<Resultaat 512 van 2531

>

Waarde Vriend,
Ik zou U gister schrijven doch door onverwacht bezoek is het niet gebeurd — en nu lees ik in het tijdschrift "Nu"[1] dat het juist gister de groote dag is geweest![2] en kom dus te laat om U te feliciteeren! Ik wist wel dat er iets op handen was,[3] maar ik ben niet heel sterk in zake éphémériden,[4] en vind bovendien dat het 't schoonste van Uwe historie niet is dat Gij zestig wordt, — enfin 't is eene aanleiding en eene gelegenheid om te laten zien en te betuigen dat men van iemand houdt — en [2]dat doe ik dus met alle genoegen — Ik zou U mijne gelukwenschen persoonlijk naar Amsterdam zijn komen aanbieden, doch Vermeylen, met wien ik er over sprak, zegde mij dat er zou gevierd worden in Brussel,[5] dat er dus niemand v[an de] Vlamingen naar Holland zou gaan. Ik heb er me bij neergelegd, en wacht nu 't bericht onzer bijeenkomst in Brussel. Zoo juist heb ik Uw artikel gekregen over Teleurgang, in Elseviers.[6] Nu eerst is er over dit boek een verstandig woord gesproken, en ik ben het er heelemaal met u over eens: het was een ding dat me al jaren op den lever lag, en er af moest — 't ongeluk er van is: dat er te veel [3]"werkelijk-gebeuren" meè vermengd is[7] — ik zal me nooit meer door "Wahrheit" tot "Dichtung"[8] laten verleiden. En ik ook houd veel meer van "Leven & Dood in den Ast". Doch er zijn van die onderwerpen die U gereedgemaakt in den schoot vallen, en eene gelegenheid zijn om iets uit te brengen dat als een vakplicht voorkomt, en dwingt om gestalte te krijgen. Maar... wat is een boek in 't bestaan van een schrijver?... De mogelijkheden zijn zonder eind.
Zoodus: met een allerplechtigst Salut voor den jubilaris, en tot ziens
Uw
(handtekening Stijn Streuvels)

