1919
"Loma"De Lairesse str[aat] 6
Amsterdam
Waarde Vriend,
Met de genade Gods en de hooge toelating der twee regeeringen ben ik gister naar hier overgewipt om eens duchtig asem te halen en uit de puinen weg te zijn.[1] Ik denk hier een tiental dagen te blijven en vraag U meteen: of Gij in dien tijd niet in A[mster]dam komt en hoe, waar & wanneer we malkaar kunnen zien om eens wat te praten?[2]
Groet hartelijk Uw vrouw
en stevige poot van
en stevige poot van
uw
(handtekening Stijn Streuvels)
(handtekening Stijn Streuvels)
Annotations
[1]
Begin 1919 mocht men België nog niet zonder reispas verlaten. Uit een brief van Streuvels aan Joris Vriamont blijkt hoe hij aan die hooge toelating gekomen was: Wat Holland betreft heb ik een invloedrijke man aan 't werk gezet in Kortrijk om een reispas te bekomen. Brief van 2 maart 1919, Letterenhuis, S 935/B Wie die invloedrijke man is, is onduidelijk.
De voornaamste reden voor zijn reis naar Amsterdam was om het handschrift van Genoveva van Brabant aan de uitgeversmaatschappij Veen over te maken. Cf. brief van Streuvels aan Eugène De Bock van 10 april 1919. Brieven aan Vriamont en De Bom geciteerd in Hedwig Speliers, Dag Streuvels, p. 438-439
[2]
Cf. antwoord van Robbers op 25 maart 1919.