<Resultaat 353 van 2074

>

p1
Eerweerden heer en vriend

Mynen zoo geliefden henri is hier God dank nog eens aangekomen maer al eens vertrokken naer Meulebeke, en dan moet hy nog de reys afleggen, naer oncle den pastor te Audenaerde en ook naer Deynze.

Indien U Edele ons de langgewenschte eer, en voldoening gelieft te geven, een bezoek met Monseigneur Lootens te komen doen, zyt zoo goed, den dag en uer te laten weten, wanneer wy onze voituer naer de statie zouden zenden, en ook voor henri zyne reyzen te kunnen schikken, want hy mag nu maer korten tyd verblyven, zondag en acht dagen moet hy al weer op zynen post zyn[1] t’is veel te weynig voor my, maer tog beter of niet

blyve
p2
met agting en verlangen
U Edele zeer toegenege
Mme Van Doorne

Noten

[1] Hendrik Van Doorne was toen onderpastoor in de Sint-Leonardparochie in Southampton. Hij kwam jaarlijks voor de duur van één maand met vakantie naar het huis in Poeke.

Register

Correspondenten

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamVan De Velde, Justine; Van Doorne (Mevrouw)
Datums° Evergem, 24/04/1810 - ✝ Poeke, 11/02/1871
GeslachtVrouwelijk
BioJustine Van De Velde was afkomstig van Evergem bij Gent. Als kinderloze weduwe huwde ze in 1844 weduwnaar Joannes Van Doorne, vader van Marie en de Gezelleleerling Hendrik Van Doorne. Zelf kreeg ze nog vier kinderen, drie zonen en een dochter. Ze was een zeer gelovige, toegewijde moeder voor al de kinderen. Via haar zoontjes Hendrik en Jozef, die interne leerlingen in het kleinseminarie van Roeselare waren, kwam ze persoonlijk met de jonge Guido Gezelle in contact. Gezelle vond haar zo’n uitzonderlijke moeder dat hij tijdens zijn Roeselaarse periode verschillende gedichten aan haar opdroeg. Hij bezocht ook verscheidene keren het gezin thuis in Poeke. Hij vond er, zoals hij het in 1858 in het gedicht 'Poucke' beschreef "traan en troost en vrede, ja, daar was ’t zelfs al!". Toen haar jongste kind Guustje in 1862 stierf, schreef Gezelle drie gedichtjes om haar te troosten. Via correspondentie bleef ze contact houden met Gezelle, maar de toon was niet meer zo vertrouwelijk als voorheen. Ze stierf thuis in Poeke op 11 februari 1871. Naar aanleiding van haar overlijden schreef Gezelle twee gedichten in 'Rond den Heerd' waarin hij nog eens zijn genegenheid voor haar uitdrukte.
Relatie tot Gezellecorrespondent; gelegenheidsgedicht
BronnenArnold Strobbe, Hendrik Van Doorne, een leven in en uit de schaduw van Gezelle. [Loppem]: Guido Gezellekring, 2017; https://www.landvannevele.com/upload/1/paginas/1976%20LvN%20jrg%207%20afl%203.pdf

Briefschrijver

NaamVan De Velde, Justine; Van Doorne (Mevrouw)
Datums° Evergem, 24/04/1810 - ✝ Poeke, 11/02/1871
GeslachtVrouwelijk
BioJustine Van De Velde was afkomstig van Evergem bij Gent. Als kinderloze weduwe huwde ze in 1844 weduwnaar Joannes Van Doorne, vader van Marie en de Gezelleleerling Hendrik Van Doorne. Zelf kreeg ze nog vier kinderen, drie zonen en een dochter. Ze was een zeer gelovige, toegewijde moeder voor al de kinderen. Via haar zoontjes Hendrik en Jozef, die interne leerlingen in het kleinseminarie van Roeselare waren, kwam ze persoonlijk met de jonge Guido Gezelle in contact. Gezelle vond haar zo’n uitzonderlijke moeder dat hij tijdens zijn Roeselaarse periode verschillende gedichten aan haar opdroeg. Hij bezocht ook verscheidene keren het gezin thuis in Poeke. Hij vond er, zoals hij het in 1858 in het gedicht 'Poucke' beschreef "traan en troost en vrede, ja, daar was ’t zelfs al!". Toen haar jongste kind Guustje in 1862 stierf, schreef Gezelle drie gedichtjes om haar te troosten. Via correspondentie bleef ze contact houden met Gezelle, maar de toon was niet meer zo vertrouwelijk als voorheen. Ze stierf thuis in Poeke op 11 februari 1871. Naar aanleiding van haar overlijden schreef Gezelle twee gedichten in 'Rond den Heerd' waarin hij nog eens zijn genegenheid voor haar uitdrukte.
Relatie tot Gezellecorrespondent; gelegenheidsgedicht
BronnenArnold Strobbe, Hendrik Van Doorne, een leven in en uit de schaduw van Gezelle. [Loppem]: Guido Gezellekring, 2017; https://www.landvannevele.com/upload/1/paginas/1976%20LvN%20jrg%207%20afl%203.pdf

