<Resultaat 1204 van 2074

>

p1Geloofd Zij Jezus Christus.
Zeer Eerwaarde Heer,

Gij zult, ik hoop het, de goedheid hebben mij te verontschuldigen zoo ik heden de eerbiedige vrijheid durf nemen, U eene gunst te komen vragen.

Onze Broeder Hendrik Missionaris in Amerika viert, - indien God hem leven schenkt – op 22sten Mei aanstaande zijn zilver jubile van Priester. Hij heeft er mij in zijnen laatsten brief – dien ik nog niet weder gekregen heb[1] - nog van gesproken en mij de hier bijgevoegde

p2 verzen, welke hij begeert te doen herdrukken, in gedachtenis van onzen zoo diepbetreurden broeder Rufin[2] medegezonden. Welnu, Eerwaarde Heer, ik ben zoo zeer begeerig hem ter gelegenheid van dit jubelfeest iets te zeggen, of dat er hem door U iets gezegd worde, dat, hoewel verlegen om het te doen, ik toch op mij genomen heb, U te vragen of niet eenige Uwer schone verzen[3] van welke onzen Broeder – zoo als wij allen – altijd zoo ingenomen is geweest, aan mijne begeerte zou konnen of mogen beantwoorden. Indien Gij Eerwaarde Heer, aan mijne verzoek wilt voldoen zal ik U de hertelijkste dank voor betuigen. Ik zou mijn Broedr zoo geern deze aangename verrassing verschaffen.

Gewoon zijnde mij in elke omstandigheid tot mijnen zoo teer beminden

Noten

[1] Deze brief is niet aanwezig in het Guido Gezellearchief. Er is enkel 1 brief aanwezig van H. Delbaere aan G. Gezelle van 22/10/1886.
Geslechte Geslachte 1296, 2987 Teken van Gezelle om de getallen 2987 en 2531 om te wisselen. 2531. Doorstreping van Guido Gezelle in blauw potlood.Gepubliceerd in: Guido Gezelle (uitgegeven door), Hennen van Merchtenen's Cornicke van Brabant. Gent: A. Siffer, 1896, p.179Doen z. Zie. Tonder d. Doorstreping van Guido Gezelle in potlood.Gepubliceerd in: Guido Gezelle (uitgegeven door), Hennen van Merchtenen's Cornicke van Brabant. Gent: A. Siffer, 1896, p.176. Teken van Gezelle om de getallen 2987 en 2531 om te wisselen. Doorstreping van Guido Gezelle in blauw potlood.Gepubliceerd in: Guido Gezelle (uitgegeven door), Hennen van Merchtenen's Cornicke van Brabant. Gent: A. Siffer, 1896, p.179 Zie. Doorstreping van Guido Gezelle in potlood.Gepubliceerd in: Guido Gezelle (uitgegeven door), Hennen van Merchtenen's Cornicke van Brabant. Gent: A. Siffer, 1896, p.176.
[2] Rufin stierf op 22/12/1887.
[3] Gezelle reageerde niet op deze brief. M. Delbaere hernieuwde haar vraag via een brief aan Gezelle op 01/05/1889. Uit een latere dankbrief van M. Delbaere, xx/05/1889 blijkt dat Gezelle uiteindelijk toch de verzen schreef.
Betteren = betaterenZoerselsprikt of nikt Nevenvorm van knikken (WNT, De Bo). of laat n’ schetedat ik van entwadde wete Nevenvorm van knikken (WNT, De Bo).

Register

Correspondenten

NaamDelbaere, Maria Juliana Lucia; Maria Philomena (zuster)
Datums° Ingooigem, 21/06/1845 - ✝ Brugge, 01/10/1934
GeslachtVrouwelijk
Beroepkloosterzuster
BioMaria Juliana Lucia Delbaere werd geboren te Ingooigem op 26 juli 1837 als jongste dochter van Martinus Delbaere (Aalbeke 1798 - Ingooigem 1855) en Maria Juliana Christiaens (Ingooigem 1801 - Ingooigem 1852). Zij had vier broers, allen oud-leerlingen van Guido Gezelle aan het kleinseminarie in Roeselare. Daarvan werden er drie priester gewijd (Rufin, Henri en Cyriel). Maria trad binnen bij de congregatie van de zusters van de Onbevlekte Ontvangenis van Marke. Haar kloosternaam was zuster Maria Philomena. Ze contacteerde Gezelle voor het schrijven van een gelegenheidsgedicht voor het 25-jarig priesterjubileum van haar broer Hendrik. Ze overleed in het begijnhof in Brugge op 1 oktober 1934.
Links[odis]
Relatie tot Gezelleadressenlijst Kortrijk; correspondent; gelegenheidsgedicht
BronnenGeneanet; https://www.archiefbankbrugge.be/
NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Briefschrijver

