Zeer aangenaam werd ik gisteren verrast door d'ontvangst van eene dooze uit Kortrijk, gevuld met geurige en smakelike liefkoeken. Die goede zende en kan ons van niemand el toekomen als van U, en zoo zeg ik U daarvoor bij dezen mijnen herteliksten dank. Dit nieue bewijs uwer goeder jonste t'onswaart is mij op nieu zeer welkom. Ook zal uwe goede gave ons in deze dagen, gewijd aan gezellig huisselik samenzijn, lekker smaken, en dubbel behagen wijl wij de vriendschap er bij gedenken die ons haar zond. Nogmaals hertelik dank, ook uit naam van mijnen zoon, die thans zijnen kerst-verloftijd aan den vaderliken heerd doorbrengt. Na eene viermaandsche afwezigheid is hij mij gezond en vroolik weer t'huis gekomen - anima sana in corpore sano[1] tot mijne innige blijdschap - Gode zij lof en dank! - Met minderp2bezorgdheid dan in den afgeloopenen zomer het geval was, zal ik hem nu na Nieue-jaar weêr zien vertrekken! Immers is hij aanvankelik op den goeden weg, God bestiere verder zijne schreden daarop! -
Uwen laatsten brief[2] voor een dag of tien, is mij in goede orde toegekomen. Maar met leedwezen zag ik in dat schrijven dat uwe hand wankelende is ende onvast - gelijk Gij ook in dien brief met woorden betuigt. Hoe is dat? Zijt Gij krank of ongesteld? Of is er een andere reden die uwe kracht doet kwijnen? Van herten hoop ik dat het slechts eene voorbijgaande ongesteldheid mag zijn, en dat Gij U reeds weder in goeden welstand en bij volle krachten moocht bevinden.
Ik neem deze gelegenheid te bate om U ook alle heil en zegen te wenschen met de aanstaande jaars-wisseling. Moge 1885 menige zegen van God op uw hoofd zien nederdalen! -
Het spijt mij dat het transvaalsche boekske, 't welk ik U zond, verloren is gegaan. Ik heb ook geen ander om het ver-p3lorene schaap te vervangen. Maar een ander boekje over "de friesche bierdrinkers"[3] zond ik U toe. Dat hebt Gij zekerlik ontvangen. Ook hoop ik U in de volgende maand eenen overdruk te kunnen zenden van een opstel[4] dat ik schreef ter beoordeeling van een onlangs hier verschenen aardrijkskundig woordenboekske, en waarin ik weêr eene lans breek voor het goede recht der friesche taalformen tegenover en nevens die van het hollandsch der aanmatigende taal-dwingelanden die hier in 't Noorden zoo wel tieren als bij U in 't Zuiden.
Voor uwen uitleg van 't woord "bargoensch" dank ik vriendelik. Hij komt mij zeer aannemelik voor.