Leiestraat, 12
Resultaat 1 van 45 |
---|
Crick, Jef (° Aalst, 1890-10-23 - ✝ Sint-Amandsberg, 1965-06-07)
Redacteur, kunstcriticus, schrijver.
Studeerde aan het jezuïetencollege in Aalst en vestigde zich na zijn huwelijk in 1917 in Jette, later in Sint-Amandsberg. Crick behoorde na de Eerste Wereldoorlog met Jan Boon en Filip De Pillecyn tot de eerste redacteuren van het dagblad De Standaard en het weekblad Ons Volk Ontwaakt. Hij schreef vooral kunstkritiek, terwijl hij tevens talrijke Vlaamse kunstenaars interviewde. In 1935 werd zijn roman De Ridder van het Slot van Laarne door de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde met de Karel Barbierprijs bekroond. Ook over P.P. Rubens schreef hij een roman. Verscheidene van Cricks toneelwerken werden in de Gentse Koninklijke Nederlandse Schouwburg opgevoerd. Verder zorgde de Belgische Radio en Televisieomroep voor een aantal premières van oratoria, die hij met Vlaamse componisten tot stand bracht. Crick werkte na 1923 aan verscheidene publicaties mee; hij schreef onder andere bijdragen over kunst voor De Volksmacht onder de schuilnaam van Elsevier. Door de uitgave van biografieën was hij een van de promotors van de belangstelling voor het Campo Santo te Sint-Amandsberg, waar een aantal voormannen uit de Vlaamse Beweging begraven liggen en waar ook hij nu rust. Via zijn werk als cultuurverbreider wilde hij zijn volk dichter bij zijn kunstenaars brengen.
Lateur, Frank (° Heule, 1871-10-03 - ✝ Ingooigem, 1969-08-15)
Geboren als Frank Lateur en bakker van opleiding, maar onder zijn pseudoniem Stijn Streuvels als prozaschrijver bekend geworden in tijdschriften als Van Nu en Straks, Vlaanderen, De Gids en De Nieuwe Gids. De vlaschaard (1907) en De teleurgang van den waterhoek (1927) zijn twee van zijn bekendste romans.
Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde
De Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde, met zetel te Gent (vanaf 1972 Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde) werd bij Koninklijk Besluit van 8 juli 1886 opgericht en was de eerste officiële instelling (een genootschap van maximaal dertig leden), die speciaal in het leven werd geroepen om de (studie van de) Nederlandse taal- en letterkunde in België te bevorderen.