<Resultaat 1602 van 2074

>

p1
GAND.UNIVERSITÉ DE L'ÉTAT.
BIBLIOTHÈQUE
Cher & éminent Confrère

Il n’y a pas bien longtemps qu’on est venu me demander si la bibliothèque possédait quelque dessin ou gravure concernant la petite Halle de Courtrai. Des recherches ont été faites alors à ce sujet, sans résultat.

A la réception de votre lettre[1] j’ai repris ces recherches. J’ai de nouveau consulté les dossiers relatifs à Courtrai. Hélas! je n’y ai rien rencontré qui puisse vous être utile.

Je vous remercie de votre avertissement en ce qui concerne la vente prochaine des livres de Mr le curé de Coene;[2] mais je ne sais si, pendant cette semaine, je trouverai le tempsp2de me rendre chez Mr Vyt.[3] Demain je vais à Bruxelles, mardi aura probablement lieu le service funèbre de Made de Nève, la belle-mère de mon fils Charles, jeudi c’est le diner traditionnel, dit des Curés, à l’occasion de la neuvaine du Putje,[4] et vendredi matin je pars pour St Amand-les-eaux.

Veuillez agréer, Cher & éminent Confrère, l’expression de mes sentiments les plus cordialement dévoués
F.Vanderhaeghen

Noten

[3] Catalogue de la bibliothèque délaissés par feu Mons. H. Coene, curé à Ingoyghem. Gent: Vyt, 1895.
[4] Heilige Sacramentskapel te Gent, in de volksmond ’t Putje.

Register

Correspondenten

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamVander Haeghen, Ferdinand
Datums° Gent, 16/10/1830 - ✝ Gent, 22/01/1913
GeslachtMannelijk
Beroepbibliothecaris; bibliograaf; gemeenteraadslid; grondeigenaar
BioFerdinand was de zoon van Desiderius Vander Haeghen, drukker-uitgever van "Gazette van Gent". Hij was een echte bibliofiel en werd bibliothecaris van de universiteit Gent (1869-1911). Hij woonde op het kasteel Maelte te Sint-Denijs-Westrem, waar Gezelle op bezoek kwam. Hij was gebeten door geschiedenis en publiceerde ook de enorme "Bibliographie Gantoise" (1858-1869). Hij startte in 1859 met de collectie 'Vliegende Bladen', een enorme verzameling losse documenten. Hij verzamelde Gentse drukken en in 1872 werd zijn collectie inclusief handschriften ondergebracht in de Gentse universiteitsbibliotheek. Hij was ook een Gents liberaal gemeenteraadslid (1863-1872). Vanaf 1886 was hij lid van Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en letterkunde.
Links[wikipedia]
Relatie tot Gezellecorrespondent; aanvrager gelegenheidsgedicht; stichtend lid van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en LetterkundeKoninklijke Vlaamse Academie

Briefschrijver

NaamVander Haeghen, Ferdinand
Datums° Gent, 16/10/1830 - ✝ Gent, 22/01/1913
GeslachtMannelijk
Beroepbibliothecaris; bibliograaf; gemeenteraadslid; grondeigenaar
BioFerdinand was de zoon van Desiderius Vander Haeghen, drukker-uitgever van "Gazette van Gent". Hij was een echte bibliofiel en werd bibliothecaris van de universiteit Gent (1869-1911). Hij woonde op het kasteel Maelte te Sint-Denijs-Westrem, waar Gezelle op bezoek kwam. Hij was gebeten door geschiedenis en publiceerde ook de enorme "Bibliographie Gantoise" (1858-1869). Hij startte in 1859 met de collectie 'Vliegende Bladen', een enorme verzameling losse documenten. Hij verzamelde Gentse drukken en in 1872 werd zijn collectie inclusief handschriften ondergebracht in de Gentse universiteitsbibliotheek. Hij was ook een Gents liberaal gemeenteraadslid (1863-1872). Vanaf 1886 was hij lid van Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en letterkunde.
Links[wikipedia]
Relatie tot Gezellecorrespondent; aanvrager gelegenheidsgedicht; stichtend lid van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en LetterkundeKoninklijke Vlaamse Academie

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamSint-Denijs-Westrem
GemeenteGent