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamPoeke
GemeenteAalter

Naam - persoon

NaamVan De Velde, Justine; Van Doorne (Mevrouw)
Datums° Evergem, 24/04/1810 - ✝ Poeke, 11/02/1871
GeslachtVrouwelijk
BioJustine Van De Velde was afkomstig van Evergem bij Gent. Als kinderloze weduwe huwde ze in 1844 weduwnaar Joannes Van Doorne, vader van Marie en de Gezelleleerling Hendrik Van Doorne. Zelf kreeg ze nog vier kinderen, drie zonen en een dochter. Ze was een zeer gelovige, toegewijde moeder voor al de kinderen. Via haar zoontjes Hendrik en Jozef, die interne leerlingen in het kleinseminarie van Roeselare waren, kwam ze persoonlijk met de jonge Guido Gezelle in contact. Gezelle vond haar zo’n uitzonderlijke moeder dat hij tijdens zijn Roeselaarse periode verschillende gedichten aan haar opdroeg. Hij bezocht ook verscheidene keren het gezin thuis in Poeke. Hij vond er, zoals hij het in 1858 in het gedicht 'Poucke' beschreef "traan en troost en vrede, ja, daar was ’t zelfs al!". Toen haar jongste kind Guustje in 1862 stierf, schreef Gezelle drie gedichtjes om haar te troosten. Via correspondentie bleef ze contact houden met Gezelle, maar de toon was niet meer zo vertrouwelijk als voorheen. Ze stierf thuis in Poeke op 11 februari 1871. Naar aanleiding van haar overlijden schreef Gezelle twee gedichten in 'Rond den Heerd' waarin hij nog eens zijn genegenheid voor haar uitdrukte.
Relatie tot Gezellecorrespondent; gelegenheidsgedicht
BronnenArnold Strobbe, Hendrik Van Doorne, een leven in en uit de schaduw van Gezelle. [Loppem]: Guido Gezellekring, 2017; https://www.landvannevele.com/upload/1/paginas/1976%20LvN%20jrg%207%20afl%203.pdf
NaamVan Doorne, Hendrik Karel Evarist; Poucke; H. Jansseune, H. Godschalck en H.K.E.v.D.v.P.
Datums° Poeke, 16/04/1841 - ✝ Poeke, 14/09/1914
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; missionaris
VerblijfplaatsEngeland
BioHendrik Van Doorne maakte voor het eerst kennis met Gezelle toen hij in 1854 het pensionaat van het kleinseminarie te Roeselare begon. Gezelle ontfermde zich als surveillant over de dertienjarige die veel heimwee had naar huis en gaf hem de bijnaam 'Poeke', naar zijn thuisdorp. Hij had ook een goede relatie met Van Doornes familie, die hij verschillende keren thuis bezocht. Gezelle is nooit klasleraar geweest van Van Doorne, wel gaf hij hem les in Vlaams en Engels. Toch zijn bijzonder veel gedichten in verband te brengen met die leerling. De meeste werden door Van Doorne verzameld of zijn door Gezelle in zijn album geschreven. Slechts enkele daarvan zijn persoonlijk aan Van Doorne opgedragen, b.v. ‘k Hoore tuitend’ hoornen (augustus 1860). Niet toevallig dateren die gedichten hoofdzakelijk uit de zomer van 1860. Toen Gezelle daarna naar Brugge vertrok, volgde Van Doorne hem naar het Engels College en later het Engels Seminarie te Brugge. In augustus 1865 werd hij priester gewijd en een jaar later vertrok hij naar Engeland. Daar bleef hij ruim 30 jaar werkzaam. Hij was werkzaam te West Cowes, eiland Wight (1866), St. Joseph's, Southampton (1868) en Christ Church, ten westen van Lymington (november 1871), waar hij in contact kwam met de familie Weld. In mei 1873 werd hij directeur van het klooster te Roehampton (Londen) en in juni 1874 onderpastoor