<Resultaat 1182 van 2074

>

p1
Eerwaarde Heer!

Onze maandvergadering, die heden moest plaats hebben, is dus verdaagd tot a.s. maandag[1] Is dat alles wel zeer regelmatig? Ik vraag mij af of men niet het best deed de verkiezingen tot de volgende maand uit te stellen, daar verscheidene leden, naar ik vrees, en o.a. U, de eerw. Heeren Daems en pastoor Claeys wegens den Kerstavond wellicht zullen verhinderd zijn de vergadering bij te wonen[2]

Hebt Gij reeds den heer Gailliardp2gesproken, om hem de candidatuur van den heer Scherpenseel[3] aan te bevelen? Zooniet, doe het spoedig, a.u.b.

Met de meeste hoogachting en na allervriendelijkste groete
Julius Obrie

Noten

[1] Zitting van maandag 24 december 1888.
[2] Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamsche Academie: (1888), p.293: aanwezig: Nap. de Pauw, bestuurder; Fr. de Potter, bestendige secretaris; H. Claeys, E. Gailliard, P. Génard, G. Gezelle, E. Hiel, L. Roersch, A. Snieders, F. van der Haeghen, P. Willems, P. Alberdingk Thijm, S. Daems, C. Hansen, L. Mathot, J. Micheels, J. Obrie, J. van Droogenbroeck, Th. Coopman, A. de Vos, K. Stallaert, J. Broeckaert, werkende leden; de heer K. de Flou, briefwisselend lid. Afwezig met kennisgeving, de heeren J. de Laet, onderbestuurder, en E. Stroobant, werkende leden; Bols en Schuermans, briefwisselende leden.
[3] Wellicht kan de verkiezing tot buitenlands erelid, op 24 december 1888, van Jozef-Pieter Scherpenseel uitgelegd worden als een blijk van belangstelling voor Zuid-Afrika. Er waren 25 plaatsen voor buitenlandse ereleden voorzien (W. Rombauts, De Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde (1886-1914), Gent, 1979, p.89).

Register

Correspondenten

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamObrie, Julius
Datums° Gent, 16/03/1849 - ✝ Gent, 20/11/1929
GeslachtMannelijk
Beroepmagistraat; hoogleraar; auteur
BioJulius Obrie werd geboren in Gent op 16 maart 1849 als zoon van een gerechtsdeurwaarder. Hij deed zijn middelbare studies aan het Koninklijk Atheneum en aan het Sint-Barbaracollege in Gent en studeerde er daarna rechten aan de universiteit (promotie 1872). Na zijn studies kwam hij aan de Gentse balie waar hij, samen met Albert Fredericq het initiatief nam om de taalwet op het gerecht te bespoedigen. Samen met hem stichtte hij in 1874 ook de Vlaamse Conferentie aan de balies van Antwerpen en Gent. In 1876 werd hij benoemd tot vrederechter in het kanton Waarschoot. Vanaf 1885 was hij voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg te Dendermonde. Obrie was katholiek en vlaamsgezind maar hield zich buiten de partijstrijd. Hij ijverde voor de verstandhouding tussen juristen in Nederland en België met het oog op een Vlaamse rechtswetenschap en het gebruik van een zuivere Nederlandse rechtstaal. Hij was ook betrokken bij de Nederlandse Taal- en Letterkundige congressen. In 1880 was hij verkozen tot lid van de Maatschappij te Leiden en in 1886 tot werkend lid van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde. In 1890 werd hij belast met de Nederlandse cursus van strafrecht te Luik en in 1897 hoogleraar aan de Gentse universiteit. Hij bleef er doceren tijdens de eerste wereldoorlog wat leidde tot zijn ontslag in 1919 aan de universiteit en in de Academie.
Links[dbnl]
Relatie tot Gezellecorrespondent; lid van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en Letterkunde
Bronnen https://nevb.be/wiki/Obrie,_Julius

