Welke eer welk genoegen voor my van door uwe ervarene hand verbeterd te worden.
Och, hadde ik van over twintig jaar een meester gehad gelyk gy, wat zo ik verder gekomen zyn.
Myne poesy en is nooit hollandsch geweest om dat ik uit eigen gevoel dichte, maar ik moet bekennen dat ik over weinige jaren noch meende dat hollandsch vorm het model het voorbeeld van ons schryven was. Sedert dien is myn gedacht, door uw voorbeeld gericht, geheel veranderd Nu kies ik altyd uit twee woorden, tusschen twee zegwyzen, het vlaamsche voor zoo veel zy alle twee in de woordenboeken herkend zyn, maar ik en durf tegen deze laatste nog niet op gaan, omdat de kennis my ontbreekt en dat ik vandoen heb op een ander te steunen die my schynt meer te weten.
Uwe bemerkingen schynen my zeer gegrond. Al deze waarin gy de uitdrukking van myn gedacht klaarder en zoeter maakt p2neem ik ten vollen aan.
Eenige woorden die ge my opgeeft en zyn niet by ons gekend. Wy zeggen den woord, schuddende en voere zouden niet verstaan worden noch langen. Die stof was voor de stoffelykheid Het daarlaten van het enkelvoud. der gebiedend wys is zeker volgens 't volk, maar komt my zeer nieuw voor als ik 't geschreven zie. Waarom dan ook den eerste naamval der mannelyke z.n woorden niet weggelaten en gezeid mee 't volk. Daar komt nen engel uit den hemel. Ik en zie niet goed waar hem dat scheedt
Het afkeuren der onvolmaakte rymen schynt my ook overdreven. Ik heb altyd gehoord dat die toegelaten waren van in den tyd dat onze scherpe oó en eé en onze zware ei in de scholen nog geleerd wierden De hollanders, 't is waar, en noemen die rymen niet onvolmaakt, maar zy nemen den grondregel aan van onvolmaakte rymen toe te laten. Bilderdyk pryst ze aan en rymt heir op eer, arm of scharm. Ik en zie dus de noodwendigheid niet van het rym te vermoeielyken. De klank zal er min mede winnen dan de zin en de vloeizaamheid er zullen mede verliezen.p3Nu ik zal toch eens proeven uwen raad te volgen. Maar ik word al langs om meer verlegen van iets uit te geven. Het is een verdrietig schryven als de taal niet vast en staat, en ik zie weinig kans van ze van myn leven vast te zien staan op eenen vlaamschen grond.
't is de vlaamsche beweging een gedurig gewar van schoolvorsery en politiek die 't schryven belet en maakt dat alle tien jaar het vlaamsch moet herleerd worden.