te Camber-well (Surrey). Op 01/06/1881 werd hij pastoor te Brixton. In februari 1901 nam hij ontslag en verbleef voor onbepaalde tijd op Lulworth Castle (Dorset) bij de familie Weld. Rond 1902 ging hij terug naar het ouderlijke erf te Poeke, waar hij in 1914 overleed. Vandoorne had een zekere literaire aanleg en Gezelle zag in hem “een nieuwen schoonen dichter”. Hij hielp Verriest bij het voorbereiden van Gedichten, gezangen en gebeden (1862) en zou ook aan Rond den Heerd meewerken. Behalve een roman schreef hij ook een niet afgewerkt Gedenkboek met zijn herinneringen aan Gezelle te Roeselare.
Relatie tot Gezellecorrespondent; oud-leerling kleinseminarie Roeselare; lid van Gezelles confraternity; gelegenehidsgedichten; lid van de Gilde van Sinte-Luitgaarde; medewerker Rond den Heerd
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III ; http://www.gezelle.be; Arnold Strobbe, Hendrik Van Doorne, een leven in en uit de schaduw van Gezelle. [Loppem]: Guido Gezellekring, 2017
NaamLootens, Louis Aloysius
Datums° Brugge, 17/03/1827 - ✝ Vancouver Island, 13/01/1898
GeslachtMannelijk
Beroeppriester, missionaris, apostolisch vicaris, hulpbisschop
BioLouis Lootens was een oud-leerling van het Sint-Lodewijkscollege te Brugge. Na zijn priesterstudies in Parijs vertrok hij naar de Verenigde Staten. Hij werd er apostolisch vicaris van Idaho (1868–76) en hulpbisschop van Vancouver Island (1876–98). In 1870 bracht Lootens een bezoek aan België, waar hij onder meer op 17 oktober 1870 de H. Bloedprocessie te Brugge bijwoonde.
Links[odis], [wikipedia]
NaamVan Doorne, Jozef Ivo; Josephus Ivo
Datums° Poeke, 04/09/1799 - ✝ Oudenaarde, 09/02/1874
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; onderpastoor; pastoor
BioJozef Ivo Van Doorne is de oom van Guido Gezelles leerling Hendrik Van Doorne. Hij werd op 08/03/1823 tot priester gewijd te Mechelen. Hij werd vervolgens onderpastoor op 26/04/1823 te Ertvelde en op 08/07/1824 te Evergem. Daarna werd hij pastoor op 14/08/1832 te Bavegem en op 09/09/1842 te Sint-Kornelis-Horebeke. Hij nam er op 24/09/1859 ontslag. Op 19/10/1859 werd hij pastoor op het begijnhof te Oudenaarde.
Links[odis]
BronnenRond den Heerd: (7 december 1879), p. 14-16

Naam - plaats

NaamDeinze
GemeenteDeinze
NaamMeulebeke
GemeenteMeulebeke
NaamOudenaarde
GemeenteOudenaarde
NaamPoeke
GemeenteAalter

Titel09/11/1870, Poeke, Justine Van De Velde (=mevrouw Van Doorne) aan [Guido Gezelle]
EditeurArnold Strobbe; Universiteit Antwerpen
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2024
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
VerzenderVan De Velde, Justine
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatum09/11/1870
VerzendingsplaatsPoeke (Aalter)
AnnotatieAdressaat gereconstrueerd op basis van toegevoegde notitie.
Fysieke bijzonderheden
Drager dubbel vel, 209x133
wit
papiersoort: 2 zijden beschreven, inkt
Staat volledig
Vormelijke bijzonderheden rouwpapier
Toevoegingen op zijde 1 links in de bovenrand: Aan G. Gezelle (inkt, hand P.A.)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief4894
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|11223
Inhoud
IncipitMynen zoo geliefden henri
Tekstsoortbrief
TalenNederlands
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.