Sp/La
17.8.42
Herrn
D[okto]r[ honoris causa] Stijn Streuvels
Ingoyghem bei Kortrijk
Belgien
Lieber hochverehrter Herr
D[okto]r Streuvels!
[1]
Meinen Brief vom 13.8.42 werden Sie inzwischen erhalten haben,
[2] während ich Ihnen heute den richtigen Eingang der von Ihnen überarbeiteten
2. Auflage von "De Maanden" bestätigen kann. Weil Sie darin ja nun viel geändert haben, ist es also gar kein Unglück, sondern sogar ein Glück, daß unsere Übersetzung noch nicht erschienen ist. Ich habe nun sofort dieses Stück noch an Fräulein
D[okto]r Hechtle geschickt, damit sie die Änderungen noch berücksichtigen kann.
[3]
Nun aber kann ich heute eine sehr gute Nachricht senden: Mit Brief vom 11.8.42 hat Professor
Kippenberg seine Einwilligung erteilt, daß wir den
"Flachsacker" in eine zweibändige Streuvelsausgabe aufnehmen!
[4] Ich bin darüber ganz außerordentlich glücklich, und auch Sie werden sich freuen. Ohne den "
Flachsacker" wäre eine solche zweibändige Ausgabe unmöglich gewesen, jetzt aber kann man ernstlich daran gehen. Sobald ich mit meinen Vorarbeiten etwas weitergekommen bin, darf ich Ihnen meine Vorschläge senden.
Ich habe
Kippenberg bei meiner Anfrage gleich angeboten, daß ich eine neue Übersetzung des "
Flachsackers" herstellen lasse, und das hat er auch sehr gern angenommen. Sie selber haben mir gegenüber ja
die erste Übersetzung von
Severin Rüttgers als ungenügend bezeichnet, die zweite von
Peter Mertens liest sich vom Deutschen her gesehen auch nicht gerade ideal, so daß eine Neuübersetzung nur erwünscht ist. Ich habe sofort bei Frau
Valeton angefragt, ob sie diese Arbeit übernehmen will, und hoffe, daß sie zusagt. Ich habe ihr inzwischen ein Stück der
neuen Ausgabe des Verlags
Lannoo aus der schönen "
Lijsternestreeks" gesandt, wäre Ihnen aber sehr dankbar, wenn Sie die Firma
Lannoo veranlassen würden, mir je ein kartoniertes Stück dieser Reihe (mit Ausnahme von "
Lenteleven", das ich bereits besitze) senden zu lassen, da ich diese Ausgabe gern in meinem Archiv hätte.
[5]
Von unserem Sohn haben wir gute Nachrichten; er befindet sich jetzt in den Kämpfen am Kaukasus. Wir haben ihn seit beinahe anderthalb Jahren nicht mehr gesehen.
Mit herzlichen Grüßen an die ganze Familie in alter Verehrung
Ihr
(handtekening Adolf Spemann)
Annotations
[1]
Streuvels werd doctor honoris causa aan de universiteiten van Leuven, Münster en Pretoria.
[3]
Spemann was in 1941 op zoek gegaan naar een vertaler voor
De maanden. Op
3 april 1941 was er nog niets beslist. Op
3 april 1941 is er nog niets beslist. Op
21 mei 1941 geeft Spemann de vertaalopdracht aan Hechtle omdat Valeton niet vrij was. Op
2 maart 1942 blijkt dat Hechtle pas in de loop van de maand maart klaar zal zijn met haar vertaling. Op
6 augustus 1942 schrijft Spemann dat hij sterk teleurgesteld is in Hechtle en
De maanden zal geven aan Valeton. Dit wordt bevestigd in een brief van
13 augustus 1942; Hechtle is verontwaardigd. Op
1 september 1942 blijkt dat Valeton
De vlaschaard moet vertalen, zodat de vertaling van
De maanden uiteindelijk in de handen komt van Werner Ackermann. Op
28 september 1943 schrijft Spemann dat Ackermann en Jacobs ongetwijfeld de beste Streuvelsvertalers zijn. Pas op
31 mei 1944 worden de correctiekaternen naar Streuvels gestuurd. Vanaf augustus 1944 is er een volledige black-out tussen Stuttgart en Ingooigem.
Van De maanden verschijnt pas in 1945 voor het eerst een Duitse vertaling: Die zwölf Monde.
[4]
Spemann wou een compleet nieuwe vertaling van
De vlaschaard omdat die van Peter Mertens zijns inziens vanuit Duits standpunt niet voldeed. Hij zou hiervoor Anna Valeton aangesproken en haar bovendien opzoeken om de samenstelling van de beide Streuvelsbanden te bespreken. De tweedelige publicatie zou
in een mooi, edel Latijnschrift gedrukt worden, niet in de Fraktur (cf. brief van Adolf Spemann aan Stijn Streuvels d.d.
18 september 1942).
Pas op 3 augustus 1949 zal Anton Kippenberg de rechten op
De vlaschaard afstaan, op voorwaarde dat Adolf Spemann niet vertaler Peter Mertens, maar vertaalster Anna Valeton zou aanduiden. Cf. het contract tussen Stijn Streuvels en Adolf Spemann d.d. 3 augustus 1949 en de brief van Adolf Spemann aan Stijn Streuvels d.d.
3 augustus 1949.
H. Speliers, Als een oude Germaanse eik, p. 478-480.
Toch zou de verzamelde uitgave Ausgewählte Werke nog een tijd op zich laten wachten. Stuttgart was met zijn Daimler-Benzfabrieken een begeerd doelwit voor de geallieerden. In de strijd om het Ruhrgebied van 5 maart tot 14 juli 1943 voerden de geallieerden tussen de vijfhonderd en duizend vluchten uit tot boven Stuttgart. In de nacht van 11 maart 1943 werd Spemanns huis zwaar getroffen en hij had zijn leven uitsluitend te danken aan het feit dat hij met een tijgersprong de schuilkelder had bereikt. Bij de aanval van 24 juli tot 18 november 1943 op het noordelijk gelegen Hamburg kreeg het zuidelijk gelegen Stuttgart het nog eens hard te verduren. Daarbij werd vooral het stadscentrum zwaar getroffen. Bovendien werd de toevoer van papier afgesneden, zodat talloze uitgeverijen over de kop gingen. Toch zou Spemann de zaak blijven bagatelliseren tot in de herfst van 1943. De 'area bombing' trof Stuttgart in de nacht van 7 op 8 oktober. Het staande zetsel van Streuvels' Ausgewählte Werke in zwei Bänden werd vernietigd. Tijdens de slag om Berlijn tussen 18 november 1943 en 31 maart 1944 werd Stuttgart opnieuw hevig gebombardeerd. Tijdens het bombardement van 25 juli 1944 verloor Spemann zijn beide dochters, zijn huis en weer eens Streuvels' inmiddels gedrukte Ausgewählte Werke (ongeveer 4500 stuks). H. Speliers, Als een oude Germaanse eik, p. 478-480.
[5]
De
Lijsternestreeks werd in Vlaanderen uitgegeven door de Tieltse uitgeverij Lannoo in co-productie met de N.V. Standaard Boekhandel te Antwerpen. Aanvankelijk waren 26 delen aangekondigd, maar uiteindelijk kwamen maar 10 delen van de pers. In Nederland werd de reeks door de uitgeverij L.J. Veen onder eigen uitgeversadres op de markt gebracht.
P. Thiers, Oog in oog met Streuvels, p. 49.