Spijt omdat ik U niet meer wedergezien heb na de vergadering der jury; dank voor Gijsbrecht Japiks Rijmlerije, die ik aandachtig lezen zal.
Waar liggen de ongedrukte Gedichten van Pater Lucas Devriese, van wien spraak is op 27 October van den Duik-almanak?[1] Zijn ze soms het uitgeven niet weerd?
“Noenestond is in den haverband gebonden”[2] wil zeggen dat als de haver gebonden is, het “noenestonden” gedaan is. Anderen zeggen “De noenestond zit in den haverstoppel” (of ook: in den boonenstoppel).p2Arduls[3] lezende, dat ik niet begrijp, dacht ik aan den familienaam Ardouillie (…?)
Nu schrijf ik ten uwen gerieve eenige plaatsnamen langs de Schelde, van aan Antwerpen tot aan de zee, uit eene kaart van de zestiende eeuw:
Hoobooken, Outena, Oesterwele, Blockerdyck, den Agger (strooming in ‘t water), de Doolen (een eilandje waarop een kotje voor de doelschutters te zien is), Nuwelant, ter Severen (bij Hulst), de Zweeke (toeghedijct), de reepe (een inham), Heynkens sant, de Zweke (een andere inham), ter Noosen (ter Neuzen), den dieric (een pas in de Hont), de Stelle:
, de trentvliet, den roompot (een vaarwater), “een zee geheeten Melza” (tegen het uitvaren in de Noordzee, boven Zuid-Beveland.).
Nu heb ik omtrent de 100 woordenp3bijeen, welke ik binnenkort zal beginnen op orde te leggen en van nieuws te controleeren.
Schemelsgaren[4] is puik bewerkt, en wat er van zien, spien[5] in gezegd wordt, is merkensweerd.