Annotations

[1] Nu afficheerde zich als een socialistisch tijdschrift, gericht tegen het humanitaire expressionisme van Dirk Coster en anderen, evenals tegen het nawerkend individualisme van de Tachtigers. Het blad was van zeer wisselende kwaliteit en slaagde er niet in een leidinggevende positie te veroveren. Oosthoek Lexicon Nederlandse & Vlaamse Literatuur, p. 244
[2] Israël Querido, 'Een woord over Herman Robbers (bij zijn zestigsten jaardag)', in: Nu. Algemeen Maandblad, 1 (1928), 12, p. 22-24.
[3] Geruime tijd voor 4 september, de dag dat Herman Robbers 60 jaar werd, werd een comité opgericht onder leiding van P.C. Boutens ter huldiging van Robbers. In een begeleidend schrijven werden verschillende bekende letterkundigen aangespoord om, bij wijze van huldeblijk, een kleine som geld over te maken, want Robbers had zich toch altijd enorm ingezet voor de sociale positie van de kunstenaars. Op de lijst van de ondertekenaars, die in het comité zitting hadden, zien we o.a. K.J.L. Alberdingk Thijm, H.P. Berlage, Ina Boudier-Bakker, Frans Erens, Jac. Van Looy, I. Querido, Top Naeff, R.N. Holst, Cornelis Veth en Stijn Streuvels. De verjaardag werd een succes. Men bood Robbers onder meer een diner met acht gangen aan in Hotel l'Europe. Theodor Holman, 'Hoe heerlijk is het mensch te zijn!?', in: Het Parool van 08.08.1987, Tijd Van Leven, p. 23
[4] efemeriden: geschriften met gegevens voor iedere dag, in het bijzonder astronomische jaarboeken, tabellen die de stand van zon, maan en enige sterren en de voornaamste verschijnselen aan de hemel voor iedere dag opgeven; vermelding van merkwaardige gebeurtenissen op elke dag van het jaar (op kalenders) Van Dale, A-I, p. 758
[5] Op 23 juli 1928 schreef Paul Kenis, de toenmalige secretaris van de Vereniging van Vlaamse Letterkundigen, aan Herman Robbers, dat in navolging van hun Nederlandse collega's nu ook de Vlaamse letterkundigen een kleine blijk van hulde en sympathie willen brengen aan Robbers naar aanleiding van zijn zestigste verjaardag. Als datum voor het feest werd zondag 21 oktober 1928 vooropgesteld. Uit de brief van Kenis blijkt dat Robbers vooraf aan Toussaint Van Boelaere had laten weten dat hij louter voor zo'n huldebetoon niet naar Brussel zou komen. Om aan zijn wens te voldoen werd aan Robbers voorgesteld om op zaterdagavond een lezing te houden in de Pen-Club. De rest van het programma zou dan doorgaan op zondag met eerst een gezellig feestmaal en daarna een receptie in de Vlaamse Club. Op 21 oktober volgde de definitieve regeling. Op zaterdag 28 oktober werd Robbers om 5 uur verwacht in de Vlaamse Club, Adolf Maxlaan 94. Om half negen 's avonds hield Robbers een lezing over 'Levenservaringen van een auteur' in de leeszaal van de hoofdstedelijke bibliotheek van Antwerpen. Op zondagmiddag vond in Brussel een feestmaaltijd plaats. De receptie in de Vlaamse Club verviel en werd vervangen door een gezellig samenzijn. Geen rok of smoking; colbert is voldoende. Brieven in Letterenhuis, R 544/B
[6] Herman Robbers, 'Boekbespreking van De teleurgang van den Waterhoek door Stijn Streuvels', in: Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift, 38 (1928), 76, p. 203-204.
[7] Aan het boek liggen reële gebeurtenissen van 20 jaar vroeger ten grondslag: op 9 september 1906 werd tussen de Avelgemse wijk Rugge (= de Waterhoek) en het Oost-Vlaamse Ruien de nieuw gebouwde brug over de Schelde feestelijk geopend. Voor het zover kwam, waren een landmeter en zijn assistent door de buurtbewoners vermoord. H. Speliers, Dag Streuvels, p. 492 Ook de Mira-figuur gaat op een reëel personage terug nl. Marie-Virginie Vermeeren. Aan ingenieur Maurice Rondeau uit de roman beantwoordt in werkelijkheid Maurice Mostaert. Zij trouwden in 1905, maar het huwelijk zou spaak lopen. H. Speliers, Dag Streuvels, p. 492, 496
[8] Streuvels verwijst hier naar Goethes autobiografie Aus meinem Leben. Dichtung und Wahrheit (1809-1830).

Register

Naam - persoon

Vermeylen, August (° Brussel, 1872-05-12 - ✝ Ukkel, 1945-01-10)

Schrijver, literatuur- en kunsthistoricus en socialistisch senator.

Vermeylen studeerde geschiedenis aan de Vrije Universiteit van Brussel en promoveerde er in 1894 op het (in het Frans gestelde) proefschrift Het Twaalfjarig Bestand; daarna studeerde hij verder in Berlijn en Wenen en werd in 1899 tot speciaal doctor aan de VUB uitgeroepen. Hij werd hoogleraar in de kunstgeschiedenis in 1901, doceerde geschiedenis van de Nederlandse letterkunde vanaf 1902 en vestigde in 1910 de sectie Germaanse filologie. Hij was lid van de Maatschappij der Nederlandse Letteren te Leiden, werd in 1919 lid van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde en was in 1922 medestichter van de Vlaamse PEN- club. Vanaf 1923 doceerde hij aan de universiteit van Gent, eerst moderne letterkunde der Germaanse talen en geschiedenis van de Nederlandse literatuur, daarna ook kunstgeschiedenis. In 1930 werd hij de eerste rector van de vernederlandste Rijksuniversiteit Gent. In 1921 was hij gecoöpteerd socialistisch senator geworden, in 1938 werd hij vice-voorzitter van de Senaat. In 1940 door de Duitse bezetter uit al zijn functies geschorst, wilde hij zijn gedwongen rust gebruiken om allerlei lang gekoesterde publikatieplannen uit te voeren, maar net nadat hij het openingsartikel had voltooid voor een nieuw tijdschrift dat hij had voorbereid en dat in april 1946 voor het eerst zou verschijnen als het Nieuw Vlaams Tijdschrift, werd hij door een hartverlamming getroffen. Op kunsthistorisch vlak is Vermeylen vooral de auteur van de meesterlijke synthese Geschiedenis der Europeesche plastiek en Schilderkunst in middeleeuwen en nieuweren tijd (1921-1925), als bellettrist de man die De Wandelende Jood schreef, het symbolische verhaal van een mens die naar de waarheid zoekt en ze na allerlei metafysische tribulaties ook vindt in een aards humanisme zonder God, gestoeld op zowel het recht op individueel levensgenot als de morele plicht tot sociale solidariteit. Vermeylen was medestichter van het avant-garde- tijdschrift Van Nu en Straks (1893); de anarchistische, kosmopolitisch georiënteerde cultuurflamingant die "more brains" en universalisme in de Vlaamse cultuur verlangde; de pleitbezorger van een humanistisch ideaal waarin culturele eigenheid én wereldburgerschap onlosmakelijk met elkaar versmolten zijn.