Briefschrijver

NaamObrie, Julius
Datums° Gent, 16/03/1849 - ✝ Gent, 20/11/1929
GeslachtMannelijk
Beroepmagistraat; hoogleraar; auteur
BioJulius Obrie werd geboren in Gent op 16 maart 1849 als zoon van een gerechtsdeurwaarder. Hij deed zijn middelbare studies aan het Koninklijk Atheneum en aan het Sint-Barbaracollege in Gent en studeerde er daarna rechten aan de universiteit (promotie 1872). Na zijn studies kwam hij aan de Gentse balie waar hij, samen met Albert Fredericq het initiatief nam om de taalwet op het gerecht te bespoedigen. Samen met hem stichtte hij in 1874 ook de Vlaamse Conferentie aan de balies van Antwerpen en Gent. In 1876 werd hij benoemd tot vrederechter in het kanton Waarschoot. Vanaf 1885 was hij voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg te Dendermonde. Obrie was katholiek en vlaamsgezind maar hield zich buiten de partijstrijd. Hij ijverde voor de verstandhouding tussen juristen in Nederland en België met het oog op een Vlaamse rechtswetenschap en het gebruik van een zuivere Nederlandse rechtstaal. Hij was ook betrokken bij de Nederlandse Taal- en Letterkundige congressen. In 1880 was hij verkozen tot lid van de Maatschappij te Leiden en in 1886 tot werkend lid van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde. In 1890 werd hij belast met de Nederlandse cursus van strafrecht te Luik en in 1897 hoogleraar aan de Gentse universiteit. Hij bleef er doceren tijdens de eerste wereldoorlog wat leidde tot zijn ontslag in 1919 aan de universiteit en in de Academie.
Links[dbnl]
Relatie tot Gezellecorrespondent; lid van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en Letterkunde
Bronnen https://nevb.be/wiki/Obrie,_Julius

