p1
Lieve Meester
'K hadde van myn verzenranke,
in der waarheid, meer verwacht
schoon ik U van herten danke
Om de verskens, waar gy tracht
Myn begeerten mee te paaien.
Blyft gy doof voor vogelzang,
Blind voor 't populierenzwaaien,
Ongevoelig voor den klank
Van de kinderstemmen, die den
Vurigen wensch van 't vriendenhert
Zingend, schilderende u bieden,
Uit de Waas landsche verte;
Denkt toch aan uw eigen krachten
Die naar ruste zoeken, denkt
Dat ge niet en moogt verachten
't zoete dat de Hemel schenkt:
Laat de vriendschap nederdauwen
Op uw brandend hoofdgestel
En de stilte u overschauwen
Met het suizend bladerspel
Onzer boomen. 't Zal geen schade
Geen verlies zyn voor uw werk
Ja welhaast met Gods genade
Wordt ge weder jong en sterk
p2
Om den moederschat te ziften
Uit het zand en hem in 't goud
Uwer dichterlyke schriften
Voort te zetten schoon en stout.
in der waarheid, meer verwacht
schoon ik U van herten danke
Om de verskens, waar gy tracht
Myn begeerten mee te paaien.
Blyft gy doof voor vogelzang,
Blind voor 't populierenzwaaien,
Ongevoelig voor den klank
Van de kinderstemmen, die den
Vurigen wensch van 't vriendenhert
Zingend, schilderende u bieden,
Uit de Waas landsche verte;
Denkt toch aan uw eigen krachten
Die naar ruste zoeken, denkt
Dat ge niet en moogt verachten
't zoete dat de Hemel schenkt:
Laat de vriendschap nederdauwen
Op uw brandend hoofdgestel
En de stilte u overschauwen
Met het suizend bladerspel
Onzer boomen. 't Zal geen schade
Geen verlies zyn voor uw werk
Ja welhaast met Gods genade
Wordt ge weder jong en sterk
p2
Om den moederschat te ziften
Uit het zand en hem in 't goud
Uwer dichterlyke schriften
Voort te zetten schoon en stout.
k zal, zoo spraat gy, wederkeeren
Als nog Academie is
't Is nu al gebeurd, twee keeren,
Meen ik, en 't was altyd mis
Als 't nu nog eens is, dan schryft gy,
En dan kom ik zelf naar Gent;
En een uurken praten blyft gy,
Anders ben ik niet kontent.
Hebt ge soms wat zaad in 't baksken
Zendt het voorenop, met spoed,
En dan breng ik U een paksken
Van... ge weet het wel... gegroet!
Als nog Academie is
't Is nu al gebeurd, twee keeren,
Meen ik, en 't was altyd mis
Als 't nu nog eens is, dan schryft gy,
En dan kom ik zelf naar Gent;
En een uurken praten blyft gy,
Anders ben ik niet kontent.
Hebt ge soms wat zaad in 't baksken
Zendt het voorenop, met spoed,
En dan breng ik U een paksken
Van... ge weet het wel... gegroet!
A.J.M. Janssens
Lieve meester, wilt vergeven
Dat ik heb verkeerd geschreven
Op 't papier. Ik moest nog zeggen,
Want men moet het over leggen.
Dat ik voor nen dag of tien *
Zal afwezig zyn misschien
Van den dynsdag af. 't waar zonde
Dat ge deedt voor niets uw ronde
Dat ik heb verkeerd geschreven
Op 't papier. Ik moest nog zeggen,
Want men moet het over leggen.
Dat ik voor nen dag of tien *
Zal afwezig zyn misschien
Van den dynsdag af. 't waar zonde
Dat ge deedt voor niets uw ronde
*Beter overdacht
't Is maar acht
't Is maar acht