Vermeylen, August (° 1872 - ✝ 1945)

Aanvankelijk sterk anarchistisch geïnspireerde en non-conformistische schrijver die het vooral moest hebben van zijn essays. Tot zijn voornaamste bijdragen aan Van Nu en Straks (waarvan hij in een aantal opzichten de geestelijke leider was) behoren behalve zijn literaire kronieken ook zijn opstellen Kritiek der Vlaamsche Beweging en Kunst in de vrije gemeenschap. Van de Woestijne had een ambigue relatie met hem. Hij noemde Vermeylen in een brief aan Lode Ontrop een 'groot dilettant, die zich veel vergist maar toch steeds verstandelijk-interessant blijft'. Vermeylen wordt vaak verweten dat hij zich na de eeuwwisseling steeds meer conformeerde. Na de Eerste Wereldoorlog koos hij voor een carrière in de politiek en werd hij een boegbeeld van de socialisten.

Vermeylen, August (° 1872 - ✝ 1945)

Letterkundige, kunsthistoricus en essayist. Bezieler van Van Nu en Straks.

Vermeylen, August. (° Brussel, 1872-05-12 - ✝ Ukkel, 1945-01-10)

Hoogleraar, kunsthistoricus en schrijver. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Gehuwd met Gabrielle Josephine Pauline Brouhon op 21/09/1897.

