<Resultaat 1539 van 2531

>

1. Mai 1943 Sp/Gr Herrn
D[okto]r[ honoris causa] Stijn Streuvels
Ingoyghem bei Kortrijk

Hochverehrter lieber Herr D[okto]r Streuvels![1]
Ihre Postkarte vom 1. Mai war mir natürlich eine grosse Freude, und ich danke Ihnen für dieses wunderschöne Geschenk auf das herzlichste.[2] Das Buch ist auch heute bereits wohlbehalten hier eingetroffen und wird mir ein ganz besonders wertvoller Besitz sein.
Heute abend fahre ich für drei Tage nach Berlin, und ich hoffe, Papier für eine recht grosse Auflage unserer zweibändigen Auswahlausgabe zu bekommen.[3]
In den letzten Wochen habe ich mit grossem Genuss Ihre Erzählung "De blijde Dag" gelesen.[4] Es scheint mir ein Meisterstück psychologischer Vertiefung zu sein und gibt ein unerhört lebendiges Bild dieser jungen Mädchenseele und der ganzen Atmosphäre in dem Waisenhaus. Am Schluss allerdings ist man ganz unglücklich, dass die arme Helene wieder unter diese Käseglocke zurückkehren muss, nachdem sie einmal die freie Luft hat atmen dürfen. Es würde mich sehr interessieren, ob diese Zustände heute in Flandern immer noch genau so sind wie zu der Zeit, als Sie dieses Buch geschrieben haben.
Mit vielen herzlichen Grüssen an Sie und die Ihrigen
Ihr
(handtekening Adolf Spemann)

Annotations

[1] Streuvels werd doctor honoris causa aan de universiteiten van Leuven, Münster en Pretoria.
[2] Cf. briefkaart van Stijn Streuvels aan Adolf Spemann van 1 mei 1943.
[3] Toch zou de verzamelde uitgave Ausgewählte Werke nog een tijd op zich laten wachten. Stuttgart was met zijn Daimler-Benzfabrieken een begeerd doelwit voor de geallieerden. In de strijd om het Ruhrgebied van 5 maart tot 14 juli 1943 voerden de geallieerden tussen de vijfhonderd en duizend vluchten uit tot boven Stuttgart. In de nacht van 11 maart 1943 werd Spemanns huis zwaar getroffen en hij had zijn leven uitsluitend te danken aan het feit dat hij met een tijgersprong de schuilkelder had bereikt. Bij de aanval van 24 juli tot 18 november 1943 op het noordelijk gelegen Hamburg kreeg het zuidelijk gelegen Stuttgart het nog eens hard te verduren. Daarbij werd vooral het stadscentrum zwaar getroffen. Bovendien werd de toevoer van papier afgesneden, zodat talloze uitgeverijen over de kop gingen. Toch zou Spemann de zaak blijven bagatelliseren tot in de herfst van 1943. De 'area bombing' trof Stuttgart in de nacht van 7 op 8 oktober. Het staande zetsel van Streuvels' Ausgewählte Werke in zwei Bänden werd vernietigd. Tijdens de slag om Berlijn tussen 18 november 1943 en 31 maart 1944 werd Stuttgart opnieuw hevig gebombardeerd. Tijdens het bombardement van 25 juli 1944 verloor Spemann zijn beide dochters, zijn huis en weer eens Streuvels' inmiddels gedrukte Ausgewählte Werke (ongeveer 4500 stuks). H. Speliers, Als een oude Germaanse eik, p. 478-480.
[4] De blijde dag (1909) is een psychologische roman over wezenzorg en onderwijs. Het weeshuis voor meisjes lag aan de voet van de Kluisberg te Rozenaken. Er heerst een ijzeren tucht, de meisjes mogen er nooit naar buiten. De zusters hebben de wezen zo ver gekregen dat hun persoonlijkheid verdwenen schijnt om plaats te maken voor een gestandaardiseerd type, dat van een bedeesde, volgzame en godvruchtige maagd. Een van die ongelukkigen is Hélène Grisar, zestien jaar, mooi en kind van welgestelde ouders uit de hoofdstad. Haar familie heeft haar in het weeshuis ondergebracht om van haar af te zijn. Zij krijgt zelden bezoek, maar op een morgen wordt zij in de spreekkamer geroepen omdat haar oom daar is met zijn dochter. Alvorens te vertrekken, vraagt Hélène's oom of zij voor de rest van de dag met hem mee zou mogen gaan en in het gezelschap vertoeven van een tiental neven en nichtjes, waarmee hij naar de Kluisberg gekomen is om er eens uit te zijn. Zij krijgt de toestemming, maar oom moet beloven dat er niets verkeerds zal gebeuren. Bovenop d Kluisberg wordt Hélène aan haar lot overgelaten, terwijl de anderen in het gewoel van een kermis verdwijnen. Zij ligt alleen in het mos en het maakt haar triestig het geluk van de anderen te zien. De jongens flirten met de meisjes, ze zingen romantische liederen over de liefde en dat alles wekt in haar onderbewustzijn het verlangen naar zinnelijke wellust. In haar onrust zoekt zij de doofstomme Rodolf op, van wie zij vermoedt dat hij even eenzaam is als zij. Eerst vindt zij hem niet, maar wordt ongewild de getuige van een vrijerij tussen een meisje en Alfred, de mooiste jongen uit de groep. Hélène vlucht naar de kinderen, waar zij Rodolf aantreft. Ze moet meespelen en haar haar losmaken. Later, alvorens afscheid te nemen, krijgt zij een ringetje van Rodolf en een bloemtakje dat hij op haar borst speldt. Bij de herberg vanwaar zij vertrokken zijn, komt de knecht van et klooster Hélène halen. Als zij volgzaam met hem meegaat, is het met het gevoel dat er iets in haar bezoedeld is. Die avond kan zij niet bidden. Ze huilt wanhopig en telkens weer ziet zij de taferelen op de berg. De volgende dagen vertelt ze, vooral aan Eveline Flamant, over haar uitstapje naar de berg. Haar vertrouwelijkheid met Eveline wordt als een samenzwering. Eveline wil haar meeslepen om het weeshuis te ontvluchten. Al die afspraakjes zijn voor de zusters niet onopgemerkt gebleven. Hélène wordt ondervraagd. Daarna wordt zij afgezonderd van de andere meisjes, zodat zij zich als een uitgestotene gaat beschouwen. Plotseling krijgt zij een briefje van Eveline, die voorstelt de volgende nacht te vluchten, samen met twee andere meisjes. Het plan wordt uitgevoerd, maar de twee andere meisjes verdwijnen met het geld van Eveline en Hélène. Tegen de morgen komen zij in Ronse aan, waar Hélène's oom woont. Maar voor ze het huis vinden, worden ze door de politie aangehouden. Eveline kan ontsnappen. Op bevel van haar tante wordt Hélène opnieuw naar het weeshuis gestuurd. Ze hoopt toch nog op een bevrijding, maar ziet in dat er voor haar eenentwintigste jaar geen uitkomst is. Ze beseft dat ze nog vijf jaar geduld zal moeten hebben voor de vrijheid komt en ondertussen zal haar jeugd onherroepelijk voorbijgegaan zijn. A. Demedts, Stijn Streuvels. Een terugblik op leven en werk, p. 224-228.

