Ik wensche u eenen zaligen hoogdag van Paschen en daar bij eenen grooten proficiat met uwe benoeming als bestierder der engelsche damen. Gij moet nu naar ons oud gebuurte recht over den hof waar wij allen zoo lang gewoond hebben; het is toch zulk eene groote verandering voor u, ontziet gij het niet? Het spijt mij dat gij vertrekt van Kortrijk ik mocht u daar van tijd tot tijd komen bezoeken, maar naar Brugge zal ik toch niet komen. Dat kind dat u dezen brief brengt zal terug komen om antwoorde hebt gij geenen tijd om mij te schrijven. Mathilde zal wel willen zeggen wanneer gij vertrekt naar brugge en hoe het al gaat met u Gaat Mathilde mee: ik peize wel van jap2onze overste en al de zusters wenschen u ook hertelijk proficiat
Gij gaat nu zeker alle dagen moeten uwe leren handschoen aandoen bij die engelsche damen[2]
Nu goede reize naar Brugge ik ga u vergezellen met mijne gedachten en ook met mijne gebeden omdat gij toch daar nog lang, gelukkig en gezond moget leven
Vergeet niet aandat kind al het nieuws te zeggen dat gij weet