Titel - werken van Streuvels

Streuvels, Stijn, De teleurgang van den Waterhoek (1927). [roman]
[Eerste druk], Brugge, Excelsior, 1927, 297 + [VII] p., 21,8 x 17,3 cm.
Extra info:
Met een portret van Stijn Streuvels. Colofon: 'Deze uitgave werd gezet uit de Garamond letter, corps 12 en gedrukt op de persen der Drukkerij "Excelsior" te Brugge, den 1en November van 't jaar 1927. Paul Lateur teekende den omslag. Er werden 30 exemplaren gedrukt op Hollandsch Van Gelder papier genummerd van 1 tot 30; 14 exemplaren op Van Gelder "Antique" genummerd van I tot XIV en 6 exemplaren op Van Gelder "Ossekop" genummerd van A tot F.'
Streuvels, Stijn, De teleurgang van den Waterhoek (1927).
Voorpublicatie
  • De teleurgang van den Waterhoek verscheen in 1927 als voordruk in 7 afleveringen van de 91ste jaargang van het tijdschrift De Gids, uitgegeven bij P.N. van Kampen & Zoon te Amsterdam.
    Afleveringen:
    • Eerste hoofdstuk, dl. I (januari), p. [64]-118.
    • Tweede hoofdstuk, dl. II (februari), p. [153]-181; dl. III (maart), blz. [316]-342.
    • Derde hoofdstuk, dl. IV (april), p. [1]-43.
    • Vierde hoofdstuk, dl. V (mei), p. [137]-179.
    • Vijfde hoofdstuk, dl. VI (juni), p. [285]-316.
    • Zesde hoofdstuk, dl. [VII] (juli), p. [1]-63.
Druk
  • [Eerste druk], Brugge, Excelsior, 1927, 297 + [VII] p., 21,8 x 17,3 cm.
  • Tweede herziene druk, Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, 1939, 321 + [III] p., 19,3 x 12,6 cm.
  • Derde druk, Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. LANNOO; Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1942], 317 + [III] p., 20,8 x 15,5 cm. Lijsternestreeks nr. 21.
  • Vierde druk, Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. LANNOO; Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1944], 317 + [III] p., 19 x 13,5 cm.
  • [Vijfde druk], [1955], In Stijn Streuvels' Volledige werken, deel XII, p. 7-300, Kortrijk, 't Leieschip.
  • Zesde druk, Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, [1964], 305 + [III] p., 18,5 x 12,7 cm.
  • Zevende druk, Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, [1970], 307 + [I] p., 18,5 x 12,7 cm.
  • Achtste druk, Brugge - Utrecht, Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1971], 307 + [I] p., 18,5 x 12,7 cm.
  • Negende druk, Brugge - Utrecht, Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1971], 307 + [I] p., 18,5 x 12,7 cm.
  • [Tiende druk], in: Volledig werk. Deel III. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1972], p. 797-1055.
  • [Elfde druk] = Tiende druk, Brugge, Uitgeverij Orion, [1976], 307 + [I] p., 18,5 x 12,7 cm.
  • [Twaalfde druk] = Elfde druk, Nijmegen, Gottmer; Brugge, Orion, [1978], 307 + [I] p., 18,6 x 12,9 cm.
  • [Dertiende druk] = Twaalfde druk, Beveren, Orbis en Orion, [1982], 307 + [I] p., 18,5 x 12,7 cm.
  • [Veertiende druk] = Dertiende druk, Antwerpen/Amsterdam, Manteau, [1987], 294 + [II] p., 20 x 12,5 cm.
Digitaal
  • Amsterdam: Amsterdam University Press/KANTL, 2000. Elektronisch-kritische editie/electronic-critical edition. Ed. Marcel De Smedt & Edward Vanhoutte. ISBN: 90-5356-441-1 (CD-ROM).
Streuvels, Stijn, Het leven en de dood in den ast (1944). [novelle]
Groot Nederland, XXIV, 1926, dl 2, p. 113-138, 246-273.
Streuvels, Stijn, Het leven en de dood in den ast (1944).
Voorpublicatie
  • Groot Nederland, XXIV, 1926, dl 2, p. 113-138, 246-273.
Druk
  • [Eerst druk], Tielt, J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard, [1944], 101 + [VII] p., 24,7 x 17,8 cm.
  • [Tweede afzonderlijke druk], Tielt, Drukkerij-Uitgeverij Lannoo, 1954, 61 + [III] p., 17,3 x 11 cm. Humanitas-Boekje nr. 12.
  • [Derde afzonderlijke druk], Brugge-Utrecht, Desclée De Brouwer, [1964], 69 + [III] p., 19,5 x 13,1 cm. Met hulpboekje, los toegevoegd, 15 + [I] p., Kleine Cultuur-Bibliotheek.
  • [Vierde afzonderlijke druk], Brugge-Utrecht, Desclée De Brouwer, [1966], 69 + [III] p., 19,5 x 13,1 cm. Met hulpboekje, los toegevoegd. Kleine Cultuur-Bibliotheek.
  • [Vijfde afzonderlijke druk], Brugge-Utrecht, Desclée De Brouwer, [1967], 69 + [III] p., 19,5 x 13,1 cm. Met hulpboekje, los toegevoegd. Kleine Cultuur-Bibliotheek.
  • [Zesde afzonderlijke druk], Brugge-Utrecht, Desclée De Brouwer, [1968], 69 + [III] p., 19,5 x 13 cm. Met hulpboekje, los toegevoegd. Kleine Cultuur-Bibliotheek.
  • [Zevende afzonderlijke druk], Brugge-Utrecht, Desclée De Brouwer, [1969], 69 + [III] p., 19,5 x 13 cm. Met hulpboekje, los toegevoegd. Kleine Cultuur-Bibliotheek.