en van de Vlaamse Uitgeversbond. Hij legde contacten met Nederlandse uitgevers als de R.K. Boekcentrale, Van Langenhuysen en Veen, met wie hij jaren samenwerkte. Het bedrijf omvat thans drie afdelingen: drukkerij, grafiek en uitgeverij.

Lateur, Paul (° Ingooigem, 1909-01-04 - ✝ Halle, 1993-06-21)

Kunstenaar.

De enige zoon van Streuvels was geen briljante leerling, maar door zijn artistieke aanleg lag een kunstambacht voor de hand. In 1924 ging hij naar Maredsous, voor een kunstopleiding in de abdijschool. Streuvels had besloten dat zijn zoon edelsmid zou worden. Paul vestigde zich later in Brussel als tekenaar.

Naam - drukker

Malvaux, Etablissements Jean (° 1884 - °)

Firma in 1884 opgericht door de tweede zoon van Jean Malvaux (‡ 1903), Alfred. Meteen de eerste werkplaats voor fotogravure in België. In 1885 en 1886 werden de zonen André, Eugène en Arthur eveneens in de zaak opgenomen. Men voerde er op dat ogenblik o.m. de cliché's voor Le Globe Illustré uit. In 1887 werden nieuwe ateliers gebouwd, drie jaar later werd met heliogravure gestart, en in 1893 met driekleurendruk. Na een reis naar Londen in 1895 werd allerlei nieuw materiaal aangekocht. De jaren 1900—1914 waren er van enorme activiteit en expansie, maar na W.O.I moest in 1919 alles herbegonnen worden. In 1930 werd de offsetpers in gebruik genomen. De firma is thans nog gevestigd aan de De Lannoystraat 69 te Molenbeek.

Naam - uitgever

Regenboog

Resoluut anti-traditionalistisch, ook naar de vormgeving modern, werkte van 1925 tot 1932 te Borgerhout de uitgeverij Regenboog, opgericht en geleid door Lode Rigouts (1904 - 1970), die nadien enige bekendheid verwierf als vertaler en bewerker van toneelstukken, vooral voor de jeugd. Rigouts bracht prozawerk van Fritz Francken (Legenden, 1925), Filip De Pillecijn (De rit, 1927), Theo Bogaerts (Brusselsche krabbels, 1927), Lode Zielens (Het jonge leven, 1928), Victor J. Brunclair (De monnik in het westen, 1929), Victor De Meyere (De beemdvliegen, 1930), toneel van P.G. Buckinx (De tredmolen, 1926), poëzie van Frans De Wild (Het huis op de vlakte, 1926), V.J. Brunclair (De dwaze rondschouw, 1926), A.W. Grauls (Cantabile, 1929), Julia Tulkens (Heibloempjes, 1931) en de epische Pan-gedichten van Karel De Winter. Tot de laatste publicaties van Regenboog behoorden de 'memoires' Tien jaar in den Belgischen kerker (1930) en Vier jaar in 't land der Incas (1931) van August Borms. De allerlaatste was de vertaling van Drie Russische novellen (1932) van Stijn Streuvels. Een latere poging van Rigouts om een Vrije Boekengilde van linkse signatuur op te richten (1938) kwam niet van de grond. L. Simons, Geschiedenis van de uitgeverij in Vlaanderen. Deel II: de twintigste eeuw, p. 107.

In een omzendbrief die het ontstaan van uitgeverij Regenboog aankondigde, stond onder andere: 'In Vlaanderen is geworden een Vlaamsch-Nationalistische uitgeversfirma REGENBOOG.' AMVC-Letterenhuis,R 296/D.

