Brugge, 2den April, 1888.
Eerwaarde Heer en Vriend,
Uit het schrijven van den Heer Prof. Samyn is mij gebleken, dat het U sedert eenigen tijd niet te wel gaat en dat het U moeielijk valt met de pen te werken. Dat spijt mij zooveel te rechtzinniger daar ik zelf, gelijk Gij weet, een jaar en half alle boek- en studiewerk heb moeten laten. Nu hoop ik wel, dat Gij aan de betere zijde zijt of komt, en welhaast Uwe gewone werkzaamheden zult kunnen hernemen.
Weet Gij niet waar ik Grimm’s Geschiedenis der Duitsche taal zou kunnen raadplegen?
Ik wil U niet lang bezighouden, en sluit dus met den wensch U spoedig hersteld te weten.
Uw dienstwillige
K Deflou