MINISTERE
de
L’INTÉRIEUR
et de
L’INSTRUCTION PUBLIQUE.
de
L’INTÉRIEUR
et de
L’INSTRUCTION PUBLIQUE.
Bruxelles, le 7n Januari 1893.
Eerw Heere en Waarde Collega
Ik ontvang heden met verzoek tot inschrijving door den Staat een exemplaar van Gedichten van Jer. Noterdaeme. Dit verzoek werd gedaan door den boekhandelaar Axters van Brugge.
Zoudt gij niet willen den dichter aanraden zelf eene vraag te sturen naar den Heer Minister? — zonder te laten weten, dat ik U dit verzoek? Ik heb de gedichten van Noterdaeme nog niet gelezen maar ze doorloopen en mij dunkt dat deze verdient aangemoedigd te worden. Schrijft hij aan den Minister, zoo zal ik doen wat behoorlijk is. Zalig nieuwjaar!
Uw dienstvaardige
J VanDroogenbroeck
N.B: Marie Debo zou, mogen ontvangst berichten van het haar gestuurd.[1]