Titel - werken van Streuvels

Streuvels, Stijn, Prutske (1922). [bio]
[Derde druk] = Tweede druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1930], 269 + [III] p., 28,5 x 23,7 cm.
Extra info:
Colofon: 'Dit is de afdoende uitgaaf van "Prutske", gezet in de letter van Garamont Corps 16 uit de lettergieterij "Plantijn" te Brussel. Van deze uitgaaf werden getrokken: duizend exemplaren op mat couchépapier genummerd van 1 tot 500 voor de N.V. L.J. Veen's Uitgevers-maatschappij te Amsterdam en van I tot D voor den uitgever van "Cultura" H. Cayman te Brugge. Er werden tien exemplaren getrokken op Japansch papier, geteekend van A. tot J., elk met een oorspronkelijke aquarel van Albert Saverys, waarvan exemplaar A met al de oorspronkelijke teekeningen en de exemplaren B.C. en D geheel eigenhandig geïllustreerd door Albert Saverys. Het boek werd gedrukt op de pers van den "Eikelaar" te Kortrijk en verzorgd door den drukker Antoine Lins; voltooid in den zomer van het Jaar negentien honderd honderd dertig.'
Inhoud:
  • 1. In den dop
  • 2. Op den drempel der wereld-halle
  • 3. Het poppengezin
  • 4. Het dagelijksch bedrijf
  • 5. Het winterhalfjaar
  • 6. De twee geitjes
  • 7. Het zomerhalfjaar
  • 8. Het ontwikkelen der persoonlijkheid
  • 9. Afscheid
Streuvels, Stijn, Prutske (1922).
Voorpublicatie
  • In den dop, in: De Gids, 1920, december, jg. 84, nr. 12, p. 335-349.
  • Op den drempel der wereld-halle, in: De Stem, 1922, april, jg. 2, p. 362-374.
  • Het poppengezin, in: De Stem, 1922, mei, jg. 2, p. 385-416.
  • Het dagelijksch bedrijf, in: De Beiaard, 1922, dl. II, september, jg. 7, p. 161-176.
  • Het winterhalfjaar, in: Vlaamsche Arbeid, 1922, Nieuwe Reeks, oktober, jg. 17, p. 364-384.
  • De twee geitjes, in: Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift, 32 (1922), deel 64, p. 173-188 (september) onder de titel: 'Prutske en de geitjes'.
  • Het zomerhalfjaar, in: De Stem, 1922, november, jg. 2, p. 980-1012.
  • Het ontwikkelen der persoonlijkheid, in: De Stem, 1922, oktober, jg. 2, p. 885-914.
Druk
  • [Eerste druk], Amsterdam, L.J. Veen, [1922], 231 + [I] p., 21,5 x 15,8 cm.
  • [Tweede druk], titeluitgave van eerste druk, Amsterdam, L.J. Veen; Kortrijk, Zonnewende, [1929], 231 + [I] p., 21,5 x 15,8 cm.
  • [Derde druk] = Tweede druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1930], 269 + [III] p., 28,5 x 23,7 cm.
  • [Vierde druk], [1941], in: Stijn Streuvels' Werken. Deel II, Kortrijk, Zonnewende, p. 349-649.
  • [Vijfde druk], Tielt-Antwerpen, J. Lannoo, Standaard-Boekhandel, 1945, 227 + [I] p., 17,3 x 13 cm.
  • [Zesde druk], [1948], In: Stijn Streuvels' Verzamelde Werken. Deel II., Kortrijk, Zonnewende, p. 263-487.
  • [Zevende druk], [1953], In: Streuvels' Volledige werken. Deel VII., Kortrijk, 't Leieschip, p. 179-428.
  • Achtste druk, [1957], [Brugge], Desclée De Brouwer, 262 + [II] p., 18,5 x 12,7 cm.
  • Negende druk, titeluitgave van de achtste druk, [Brugge], Desclée De Brouwer, [1961], 262 + [II] p., 18,5 x 12,7 cm.
  • Tiende druk, titeluitgave van de achtste druk, [Brugge], Desclée De Brouwer, [1962], 262 + [II] p., 18,5 x 12,7 cm.
  • Elfde druk, titeluitgave van de achtste druk, [Brugge], Desclée De Brouwer, [1966], 262 + [II] p., 18,5 x 12,7 cm.
  • Twaalfde druk, titeluitgave van de achtste druk, [Brugge], Desclée De Brouwer, [1967], 262 + [II] p., 18,5 x 12,7 cm.
  • Dertiende druk, titeluitgave van de achtste druk, [Nijmegen - Brugge], Orion, Desclée De Brouwer, [1971], 262 + [II] p., 18,5 cm x 12,7 cm.
  • [Veertiende druk], in: Volledig werk. Deel III. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1972], p. 127-335.
  • [Zestiende druk] = eerste druk bij Manteau, Antwerpen, Manteau, [1986], 234 + [VI] p., 20,5 x 12,5 cm.
Streuvels, Stijn, Tieghem, Het Vlaamsche lustoord (1908). [studie]
Tweede [= derde] bijgewerkte [druk], Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. Lannoo, [1932], 175 + [I] p., 18,5 x 12,3 cm.
Streuvels, Stijn, Tieghem, Het Vlaamsche lustoord (1908).
Druk
  • [Eerste druk], Gent, Boek- en Steendrukkerij Fr. Vercauteren, [1908], 51 + [I] p., 17,5 x 11,5 cm.
  • [Tweede druk], Gent, Boek- en Steendrukkerij Fr. Vercauteren, [1908], 148 + [II] p., 17,5 x 11,5 cm.
  • [Tweede druk], Amsterdam, L.J. Veen's Uitgeversmij., [1933], 18,1 x 12,2 cm.
  • Tweede [= derde] bijgewerkte [druk], Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. Lannoo, [1932], 175 + [I] p., 18,5 x 12,3 cm.
  • [Vierde druk], in: Volledig werk. Deel II. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1972], p. 743-866.

Indextermen

Naam - drukker

Malvaux

Naam - persoon

Ferrant
Lannoo, Joris
Lateur, Paul

Naam - uitgever

Regenboog

Titel - andere werken

Un saint de Flandre au XIe siècle: vie de Saint Arnold ou Arnulphe, évèque de Soissons

Titel - werken van Streuvels

Prutske
Tieghem