<Resultaat 1308 van 2074

>

p1
Waarde Collega

Bij het in orde brengen der bibliotheek van mijn Bureel[1] is bevonden dat de hier bijgevoegde afleveringen van Loquela in dubbel waren en dat de volgende ontbreken:

8e jaargang — n° 8 en 12 met de bijbladen[2]

9e " — n° 1. 2. 3. 5. 6. 8. 10. ook met de bijvoegsels[3]

Zou het mogelijk zijn deze afleveringen te sturen aan den Heer Minister van Binnenlandsche Zaken en Openbaar Onderwijs (Vlaamsch Bureel) te Brussel en zoudt gij dit willen doen?

Uw dienstvaardige
JVanDroogenbroeck

Stuur ook Uwe vraag voor Subsidie van Loquela in.

Noten

[1] op het ministerie van binnenlandse zaken en onderwijs.
[2] Loquela: 8 (Kerstmaand 1888) ; 8 (Oostermaand 1888) 12.
[3] Loquela: 9 (Meimaand 1889) 1, 9 (Wiedmaand 1889) 2, 9 (Hooimaand 1889) 3, 9 (Pietmaand) 5, 9 (Bamesse 1889) 6, 9 (Kerstmaand 1889) 8, 9 (Sporkele 1890) 10.

Register

Correspondenten

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamVan Droogenbroeck, Jan; Ferguut, Jan
Datums° Sint-Amands, 17/01/1835 - ✝ Schaarbeek, 27/05/1902
GeslachtMannelijk
Beroepauteur; dichter; leraar; muziekleraar; ambtenaar; redacteur
BioJan Van Droogenbroeck was aanvankelijk onderwijzer in Schaarbeek (1855-1870). Vanaf 1870 gaf hij les aan de muziekschool van Schaarbeek en Sint-Joost. In 1877 werd hij ambtenaar aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Hij was een dichter en prozaschrijver die in het begin publiceerde onder het pseudoniem Jan Ferguut. Gezelle droeg aanvankelijk het gedicht Weldadig zonneweer op aan Jan Van Droogenbroeck. In Rijmsnoer liet hij deze opdracht vallen. Van Droogenbroeck had in 1896 de vijfjaarlijkse prijs voor poëzie toegewezen gekregen en niet Gezelle. Hij was medewerker van de tijdschriften De Toekomst en Noord en Zuid en hoofdredacteur van De Zweep.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
Relatie tot Gezellecorrespondent; lid van de Koninklijke Vlaamsche Academie

Briefschrijver

NaamVan Droogenbroeck, Jan; Ferguut, Jan
Datums° Sint-Amands, 17/01/1835 - ✝ Schaarbeek, 27/05/1902
GeslachtMannelijk
Beroepauteur; dichter; leraar; muziekleraar; ambtenaar; redacteur
BioJan Van Droogenbroeck was aanvankelijk onderwijzer in Schaarbeek (1855-1870). Vanaf 1870 gaf hij les aan de muziekschool van Schaarbeek en Sint-Joost. In 1877 werd hij ambtenaar aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Hij was een dichter en prozaschrijver die in het begin publiceerde onder het pseudoniem Jan Ferguut. Gezelle droeg aanvankelijk het gedicht Weldadig zonneweer op aan Jan Van Droogenbroeck. In Rijmsnoer liet hij deze opdracht vallen. Van Droogenbroeck had in 1896 de vijfjaarlijkse prijs voor poëzie toegewezen gekregen en niet Gezelle. Hij was medewerker van de tijdschriften De Toekomst en Noord en Zuid en hoofdredacteur van De Zweep.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
Relatie tot Gezellecorrespondent; lid van de Koninklijke Vlaamsche Academie

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamBrussel
GemeenteBrussel

Naam - persoon

NaamVan Droogenbroeck, Jan; Ferguut, Jan
Datums° Sint-Amands, 17/01/1835 - ✝ Schaarbeek, 27/05/1902
GeslachtMannelijk
Beroepauteur; dichter; leraar; muziekleraar; ambtenaar; redacteur
BioJan Van Droogenbroeck was aanvankelijk onderwijzer in Schaarbeek (1855-1870). Vanaf 1870 gaf hij les aan de muziekschool van Schaarbeek en Sint-Joost. In 1877 werd hij ambtenaar aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Hij was een dichter en prozaschrijver die in het begin publiceerde onder het pseudoniem Jan Ferguut. Gezelle droeg aanvankelijk het gedicht Weldadig zonneweer op aan Jan Van Droogenbroeck. In Rijmsnoer liet hij deze opdracht vallen. Van Droogenbroeck had in 1896 de vijfjaarlijkse prijs voor poëzie toegewezen gekregen en niet Gezelle. Hij was medewerker van de tijdschriften De Toekomst en Noord en Zuid en hoofdredacteur van De Zweep.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
Relatie tot Gezellecorrespondent; lid van de Koninklijke Vlaamsche Academie
NaamDevolder, Joseph Emmanuel
Datums° Brussel, 09/07/1842 - ✝ Brussel, 11 /01/1919
GeslachtMannelijk
Beroeppoliticus; minister
BioJoseph Devolder was minister van binnenlandse zaken en openbaar onderwijs tussen 1887 en 1890 voor de Katholieke Partij.
Links[wikipedia]

Naam - plaats

NaamBrussel
GemeenteBrussel

Titel - werk van Guido Gezelle

TitelLoquela
Links[gezelle.be]

Indextermen

Briefontvanger

Gezelle, Guido

Briefschrijver

Van Droogenbroeck, Jan

Correspondenten

Gezelle, Guido
Van Droogenbroeck, Jan

Naam - persoon

Van Droogenbroeck, Jan
Devolder, Joseph Emmanuel

Naam - plaats

Brussel

Plaats van verzending

Brussel

Titel - werk van Guido Gezelle

Loquela

Titelxx/[03-04 ?/1890], [Brussel], Jan Van Droogenbroeck aan [Guido Gezelle]
EditeurKarel Platteau; Universiteit Antwerpen
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2023
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
VerzenderVan Droogenbroeck, Jan
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatumxx/[03-04 ?/1890]
VerzendingsplaatsBrussel (Brussel)
AnnotatieDatering en plaats gereconstrueerd op basis van de brieftekst: verwijzing naar nrs. van Loquela en naar het bureel van het ministerie te Brussel; adressaat gereconstrueerd op basis van contextuele gegevens.
Fysieke bijzonderheden
Drager enkel vel, 211x136
wit
papiersoort: 1 zijde in twee richtingen beschreven, inkt
Staat volledig
Vormelijke bijzonderheden watermerk: afbeelding, L'Union Fait La Force.
Toevoegingen op zijde 1 rechtsboven: Toelage wordt <-[xxxx]> o[xxx xxxxxx] // Mei 88 // [X.x.x.] 13/6 91 ? // Nog geen [xx.] van Dr. // [xxxxxx] 90 (potlood, hand P.A.)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief7710
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|14059
Inhoud
IncipitBij het in orde brengen
Tekstsoortbrief
TalenNederlands
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.