<Resultaat 1058 van 2074

>

p1+
Eerweerde Heer.

Binst de feesten van Breidel en de Coninc[1] had ik de eer UE tegen te komen in het College op de kamer van den E.H. Van Nieuwenhuyse zaliger memorie[2] Daar hebt gij mij stellig beloofd deze jare eenen voordracht te komen geven in het Davidsfonds van Nieuport. Nu kom ik UE. vriendelijk deze belofte herinneren en eerbiediglijk vragen of gij zondag en veertien dagen ‘s avonds te vijf uren er niet aan zou kunnen voldoen. Ik durf eene voldoende antwoord verwachten en

ondertusschen, Eerweerde Heer, geef ik UE. de verzekering mijner hoogachting.
Tuus in Christo[3]
V Beheyt
principal[4]
Nieuport 4 November 1887
p2

Noten

[1] Het Breydelfeest in Brugge was op 11/07/1887.
[2] Hendrik Van Nieuwenhuyse stierf in Brugge op 18/09/1887.
[3] Vertaling (Latijn): Geheel de uwe in Christus
[4] Victor Beheyt was van 11/06/1886 tot 16/09/1893 principaal van het college van Nieuwpoort.
zijpen, zeep, gezepen, de keer is gezepen = ’t water is eruit geloopen Alsembergh kaas Onderstreping van Guido Gezelle.Kunnen kost Onderstreping van Guido Gezelle. gekost ‘k heb dien mensch gekost Onderstreping van Guido Gezelle. = gekend Alsembergh Onderstreping van Guido Gezelle. Onderstreping van Guido Gezelle. Onderstreping van Guido Gezelle.

Register

Correspondenten

NaamBeheyt, Victor Julianus
Datums° Menen, 25/03/1852 - ✝ Kortrijk, 10/01/1921
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; schooldirecteur; pastoor
BioVictor Beheyt was de zoon van Ivo Beheyt, gareelmaker, en Carolina Gorrain. Hij studeerde pedagogie in Leuven in september 1875. Hij werd tot priester gewijd op 10/06/1875. Op 16/09/1877 werd hij leraar in het Sint-Lodewijkscollege te Brugge. Hij werd achtereenvolgens principaal van het college te Nieuwpoort (11/06/1886) en Tielt (16/09/1893). Vervolgens was hij actief als pastoor te Rollegem-Kapelle (11/08/1897), Ingelmunster (10/10/1900) en van de Onze-Lieve-Vrouwparochie in Kortrijk (26/03/1908).
Links[odis]
Relatie tot Gezellecorrespondent; lid van de Gilde van Sinte-Luitgaarde
NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Briefschrijver

NaamBeheyt, Victor Julianus
Datums° Menen, 25/03/1852 - ✝ Kortrijk, 10/01/1921
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; schooldirecteur; pastoor
BioVictor Beheyt was de zoon van Ivo Beheyt, gareelmaker, en Carolina Gorrain. Hij studeerde pedagogie in Leuven in september 1875. Hij werd tot priester gewijd op 10/06/1875. Op 16/09/1877 werd hij leraar in het Sint-Lodewijkscollege te Brugge. Hij werd achtereenvolgens principaal van het college te Nieuwpoort (11/06/1886) en Tielt (16/09/1893). Vervolgens was hij actief als pastoor te Rollegem-Kapelle (11/08/1897), Ingelmunster (10/10/1900) en van de Onze-Lieve-Vrouwparochie in Kortrijk (26/03/1908).
Links[odis]
Relatie tot Gezellecorrespondent; lid van de Gilde van Sinte-Luitgaarde

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamNieuwpoort
GemeenteNieuwpoort