Naam - persoon

NaamVander Haeghen, Ferdinand
Datums° Gent, 16/10/1830 - ✝ Gent, 22/01/1913
GeslachtMannelijk
Beroepbibliothecaris; bibliograaf; gemeenteraadslid; grondeigenaar
BioFerdinand was de zoon van Desiderius Vander Haeghen, drukker-uitgever van "Gazette van Gent". Hij was een echte bibliofiel en werd bibliothecaris van de universiteit Gent (1869-1911). Hij woonde op het kasteel Maelte te Sint-Denijs-Westrem, waar Gezelle op bezoek kwam. Hij was gebeten door geschiedenis en publiceerde ook de enorme "Bibliographie Gantoise" (1858-1869). Hij startte in 1859 met de collectie 'Vliegende Bladen', een enorme verzameling losse documenten. Hij verzamelde Gentse drukken en in 1872 werd zijn collectie inclusief handschriften ondergebracht in de Gentse universiteitsbibliotheek. Hij was ook een Gents liberaal gemeenteraadslid (1863-1872). Vanaf 1886 was hij lid van Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en letterkunde.
Links[wikipedia]
Relatie tot Gezellecorrespondent; aanvrager gelegenheidsgedicht; stichtend lid van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en LetterkundeKoninklijke Vlaamse Academie
NaamVyt, Camille Ludovicus
Datums° Gent, 16/09/1859 - ✝ Gent, 21/09/1913
GeslachtMannelijk
Beroepboekhandelaar; uitgever
BioCamille Ludovicus Vyt volgde in 1883 zijn vader Camille Ernest Joseph Vyt op als uitgever en boekhandelaar. Hij was expert in oude boeken en manuscripten. Zijn boekhandel was gehuisvest in het Regnessestraatje en was bekend bij binnen- en buitenlandse bibliofielen. Vyt bezorgde o.m. boeken aan Guido Gezelle, gaf catalogi van te veilen bibliotheken uit en organiseerde zelf veilingen zoals die van de familie Casterman uit Doornik. Hij gaf een maandelijkse boekencatalogus "Le Bouquiniste" met zijn prijzen uit. Boekhandel Vyt leverde ook regelmatig aan de Gentse Universiteitsbibliotheek. In 1897 diende de boekhandel te verhuizen naar de Nederkouter in Gent omdat een deel van de Regnessestraat werd opgebroken. Bij zijn overlijden in 1913 had hij geen zonen om zijn zaak over te nemen.
Relatie tot Gezellecorrespondent
BronnenVerzamelband Gand, imprimeurs et librairies door Ferdinand François Ernest Vander Haeghen; https://beeldbank.stad.gent/index.php/image/watch/1dfdb1a43c4e46a5bb12904a839a94e75eb2dd504de441458f36081a47df95c96qm62n7kluhr221te2ftv3dinqa604f4?tab=extra_field_names
NaamVander Haeghen, Charles
Datums° Gent, 05/10/1855 - ✝ Gent, 19/08/1901
GeslachtMannelijk
BioCharles was was één van de vijf zonen van Ferdinand vander Haeghen, de hoofdbibliothecaris van de Gentse Universiteit. Hij woonde samen met zijn vader en broers op het kasteel van Maelte (Sint-Denijs). Hij huwde met Alice de Neve de Roden. Een jaar na zijn overlijden trouwde zijn weduwe met zijn broer Maurice.
NaamCoene, Hubert
Datums° Geluwe, 03/11/1814 - ✝ Ingooigem, 15/06/1895
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; pastoor; onderpastoor
BioHubert Coene werd geboren op 3 november 1814, maar zijn geboorte werd pas aangegeven op 23 november 1814. Hij werd tot priester gewijd in 1842 en werd in 1843 onderpastoor te Moerkerke en in 1851 onderpastoor van St. Michiels, Roeselare. Hij was de stichter van de St.Franciscus-Xaverius-werkmansgilde te Roeselare, de tweede in België. Hij kreeg de opdracht om een nieuwe O.-L.-Vrouwparochie te stichten, maar hij zag hier van af omwille van gezondheidsredenen. Hij koos voor het rustige Ingooigem waar hij in 1868 benoemd werd tot pastoor. Hij overleed er in 1895. Guido Gezelle kende Coene van zijn Roeselaarse periode en hij dichtte bij zijn overlijden 'De goede man is ook voorbij...'.
Links[odis]
Relatie tot Gezellegelegenheidsgedicht
NaamVerbeeken, Henrica Josephina
Datums° Gent, 29/03/1829 - ✝ Gent, 29/06/1895
GeslachtVrouwelijk
BioHenrica Josephina Verbeeken was gehuwd met Eduardus Carolus de Neve de Roden. Ze was de schoonmoeder van Charles Vander Haeghen die getrouwd was met haar dochter Alice de Neve de Roden.

Naam - plaats

NaamBrussel
GemeenteBrussel
NaamGent
GemeenteGent
NaamKortrijk
GemeenteKortrijk
NaamSint-Denijs-Westrem
GemeenteGent
NaamSaint-Amand-les-Eaux

Naam - instituut/vereniging

NaamUniveristeitsbibliotheek Gent
BeschrijvingDe Universiteitsbibliotheek Gent opende kort na de stichting van de Universiteit Gent in 1817. Geconfisqueerde boeken uit de Franse overheersing (1794-1815) werden aan de bibliotheek geschonken. Tegenwoordig bestaat de collectie uit meer dan 3 miljoen werken, waarvan een deel tot het culturele erfgoed behoort, bijvoorbeeld de middeleeuwse werken Walewein en het schaakbord en de Vita Beatricis. Sinds 2007 wordt i.s.m. het Google Book Search-project een belangrijk deel van de collectie online beschikbaar gesteld. De universiteitsbibliotheek is sinds 1942 ondergebracht in de Boekentoren, een opvallend gebouw ontworpen door de Belgische architect Henry Van de Velde.
Datering1817-heden
Links[wikipedia]

Titel30/06/1895, Sint-Denijs-Westrem, Ferdinand Vander Haeghen aan [Guido Gezelle]
EditeurLut De Neve; Universiteit Antwerpen
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2023
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
VerzenderVander Haeghen, Ferdinand
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatum30/06/1895
VerzendingsplaatsSint-Denijs-Westrem (Gent)
AnnotatieAdressaat gereconstrueerd op basis van toegevoegde notitie; brief gestart op 30/06/1895 en verder geschreven op 01/07/1895.
Fysieke bijzonderheden
Drager enkel vel, 209x133
wit, gelijnd
papiersoort: 2 zijden beschreven, inkt
Staat volledig
Vormelijke bijzonderheden papier met briefhoofd: Gand. // Université de l'État. // Bibliothèque.
Toevoegingen op zijde 1 links in de bovenrand: Aan G. Gezelle (inkt, hand P.A.)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief6725
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|13088
Inhoud
IncipitIl n'y a pas bien longtemps qu'on est
Tekstsoortbrief
TalenFrans
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.