Kortrijk
Leiestraat, 12
Leiestraat, 12
4 Mei 1946
Waarde Heer Lateur,
Hierbij een brief van L[odewijk Jacobus] Veen als antwoord op mijn 'dreigbrief".[1] Zooals ge ziet zit er toch nog een klein beetje ontzag in.
De redeneering van Veen klopt echter niet. Overeenkomst is dat de auteursrechten moeten betaald worden samen met de boeken, dus niet op afrekening.[2]
Dat antwoord ik hen vandaag. Het ziet er toch naar uit of die zaak nu gauw zal geregeld worden.[3]
Vriendelijke groeten,
(handtekening Gilbert Grymonprez)
Annotations
[1]
De dreigbrief van Gilbert Grymonprez vonden we niet terug in de geraadpleegde archieven. Een afschrift van het antwoord van de Amsterdamse uitgeversmaatschappij (d.d. 1 mei 1946) op deze brief is bij deze brief bewaard gebleven.
[2]
Het betreft hier het betalen van honorarium voor 1000 exemplaren Heule die door bemiddeling van Gilbert Grymonprez aan de firma Veen werden geleverd. Volgens het contract voor Heule (art. 7) moest dit honorarium van VIJFTIEN PROCENT op de hollandsche particulierprijs van het ingenaaide ex. betaald worden bij de levering op de helft van het geleverde aantal exx. en het saldo na ontvangst van het honorarium door de uitgever.
Op de dreigbrief van Grymonprez antwoordde de firma Veen dat de ex. van dit werk nog niet waren gebonden en dat er dus ook geen enkel ex. van was verkocht. Uit de brief van Veen aan Streuvels van 08.11.1946, Letterenhuis, S 935/B2/Veen
[3]
Cf. verder de brief van Gilbert Grymonprez aan Stijn Streuvels van 28 oktober 1946.