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamGent
GemeenteGent

Naam - persoon

NaamDaems, Servatius; Frater Domien
Datums° Noorderwijk, 04/06/1838 - ✝ Tongerlo, 30/07/1903
GeslachtMannelijk
Beroeppredikant; Norbertijner kanunnik; bibliothecaris; letterkundige
VerblijfplaatsNederland
BioServaas Daems deed zijn humaniora aan het college te Herentals en trad daarna in bij de Norbertijnen te Tongerlo, waar hij bibliothecaris werd en professor in de theologie. Hij stelde zijn talent als redenaar en als dichter vooral in dienst van zijn godsdienstig en pedagogisch ideaal. Op taalgebied nam Daems een algemeen-Nederlands standpunt in en voelde niet veel voor particularisme. Hij was lid van de Maatschappij te Leiden sedert 1882 en werd in 1886 ook verkozen tot lid van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde. Als bestuurder hield hij in 1900 onder de titel "Een eeuw van strijd" een invloedrijke toespraak over honderd jaar Vlaamse taalstrijd. Als letterkundige publiceerde hij de roman "Voor twee Vaders" (1868) en een humoristisch boekje "De Kruiwagens" (1869). Verder ook het toneelstuk "Sinte Dimphna’s Marteldood" (1874) en een aantal dichtbundels, sommige in middeleeuws trant. Hij vertaalde ook de XXste zang van Longfellows "Hiawatha". Tussen Gezelle en Daems bestond er maar matige waardering. Zo schreef hij een parodie op Gezelles "Bezoek bij 't graf".
Links[odis], [dbnl]
Relatie tot Gezellecorrespondent; lid van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal-en Letterkunde
Bronnen https://nevb.be/wiki/Daems,_Servaas_D.; R. Sterkens, Servaas Daems en zijn letterkundige werken, 1935
NaamGailliard, Edward Louis
Datums° Brugge, 04/07/1841 - ✝ Brugge, 29/07/1922
GeslachtMannelijk
Beroepboekhandelaar-uitgever; archivaris; historicus; taalkundige
BioGailliard ging naar het Sint-Lodewijkscollege (Brugge) en het kleinseminarie te Roeselare, waar hij les kreeg van Guido Gezelle. Toen zijn vader in 1864 stierf, nam hij diens drukkerij-boekbinderij over. Bij hem verschenen Rond den Heerd, La Flandre, De Halletoren en vele andere tijdschriften en boeken. Hij schreef samen met Gilliodts een Table analytique en een Glossaire Flamand. In december 1884 werd hij rijksarchivaris te Brugge. Hij was stichtend lid van de Koninklijke Academie voor Vlaamse Taal- en Letterkunde (08/07/1886) en secretaris van haar Bestendige Commissie voor Middelnederlandse Letterkunde. Van 1894 tot 1905 werkte hij aan De Keure van Hazebroek (5 delen).
Links[wikipedia], [dbnl]
Relatie tot Gezellezanter (WDT); correspondent; lid van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en Letterkunde; oud-leerling van Gezelle; uitgever van Rond den Heerd
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III
NaamObrie, Julius
Datums° Gent, 16/03/1849 - ✝ Gent, 20/11/1929
GeslachtMannelijk
Beroepmagistraat; hoogleraar; auteur
BioJulius Obrie werd geboren in Gent op 16 maart 1849 als zoon van een gerechtsdeurwaarder. Hij deed zijn middelbare studies aan het Koninklijk Atheneum en aan het Sint-Barbaracollege in Gent en studeerde er daarna rechten aan de universiteit (promotie 1872). Na zijn studies kwam hij aan de Gentse balie waar hij, samen met Albert Fredericq het initiatief nam om de taalwet op het gerecht te bespoedigen. Samen met hem stichtte hij in 1874 ook de Vlaamse Conferentie aan de balies van Antwerpen en Gent. In 1876 werd hij benoemd tot vrederechter in het kanton Waarschoot. Vanaf 1885 was hij voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg te Dendermonde. Obrie was katholiek en vlaamsgezind maar hield zich buiten de partijstrijd. Hij ijverde voor de verstandhouding tussen juristen in Nederland en België met het oog op een Vlaamse rechtswetenschap en het gebruik van een zuivere Nederlandse rechtstaal. Hij was ook betrokken bij de Nederlandse Taal- en Letterkundige congressen. In 1880 was hij verkozen tot lid van de Maatschappij te Leiden en in 1886 tot werkend lid van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde. In 1890 werd hij belast met de Nederlandse cursus van strafrecht te Luik en in 1897 hoogleraar aan de Gentse universiteit. Hij bleef er doceren tijdens de eerste wereldoorlog wat leidde tot zijn ontslag in 1919 aan de universiteit en in de Academie.
Links[dbnl]
Relatie tot Gezellecorrespondent; lid van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en Letterkunde
Bronnen https://nevb.be/wiki/Obrie,_Julius
NaamScherpenseel, Peter Jozef
Datums° Schinveld, 01/12/1842 - ✝ Schaarbeek, 12/01/1892
GeslachtMannelijk
Beroephoofdopsteller; consul-generaal; auteur
