Kortrijk
Leiestraat, 12
Leiestraat, 12
25 Sep[tember] 1942
Waarde Heer Lateur,
Hierbij een brief van M[ijnhee]r Lannoo die vanmorgen besteld werd.[1] U ziet dat de toestemming tot uitgeven van de totum-uitgave daarin zwart op wit gegeven wordt.[2] Het is typisch hoe M[ijnhee]r Lannoo alleen onder een soort dwang tot handelen kan gebracht worden. Ik had hem n[a]m[e]l[ijk] geschreven als hij ons die toelating niet kon geven, dat wij hem geen afstand konden doen van "De Maanden".[3]
Hij schrijft echter in die brief ook een[ ]paar regels omtrent onze herdruk van de dundruk-éditie. Mijn antwoord daarop sluit ik hierbij.[4] Dat is geen excuus, ik meen het werkelijk en ben trouwens volledig overtuigd in volle recht gehandeld te hebben.[5]
Volgende week mag ik die brieven van U wel terug verwachten?
Vriendelijke groeten en tot ziens,
(handtekening Gilbert Grymonprez)
Annotations
[1]
De brief van Joris Lannoo aan Zonnewende van 24 september 1942 vonden we niet terug in de geraadpleegde archieven.
[2]
De eerstvolgende nieuwe uitgave van Streuvels' werken werd pas in 1948 gerealiseerd: Stijn Streuvels' Verzamelde Werken, een heruitgave van Streuvels' voornaamste werken die reeds lang uitverkocht waren.
Cf. verder de brief van Streuvels aan De Meyer van 20 oktober 1943.
[3]
De eerste druk van De maanden werd in 1941 door Zonnewende gepubliceerd. In 1942 bracht Lannoo een herdruk van De maanden in de Lijsternestreeks.
[4]
Op 25 september 1942 antwoordde Gilbert Grymonprez aan Joris Lannoo: [...] Wat U schrijft omtrent de door ons gebrachte herdruk van Streuvels' Werken, dundruk editie, heeft onze aandacht weerhouden en wij kunnen niet nalaten onze handelwijze in deze even toe te lichten.
In deze dundruk-editie hebben wij 'De Vlaschaard' opgenomen waarvan U bij de eerste druk nog voorraad had. Die kwestie hebben wij toen ter tijd met U willen regelen konden echter geen resultaat bereiken.
Voor deze herdruk was de toestand echter niet dezelfde. Van de uitgave van "Vlaschaard" voor dewelke U vergunning van L.J. Veen had gekregen, was geen voorraad meer en die kwestie moest dus met U niet geregeld worden.
Uitgaverecht van "De Vlaschaard" was bij deze herdruk voor zoover wij weten, bij de Fa. L.J. Veen. Daarom hebben wij ons voor deze herdruk van de drundruk-éditie tot voornoemde Fa. gericht en met haar toestemming bedoelde herdruk gebracht.
Wij zien werkelijk niet waar wij Uwe rechten in deze aangelegenheid zouden miskend hebben. Brief in Letterenhuis, S 935/B2/Zonnewende
[5]
Cf. in verband hiermee de brief die Streuvels op 2 september 1953 aan Cordie schrijft.
