FRANK·LATEUR
2 Juni '45
Waarde heer Lannoo,
Als antwoord op Uw schrijven[1] dat ik heden morgen ontvangen heb, even het volgende:
Met de afrekening zal het wel in orde zijn. Met die uitbetaling van twee kanten wordt dit al meer ingewikkeld — Als Gij er M[ijnhee]r Demeyer wildet op wijzen dat het wenschelijk zou zijn voor den goeden gang der zaken, als hij nu ook wilde afrekenen, dan ware de heele geschiedenis uit de voeten.
Met de afrekening zal het wel in orde zijn. Met die uitbetaling van twee kanten wordt dit al meer ingewikkeld — Als Gij er M[ijnhee]r Demeyer wildet op wijzen dat het wenschelijk zou zijn voor den goeden gang der zaken, als hij nu ook wilde afrekenen, dan ware de heele geschiedenis uit de voeten.
Van avond krijg ik de rest der copie v[an de] Kroniek[2] in handen, zie ze nog eens door en als ik het goed voor heb, wordt het heele pak U morgen (Zondag) door Torie zelf te Thielt thuisgebracht. (Hij houdt er ook aan dat er zonder verwijl mede voortgedaan wordt) Een en ander kunt U nog met hem even afspreken. Om geen tijd te verliezen zou ik U aanraden te verzaken aan illustratie — desnoods zou een molen (en vooral met molendam[)] op 't omslag kunnen aangebracht worden. Het motief [2]en document kunt U laten afteekenen uit het boekje: "Terechtstelling v[an een] onschuldige,"[3] waarvan ik U een Ex[em]pl[aar] heb bezorgd.
Wat de uitvoerigheid betreft van het Passiespel (akkoord[)].[4] Doch voor Torie en voor Tiegem is dat de groote gebeurtenis geweest. Dat belet niet dat er over détails mag geschrapt worden — volledig van Uw meening, en het mag gerust gebeuren.
Wat het Voorwoord, of Inleiding betreft, ik stel er een op en ge krijgt het eerstdaags.[5] Ik wil er echter op wijzen dat het moet anoniem zijn ofwel uitgaan van den uitgever — het zal in dien zin opgesteld zijn. [3]Als ik het voorwoord onder mijn naam schrijf zou het heele boek te veel lijken als een pleidooi pro-domo en dat mag niet, in geen geval: Als Gij 't heele boek zult gelezen hebben, zult ge van mijn advies zijn.[6]
Ik hoor dan wel als er de complete zending uit Antwerpen aankomt en dan verschijnen we dadelijk met de auto — als 't anders te lang duurt, komen we wel eens vroeger met de twee-zate.[7]
Intusschen Vriendelijk
Uw (paraaf Stijn Streuvels)
Annotations
[1]
Cf. brief van Joris Lannoo aan Stijn Streuvels van 1 juni 1945.
[2]
Deze uitgave resulteerde in: Torie Mulders, Honderd jaar dorpskroniek van Tiegem. Tielt, J. Lannoo, 1945.
[3]
Alhoewel in 1940 gedrukt (zie titelbeschrijving) is het boekje pas in 1943 op de markt gebracht, zoals blijkt uit het exemplaar met gedateerde opdracht (maart 1943) in het Letterenhuis. R. Roemans en H. Van Assche, Bibliografie van Stijn Streuvels, p. 209
[4]
Cf. Lannoos opmerking in zijn brief aan Streuvels van 1 juni 1945.
[5]
Cf. Lannoos voorstel op 1 juni 1945.
[6]
Cf. antwoord van Joris Lannoo op 6 juni 1945.
[7]
tweezate: tandem
