Mijnheer den Directeur,[1]
Het tijdstip is weer aangekomen op welke, ik met veel betrouwen op uwe goedheid, u kom smeeken en schoone spreken om een stuk verzen te hebben voor de feestdag[2] van onze Paster Leo.
Alle jare ne keer kom ik u lastig vallen; maar gij weet ook wel, het ware eene geheele gemiste feeste zonder iets van den grooten Dichter!….
In de zoete hoop iets te verkrijgen, dank ik u grondhertiglijk op voorhand.
Eerbied en genegenheid
Zuster Overste
van ’t Klooster St Jans Put
De feest heeft plaats binnen 3 weken.