Brugge, den 8n Januari 1943.
Den Heer Stijn STREUVELS"Lijsternest"
Ingooigem.
Geachte Heer Lateur,
Wij hebben het genoegen U hierbij afrekening te sturen over "Kerstvertellingen" en "Paradijssprookjes".
Het U verschuldigde bedrag schrijven wij heden over op uwe postrekening. Wij durven verhopen dat de verkoop tot uw genoegen is uitgevallen.[1]
Zooals U ziet blijven van "Kerstvertellingen" slechts nog weinige ex[emplaren] over.[2] Graag zouden wij van dit werk een nieuwe druk maken en nu reeds moeite doen om betrekkelijk goed papier op het gewenschte formaat te bemachtigen, daar wij het vanzelfsprekend op prijs zouden stellen ook de houtsneden voor den herdruk te gebruiken. Daar wij den tekst zouden moeten herzetten vernamen wij graag van U of U daar veranderingen wilt aan brengen.
Van harte hoop ik dat het U en alle "lijsters" in het Lijsternest naar besten wensch gaat en dat het nieuwe jaar voor U alleen een jaar van zegen en bloei moge zijn.
Inmiddels verblijve,
met de meeste hoogachting.
(handtekening Martha Van de Walle)
M[artha] van de Walle
M[artha] van de Walle
Annotations
[1]
Cf. verder de brief van Wiek Op aan Stijn Streuvels van 12 januari 1943.
[2]
Van de totale oplage van 2000 exemplaren bleven nog 168 exemplaren over.
