Brussel, 23 8ber 1895
Eerw. Collega & Vriend
Alles is in regel: de 1 200 eitjes[1] liggen bij mij tot toekomende maand. Wat Biekorf betreft wees daaromtrent gerust Ik zal daarvoor zorgen
Indien gij mocht verlangen een of meer biljetten van 100 vroeger te ontvangen laat het mij weten Ik zal ze u per post opsturen.
Naar mijne berekening zult gij wéldoen de subsidie in 3 deelen te verdeelen alsof gij drie achtereenvolgende jaren 400 frs kreegt. Aldus zijt gij gedurenden 3 jaar eene som van 400 frs rijker, waarmede gijp2dan koopen kunt of armen helpen naar uw goeddunken want geld is als kwikzilver het slipt door de vingers, zonder dat men het bemerkt. Ik ondervind dit dagelijks ofschoon ik de hand nog al gesloten houd.
Uw dienstvaardige en verkleefde
J VanDroogenbroeck