<Resultaat 1495 van 2308

>

p1
Mijn eerw. Heer ende Meester,

Wensche u eerst ende vooral veel geluk en een goed, zalig Nieuwjaar.

Hierbij is er een stukske[1] komende van den Heer Van den Meulenbroucke.

Wij en willen het alzoo niet laten drukken omdat wij overtuigd zijn dat gij er daar vele weet bij te voegen dat hier geheel en gansch op zijne plaatse zijn zou.[2]

t Beste ware zeker wel dit stuk te drukken gelijk het is en uwe bemerkingen er achter te zetten.

Maar als ’t u belieft, en vergeet het niet liggen en zendt het binnen 2, 3 dagen weder.

'k meene dat gij niet altijd en gelooft wat ik u schrijve omdat gij zeker peist dat ik iets of wat overdreven ben. Nogtans gelooft mij vrij, wij en hebben bijna geenen voorraad p2en zeker is het dat wij weinig mogen verwachten van de meêschrijvers die bijna allen jonge priesters zijn die nu tot over den kop in 't werk zitten met het aanstaande concours.

Als gij allichte niet ter hulpe en komt en kunnen wij niet voort!

Dat is de zuivere waarheid.

Uwe verzen[3] zal ik binnen de 8 dagen kunnen wederzenden hope ik.

Wij hebben al de meêschrijvers betaald omtrent tegen 1 frank de Blzijde. Wij konden dat doen zonder in de armoede te vallen. Het geld is gezonden en wij hebben al van eenen gehoord dat het deugd doet. Uw geld ligt gereed. Mogen wij het zenden of moeten wij het bewaren met het overige? Alles staat zorgvuldig aangeteekend.

Zoo, believe het u, zendt allichte dit stuk en nog eenige andere waar ik u reeds van gesproken hebbe en nieuwe nog als gij 't best oordeelt.

Groete u eerbiedig en blijve uw zeer toegenegen
Edw.Van Robays
Te Brugge den 12/1/90[4]

Noten

[1] Van den Meulenbrouck, Peperwiszondag. In: Biekorf: 2 (1891) 2, p.27-28
[2] Het stuk werd inderdaad gepubliceerd met opmerkingen van Guido Gezelle: Peperwiszondag. In: Biekorf: 2 (1891) 2, p.28-29
[3] Vermoedelijk Het Meezeken (verscheen in Biekorf: 2 (1891) 1, p.12)
[4] Met het begin van het nieuwe jaar vergist Van Robays zich waarschijnlijk van jaartal: de brief is van 12/01/1891. Dit kunnen we zien aan de inhoud van de brief zoals de verwijzing naar de tekst Peperwiszondag van Van De Meulebroucke verschenen in Biekorf 1891 en in de eerste nrs. van Biekorf 1890 staan geen gedichten van Guido Gezelle wel in Biekorf 1891.

Register

Correspondenten

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamVan Robays, Edward; Van Roobeke, Edward
Datums° Egem, 2 of 3/02/1855 - ✝ Barhamur, 30/05/1906
GeslachtMannelijk
Beroepleraar; priester; missionaris; pater jezuïet
VerblijfplaatsIndië
BioEdward Van Robays, zoon van Leonardus, timmerman, en Rosalia Fraeye, werd tot priester gewijd te Brugge op 22/05/1880. Hij studeerde pedagogie te Leuven. Hij werd leraar wiskunde aan het Sint-Lodewijkscollege op 04/10/1881. Hij zette zich in voor de vernederlandsing van wiskundige termen en schreef diverse bijdragen hierover in Rond den Heerd. Hij was één van de stichters van het tijdschrift Biekorf. Op 24/09/1892 trad hij toe tot de jezuïeten en hij vertrok op 31/10/1894 naar West-Bengalen.
Links[odis]
Relatie tot Gezellecorrrespondent; medewerker Rond den heerd; medestichter van Biekorf
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III

Briefschrijver

NaamVan Robays, Edward; Van Roobeke, Edward
Datums° Egem, 2 of 3/02/1855 - ✝ Barhamur, 30/05/1906
GeslachtMannelijk
Beroepleraar; priester; missionaris; pater jezuïet
VerblijfplaatsIndië
BioEdward Van Robays, zoon van Leonardus, timmerman, en Rosalia Fraeye, werd tot priester gewijd te Brugge op 22/05/1880. Hij studeerde pedagogie te Leuven. Hij werd leraar wiskunde aan het Sint-Lodewijkscollege op 04/10/1881. Hij zette zich in voor de vernederlandsing van wiskundige termen en schreef diverse bijdragen hierover in Rond den Heerd. Hij was één van de stichters van het tijdschrift Biekorf. Op 24/09/1892 trad hij toe tot de jezuïeten en hij vertrok op 31/10/1894 naar West-Bengalen.
Links[odis]
Relatie tot Gezellecorrrespondent; medewerker Rond den heerd; medestichter van Biekorf
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamBrugge
GemeenteBrugge