Register

Naam - persoon

Streuvels, Stijn (° Heule, 1871-10-03 - ✝ Ingooigem, 1969-08-15)

Geboren als Frank Lateur en bakker van opleiding, maar onder zijn pseudoniem Stijn Streuvels als prozaschrijver bekend geworden in tijdschriften als Van Nu en Straks, Vlaanderen, De Gids en De Nieuwe Gids. De vlaschaard (1907) en De teleurgang van den waterhoek (1927) zijn twee van zijn bekendste romans.

Titel - werken van Streuvels

Streuvels, Stijn, Ausgewählte Werke in zwei Bänden (1945). Vertaald door: Jacobs, Karl, Ackermann, Werner, Schmülling, Hermine, Valeton, Anna, Spemann, Adolf. [vertaling-bloemlezing]
Streuvels, Stijn, Ausgewählte Werke in zwei Bänden (1945). Vertaald door: Jacobs, Karl, Ackermann, Werner, Schmülling, Hermine, Valeton, Anna, Spemann, Adolf.
Druk
Streuvels, Stijn, De blijde dag (1909). [novelle]
Streuvels, Stijn, De blijde dag (1909).
Voorpublicatie
  • Najaar - Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift, XVIII, 1908, dl. 35, p. 50-52 (januari), gedateerd: november 1907.
  • Almanach de la Générale Gantoise des Etudiants Catholiques, VII, 1908, p. 226-231.
  • De blijde dag - De Gids, LXXIII, 1909, dl. 1, p. 1-52, 262-309 (januari, februari).
Druk
  • Najaar. Eerste boek, Amsterdam, L.J. Veen, [1909], [VIII] + 205 + [III] p., 20,9 x 15,9 cm.
  • Vroeger Najaar I. Tweede [gewijzigde] druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1921], [IV] + 178 + [II] p., 18 x 12 cm, in: Stijn Streuvels' Werken
  • Derde druk, Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, [1944], 196 p., 21 x 15,7 cm. Lijsternestreeks, nr. XIV.
  • [Vierde druk], in: Stijn Streuvels' Volledige Werken. Deel VII., Kortrijk, 't Leieschip, [1953], p. 7-158.
  • Vijfde druk, Brugge-Utrecht, Desclée De Brouwer, [1970], 165 + [III] p., 19 x 13 cm.
  • Zesde druk, in: Volledig werk. Deel II. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1972], 867-992.

Indextermen

Naam - persoon

Streuvels, Stijn

Titel - werken van Streuvels

Ausgewählte Werke in zwei Bänden
De blijde dag