BioPeter Jozef Scherpenseel werd geboren te Schinveld (Nederlands-Limburg) als zoon van Jean Arnold Scherpenseel en Anne Catherine Buijsers. Hij verhuisde in 1865 naar België en trouwde op 28/08/1875 met Thérèse Hubertine Abels. Ze woonden te Schaarbeek, Brussel. Hij was actief op (taal)politiek vlak. Zo was hij lid van de Brusselse verenigingen De Veldbloem (1872-1873) en het Nationael Tooneel en bestuurslid van het Willemsfonds (1873-1875). Ook redigeerde hij de Vlaamsgezinde Brusselse weekbladen "De Kerels" (1870-1875) en "De Vlaamsche Standaard" (1881-1884). Hij publiceerde onder meer de "Schets over den politieken toestand der gemeente Schinveld (Limburg), 1849-1869, in verband gebracht met de laatste kiezerskwestie" (Luik, 1870), "De invloed der stereotypie in het Drukwezen" (Brussel, 1873) en "La vérité sur la situation militaire des Pays-Bas, de la Belgique et de la Hollande" (Utrecht, 1879). Daarnaast schreef hij "De Zuid-Afrikaansche spoorweg-quaestie in België en Holland" (Brussel, 1888) en vertaalde hij "How I Found Livingstone" (Amsterdam, 1885), van Henry Morton Stanley (1872). Sinds 1887 was hij gezant en Belgisch adviseur in Transvaal, Zuid-Afrika. Als aanhanger van de Groot-Nederlandse gedachte toonde hij dezelfde belangstelling als Guido Gezelle voor de taal- en stamverwante Boeren van Zuid-Afrika. Hij stond aan de wieg van de Eerste Boerenbeweging in Vlaanderen (1881-1895) en probeerde economische betrekkingen op gang te brengen tussen België en de Zuid-Afrikaansche Republiek (ZAR). Zijn idealisme was echter sterk verweven met materialistisch eigenbelang. Zo probeerde hij tevergeefs opdrachten voor de aanleg van spoorwegen in de ZAR in handen te krijgen en ook de oprichting van de brandverzekeringsmaatschappij Neerlandia (Brussel, 1889) en de Belgische-Zuid-Afrikaansche Handelsmaatschappij (1891) waren, weliswaar mislukte, pogingen om zijn Vlaamsgezindheid en Transvaal-sympathie commercieel uit te buiten. Dankzij Gezelles steun werd hij buitenlands erelid van de Koninklijke Vlaamse Academie op 24/12/1888.
Links[dbnl]
Relatie tot Gezellecorrespondent; buitenlands erelid van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en Letterkunde
Bronnen https://www.litnet.co.za/guido-gezelle-en-zuid-afrika-die-nasionale-digter-van-vlaandere-in-ons-verre-suid-hoek/ ; https://www.litnet.co.za/guido-gezelle-en-zuid-afrika-deel-2-die-nasionale-digter-van-vlaandere-in-ons-verre-suid-hoek/ ; https://search.arch.be/ ; https://www.openarch.nl/ ; https://books.google.be/books?vid=GENT900000219586&printsec=frontcover#v=onepage&q&f=false ; http://demodernetijd.nl/wp-content/uploads/DNE-1979-2c-Fasel-Maas.pdf ; https://books.google.be/books?vid=GENT900000219167&printsec=frontcover#v=onepage&q&f=false ; https://nevb.be/wiki/Scherpenseel(s),_Pieter_J. ;
NaamClaeys, Hendrik
Datums° Zomergem, 07/12/1838 - ✝ Gent, 17/11/1910
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; pastoor; erekanunnik; auteur; dichter
BioHendrik Claeys werd op 19/12/1863 tot priester gewijd in Brugge. Hij werd leraar poëzie aan het College van Oudenaarde (28/09/1864) en aan het kleinseminarie van Sint-Niklaas (1869-1884). Hij was belangrijk voor het Davidsfonds van Sint-Niklaas. Vervolgens was hij pastoor in Oostakker (31/07/1884) en Gent (08/05/1890). Hij kreeg de titel doctor honoris causa aan de Katholieke Universiteit Leuven (06/05/1887). Hij werd erekanunnik aan het Sint-Baafskapittel te Gent op 14/10/1904. Hij schreef verschillende gelegenheidsgedichten, cantates en artikels. Hij ontwikkelde zich ook als een groot redenaar. Zo verzorgde hij de lijkredes voor Hendrik Conscience en Guido Gezelle.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
Relatie tot Gezellelid van de Koninklijke Vlaamsche Academie

Naam - plaats

NaamGent
GemeenteGent

Titel19/12/1888, Gent, Julius Obrie aan [Guido Gezelle]
EditeurRik Van Gorp
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2023
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
VerzenderObrie, Julius
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatum19/12/1888
VerzendingsplaatsGent (Gent)
AnnotatieAdressaat gereconstrueerd op basis van toegevoegde notitie.
Fysieke bijzonderheden
Drager enkel vel, 211x138
wit
papiersoort: 2 zijden beschreven, inkt
Staat volledig
Toevoegingen op zijde 1 links in de bovenrand: Aan G. Gezelle (inkt, hand P.A.)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief6081
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|12362
Inhoud
IncipitOnze maandvergadering, die heden
Tekstsoortbrief
TalenNederlands
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.