Naam - persoon

NaamVan De Meulebroucke, Pieter Frederic
Datums° Berchem, 09/11/1823 - ✝ Berchem, 12/1908
GeslachtMannelijk
Beroepburgemeester; kunstschilder; schrijver; dichter
BioPieter Frederic Van De Meulebroucke werd op 9 november 1823 geboren te Berchem (Kluisbergen) als zoon van Frederic Van De Meulebroucke (1793-1861) en Maria Catharina Dorothea Petit (°1795). Hij was burgemeester van Berchem bij Oudenaarde (nu Kluisbergen) en lid van de gilde van Sinte-Luitgaarde. Hij schreef artikels voor ‘Rond den Heerd’ en vier artikels in ‘Biekorf’. Hij overleed eind 1908.
Relatie tot Gezellecorrespondent; adressenboekje Cordelia; lid van de gilde van Sinte-Luitgaarde
Bronnen https://gw.geneanet.org/wullus?n=vandemeulebroecke&oc=&p=pieter+frederic
NaamVan Robays, Edward; Van Roobeke, Edward
Datums° Egem, 2 of 3/02/1855 - ✝ Barhamur, 30/05/1906
GeslachtMannelijk
Beroepleraar; priester; missionaris; pater jezuïet
VerblijfplaatsIndië
BioEdward Van Robays, zoon van Leonardus, timmerman, en Rosalia Fraeye, werd tot priester gewijd te Brugge op 22/05/1880. Hij studeerde pedagogie te Leuven. Hij werd leraar wiskunde aan het Sint-Lodewijkscollege op 04/10/1881. Hij zette zich in voor de vernederlandsing van wiskundige termen en schreef diverse bijdragen hierover in Rond den Heerd. Hij was één van de stichters van het tijdschrift Biekorf. Op 24/09/1892 trad hij toe tot de jezuïeten en hij vertrok op 31/10/1894 naar West-Bengalen.
Links[odis]
Relatie tot Gezellecorrrespondent; medewerker Rond den heerd; medestichter van Biekorf
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III

Naam - plaats

NaamBrugge
GemeenteBrugge

Titel - gedicht van Guido Gezelle

Titelt Meezeken
PublicatieRijmsnoer (Verzameld dichtwerk, deel IV), p. 347

Indextermen

Briefontvanger

Gezelle, Guido

Briefschrijver

Van Robays, Edward

Correspondenten

Gezelle, Guido
Van Robays, Edward

Naam - persoon

Van De Meulebroucke, Pieter Frederic
Van Robays, Edward

Naam - plaats

Brugge

Plaats van verzending

Brugge

Titel - gedicht van Guido Gezelle

t Meezeken

Titel12/01/189[1], Brugge, Edward Van Robays aan [Guido Gezelle]
EditeurEls Depuydt; Universiteit Antwerpen
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2023
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
VerzenderVan Robays, Edward
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatum12/01/189[1]
VerzendingsplaatsBrugge (Brugge)
AnnotatieMet het begin van het nieuwe jaar vergist Van Robays zich waarschijnlijk van jaartal: de brief is vermoedelijk van 1891 en niet van 1890 (de tekst van Van De meulebroucke is dan peperwiszondag met opmerkingen G.G.; in de eerste nrs. van 1890 staan geen gedichten van G.G., wel in 1891; uitbetaling medeschrijvers is logisch na het beëindigen van de jaargang, niet in het begin, zie ook brief november 1890 ; adressaat gereconstrueerd op basis van toegevoegde notitie.
Gepubliceerd inDe briefwisseling tussen Guido Gezelle en enkele leden van de Dietsche Biehalle en Biekorf. Deel 2: Brieven / door Ina Galle. - Gent : onuitgegeven licentieverhandeling, (academiejaar 1984-1985), p.287
Fysieke bijzonderheden
Drager dubbel vel, 210x134
wit, vierkant geruit
papiersoort: 2 zijden beschreven, inkt
Staat volledig
Vormelijke bijzonderheden papier met stempel: Sinte Luudgarde // BIEKORF // te Brugge
Toevoegingen op zijde 1 links in de bovenrand: Aan G. Gezelle; idem rechts: 12 Jan. 1890 (inkt, beide hand P.A.); idem rechts: 90 (potlood)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief6257
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|12601
Inhoud
IncipitWensche u eerst ende vooral veel geluk
Tekstsoortbrief
TalenNederlands
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.