Naam - persoon

NaamBeheyt, Victor Julianus
Datums° Menen, 25/03/1852 - ✝ Kortrijk, 10/01/1921
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; schooldirecteur; pastoor
BioVictor Beheyt was de zoon van Ivo Beheyt, gareelmaker, en Carolina Gorrain. Hij studeerde pedagogie in Leuven in september 1875. Hij werd tot priester gewijd op 10/06/1875. Op 16/09/1877 werd hij leraar in het Sint-Lodewijkscollege te Brugge. Hij werd achtereenvolgens principaal van het college te Nieuwpoort (11/06/1886) en Tielt (16/09/1893). Vervolgens was hij actief als pastoor te Rollegem-Kapelle (11/08/1897), Ingelmunster (10/10/1900) en van de Onze-Lieve-Vrouwparochie in Kortrijk (26/03/1908).
Links[odis]
Relatie tot Gezellecorrespondent; lid van de Gilde van Sinte-Luitgaarde
NaamVan Nieuwenhuyse, Hendrik
Datums° Kortrijk, 12/06/1849 - ✝ Brugge, 18/09/1887
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; subregent
BioHendrik Van Nieuwenhuyse, zoon van Jean Van Nieuwenhuyse, landbouwer, en Anne Delaere, werd op 22/05/1875 subregent van de externen in het Sint-Lodewijkscollege te Brugge en bleef dit tot aan zijn dood. Zijn priesterwijding ontving hij op 18/12/1875 in Brugge.
Links[odis]

Naam - plaats

NaamAlsemberg
GemeenteBeersel
NaamNieuwpoort
GemeenteNieuwpoort

Naam - instituut/vereniging

NaamDavidsfonds Nieuwpoort
BeschrijvingDe Davidsfondsafdeling Nieuwpoort was opgericht in 1880. Ze trachtte een aantal keer tevergeefs Guido Gezelle als spreker te krijgen.
Datering24/10/1880
Links[wikipedia]
NaamSint-Lodewijkscollege Brugge
BeschrijvingHet Sint-Lodewijkscollege werd vanaf 9 oktober 1834 als bisschoppelijk college ingericht in de gebouwen van de voormalige Duinenabdij aan de Potterierei. In 1846 verhuisde de school naar de hoek van de Noordzandstraat en de Dweersstraat, waar het steeds verder uitbreidde tot de site te klein werd. In 1972 verliet het college de binnenstad voor zijn huidige locatie. Gezelle volgde er lagere school van 1 oktober 1841 tot 17 augustus 1846. Hij had er onder meer les van Ferdinand Van de Putte. Na zijn terugkeer naar Brugge hield hij nauw contact met de school, o.m. via Leonard Lodewijk De Bo die hij op het Grootseminarie had leren kennen en via oud-leerlingen als Hugo Verriest. Zo kwam hij ook in contact met een nieuwe generatie leerkrachten als Edward Van Robays, Jan Craeynest en Cyriel Delaere met wie hij het tijdschrift Biekorf stichtte.
Datering1834
Links[odis], [wikipedia]

Titel04/11/1887, Nieuwpoort, Victor Julianus Beheyt aan [Guido Gezelle]
EditeurEls Depuydt; Universiteit Antwerpen
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2023
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
VerzenderBeheyt, Victor Julianus
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatum04/11/1887
VerzendingsplaatsNieuwpoort (Nieuwpoort)
AnnotatieAdressaat gereconstrueerd op basis van contextuele gegevens.
Fysieke bijzonderheden
Drager 2 enkele vellen, enkel vel 1: 102x132 ; enkel vel 2: 102x132
wit
papiersoort: 4 zijden beschreven, inkt
Staat volledig: brief verknipt tot twee taalkundige fiches en gereconstrueerd
Toevoegingen op zijde 2 rechts: taalkundige notities: zijpen, zeep, gezepen, de keer is gezepen = 't water is eruit geloopen Alsembergh kaas (inkt en blauw potlood, verticaal, hand G.G.); op zijde 4 linksonder: taalkundige notities: Kunnen kost gekost 'k heb dien mensch gekost = gekend Alsemberg (inkt, verticaal, hand G.G.)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief3322, K fiche 125 + 3586, zijpen
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|14124
Inhoud
IncipitBinst de feesten van Breidel en
Tekstsoortbrief
TalenNederlands
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.