<Resultaat 1995 van 2308

>

p1
Mijnheer Gezelle.[1]

Wilt de goedheid hebben van aan Mijnheer de pastoor zelf eens te spreeken voor ons te willen helpen, met 20 of 25 frank, voor ons zoo het een groot plezier zijn, en het kost aan u maar een woordje.

Rekende op u goed hert

p2

Noten

[1] Op basis van het handschrift wordt dit brieffragment toegeschreven aan Maria Daerden, waarvan er nog een andere brief bestaat: de brief van Maria Daerden aan Guido Gezelle van 10/08/1882.
lank/euvel, De term ‘lancevel’ betekent ‘ziekte of pijn in den onderbuik of de ingewanden’, en is een samenstelling van ‘lanke’ en ‘euvel’. Het eerste verwijst naar de lenden of het onderlijf, terwijl het tweede te maken heeft met het kwade, en zo ook met een kwaal of ziekte. (ONW, WNT) hetlenden zwere De term ‘lancevel’ betekent ‘ziekte of pijn in den onderbuik of de ingewanden’, en is een samenstelling van ‘lanke’ en ‘euvel’. Het eerste verwijst naar de lenden of het onderlijf, terwijl het tweede te maken heeft met het kwade, en zo ook met een kwaal of ziekte. (ONW, WNT)

Register

Correspondenten

NaamDaerden, Maria Ida Jacobina
Datums° Tongeren, 07/07/1861 - ✝ Kortrijk, 02/1932
GeslachtVrouwelijk
Beroepwinkeljuffrouw
BioMaria Ida Jacobina Daerden werd geboren te Tongeren op 7 juli 1861 als dochter van Arnold Daerden (Tongeren, 1832 - Kortrijk, 1896) en Anne Marie Esther Dekkers. Zij was 'winkeldochter'. Ze huwde op 27 januari 1892 in Kortrijk met August Keppens (Oordegem, 03/12/1858 - Kortrijk, 02/1917), zoon van Bernardus Keppens en Theresia Caes. Toen hij trouwde, had hij geen beroep. Hij werd dienstknecht, bij zijn overlijden was hij paardenbegeleider. Het echtpaar kreeg drie kinderen: Emiel Edmond August (Kortrijk, 13/05/1894 - Tienen, 18/08/1914); Leopold Keppens (Kortrijk, 09/11/1895 - Heule, 19/09/1979) en Emilie Keppens (Kortrijk, 20/08/1905 - Wetteren, 09/06/2001). Het gezin had het niet breed en klopte bij Gezelle aan voor financiële hulp. Maria Daerden stierf te Kortrijk in februari 1932.
Relatie tot Gezellecorrespondent
Bronnen https://gw.geneanet.org ; Historische kranten Kortrijk
NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Briefschrijver

NaamDaerden, Maria Ida Jacobina
Datums° Tongeren, 07/07/1861 - ✝ Kortrijk, 02/1932
GeslachtVrouwelijk
Beroepwinkeljuffrouw
BioMaria Ida Jacobina Daerden werd geboren te Tongeren op 7 juli 1861 als dochter van Arnold Daerden (Tongeren, 1832 - Kortrijk, 1896) en Anne Marie Esther Dekkers. Zij was 'winkeldochter'. Ze huwde op 27 januari 1892 in Kortrijk met August Keppens (Oordegem, 03/12/1858 - Kortrijk, 02/1917), zoon van Bernardus Keppens en Theresia Caes. Toen hij trouwde, had hij geen beroep. Hij werd dienstknecht, bij zijn overlijden was hij paardenbegeleider. Het echtpaar kreeg drie kinderen: Emiel Edmond August (Kortrijk, 13/05/1894 - Tienen, 18/08/1914); Leopold Keppens (Kortrijk, 09/11/1895 - Heule, 19/09/1979) en Emilie Keppens (Kortrijk, 20/08/1905 - Wetteren, 09/06/2001). Het gezin had het niet breed en klopte bij Gezelle aan voor financiële hulp. Maria Daerden stierf te Kortrijk in februari 1932.
Relatie tot Gezellecorrespondent
Bronnen https://gw.geneanet.org ; Historische kranten Kortrijk

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamKortrijk
GemeenteKortrijk

Naam - persoon

NaamDaerden, Maria Ida Jacobina
Datums° Tongeren, 07/07/1861 - ✝ Kortrijk, 02/1932
GeslachtVrouwelijk
Beroepwinkeljuffrouw
BioMaria Ida Jacobina Daerden werd geboren te Tongeren op 7 juli 1861 als dochter van Arnold Daerden (Tongeren, 1832 - Kortrijk, 1896) en Anne Marie Esther Dekkers. Zij was 'winkeldochter'. Ze huwde op 27 januari 1892 in Kortrijk met August Keppens (Oordegem, 03/12/1858 - Kortrijk, 02/1917), zoon van Bernardus Keppens en Theresia Caes. Toen hij trouwde, had hij geen beroep. Hij werd dienstknecht, bij zijn overlijden was hij paardenbegeleider. Het echtpaar kreeg drie kinderen: Emiel Edmond August (Kortrijk, 13/05/1894 - Tienen, 18/08/1914); Leopold Keppens (Kortrijk, 09/11/1895 - Heule, 19/09/1979) en Emilie Keppens (Kortrijk, 20/08/1905 - Wetteren, 09/06/2001). Het gezin had het niet breed en klopte bij Gezelle aan voor financiële hulp. Maria Daerden stierf te Kortrijk in februari 1932.
Relatie tot Gezellecorrespondent
Bronnen https://gw.geneanet.org ; Historische kranten Kortrijk
NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamVyncke, Edward
Datums° Beveren (Roeselare), 23/10/1822 - ✝ 05/03/1894
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; pastoor
BioEdward Vyncke werd in 1846 leraar aan het college van Torhout. Hij ontving zijn priesterwijding te Brugge op 19/12/1846. Hij werd pastoor te Sint-Baafs-Vijve (22/04/1865) en pastoor te Ingelmunster (09/12/1869). Hij werd op 18/09/1874 pastoor van de O.L.Vrouwekerk te Kortrijk, waar hij Guido Gezelle als onderpastoor had.
Links[odis]
Relatie tot Gezellecorrespondent; collega

Titels.d., [Kortrijk], [Maria Ida Jacobina Daerden] aan [Guido Gezelle]
EditeurStefaan Maes; Marc Carlier (research)
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2023
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
Verzender[Daerden, Maria Ida Jacobina]
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatums.d.
VerzendingsplaatsKortrijk (Kortrijk)
AnnotatieAdressant gereconstrueerd op basis van het handschrift ; adressaat gereconstrueerd op basis van de aanhef; plaats gerecontrueerd op basis van contextuele gegevens.
Fysieke bijzonderheden
Drager enkel vel, 104x133
wit, rechthoekig geruit
papiersoort: 2 zijden beschreven, purperen inkt
Staat fragment: onderkant van vel ontbreekt
Toevoegingen op verso links: taalkundige notities: Lank/euvel, het // lenden zwere (inkt, verticaal, hand G.G.)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief3586, lankeuvel
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|15295
Inhoud
IncipitWilt de goedheid hebben van aan
Tekstsoortbrief
TalenNederlands
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.