NaamDelbaere, Maria Juliana Lucia; Maria Philomena (zuster)
Datums° Ingooigem, 21/06/1845 - ✝ Brugge, 01/10/1934
GeslachtVrouwelijk
Beroepkloosterzuster
BioMaria Juliana Lucia Delbaere werd geboren te Ingooigem op 26 juli 1837 als jongste dochter van Martinus Delbaere (Aalbeke 1798 - Ingooigem 1855) en Maria Juliana Christiaens (Ingooigem 1801 - Ingooigem 1852). Zij had vier broers, allen oud-leerlingen van Guido Gezelle aan het kleinseminarie in Roeselare. Daarvan werden er drie priester gewijd (Rufin, Henri en Cyriel). Maria trad binnen bij de congregatie van de zusters van de Onbevlekte Ontvangenis van Marke. Haar kloosternaam was zuster Maria Philomena. Ze contacteerde Gezelle voor het schrijven van een gelegenheidsgedicht voor het 25-jarig priesterjubileum van haar broer Hendrik. Ze overleed in het begijnhof in Brugge op 1 oktober 1934.
Links[odis]
Relatie tot Gezelleadressenlijst Kortrijk; correspondent; gelegenheidsgedicht
BronnenGeneanet; https://www.archiefbankbrugge.be/

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamMarke
GemeenteKortrijk

Naam - persoon

NaamDelbaere, Maria Juliana Lucia; Maria Philomena (zuster)
Datums° Ingooigem, 21/06/1845 - ✝ Brugge, 01/10/1934
GeslachtVrouwelijk
Beroepkloosterzuster
BioMaria Juliana Lucia Delbaere werd geboren te Ingooigem op 26 juli 1837 als jongste dochter van Martinus Delbaere (Aalbeke 1798 - Ingooigem 1855) en Maria Juliana Christiaens (Ingooigem 1801 - Ingooigem 1852). Zij had vier broers, allen oud-leerlingen van Guido Gezelle aan het kleinseminarie in Roeselare. Daarvan werden er drie priester gewijd (Rufin, Henri en Cyriel). Maria trad binnen bij de congregatie van de zusters van de Onbevlekte Ontvangenis van Marke. Haar kloosternaam was zuster Maria Philomena. Ze contacteerde Gezelle voor het schrijven van een gelegenheidsgedicht voor het 25-jarig priesterjubileum van haar broer Hendrik. Ze overleed in het begijnhof in Brugge op 1 oktober 1934.
Links[odis]
Relatie tot Gezelleadressenlijst Kortrijk; correspondent; gelegenheidsgedicht
BronnenGeneanet; https://www.archiefbankbrugge.be/
NaamDelbaere, Rufin; Delbaere, Ivo Rufinus
Datums° Ingooigem, 07/02/1833 - ✝ Brugge, 22/12/1887
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; pastoor
BioIvo Rufinus Delbaere werd op 7 februari 1833 geboren als zoon van Martinus Josephus Delbaere (1798-1855), heel- en vroedmeester, en Marie Juliana Christiaens (1801-1853). Net als zijn broers was hij oud-leerling van Guido Gezelle. Hij werd in 1858 zelf leraar aan het St.-Amandscollege van Kortrijk. Hij ontving zijn priesterwijding op 18/12/1858 te Brugge. In 1859 werd hij leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Hij werd titularis van de poësis in 1863 en in 1865 van de retorica, waar hij in 1873 opgevolgd werd door Hugo Verriest. Vervolgens werd hij onderpastoor van de O.L.Vrouwekerk te Brugge (24/09/1873), pastoor te Sint-Andries (09/05/1877) en pastoor van de Sint-Jacobskerk te Brugge (25/07/1883). Hij overleed er op 22 december 1887. Hij is tevens de auteur van een aantal toneelstukken.
Links[odis]
Relatie tot Gezellekleinseminarie Roeselare; oud-leerling van Gezelle
Bronnen https://nl.geneanet.org/; https://doodsprentjes.be/index.php?lang=Nld&p=search;
NaamDelbaere, Henri; Delbaere, Polydore Henri
Datums° Ingooigem, 20/12/1838 - ✝ Danville (Illinois), 13/04/1901
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; missionaris
VerblijfplaatsAmerika
BioHendrik (Henri) Delbaere werd op 26 september 1838 geboren te Ingooigem als zoon van Martinus Josephus Delbaere (1798-1855), heel- en vroedmeester, en Marie Juliana Christiaens (1801-1853). Hij was de broer van Maria Delbaere, correspondent van Guido Gezelle, en Rufin Delbaere. Hij liep school aan het kleinseminarie van Roeselare en was oud-leerling van Gezelle. Daarna studeerde hij in Leuven en werd priester gewijd door Mgr. Sterckx op 22 mei 1864. Hij trok als missionaris naar Amerika waar hij achtereenvolgens verbleef in Detroit (1864), Archbold (1875) en het diocees Peoria (vanaf 1879). Hij overleed in Danville (Illinois) op 13 april 1901. Guido Gezelle schreef in 1889 een (onbekend) gedicht voor zijn priesterjubileum op vraag van zijn zus Maria Delbaere.
Relatie tot Gezellekleinseminarie Roeselare; oud-leerling; correspondent; gelegenheidsgedicht
BronnenGeneanet; https://www.archiefbankbrugge.be/

Naam - plaats

NaamZoersel
GemeenteZoersel

Titel - gedicht van Guido Gezelle

Titelonbekend

Indextermen

Briefontvanger

Gezelle, Guido

Briefschrijver

Delbaere, Maria Juliana Lucia

Correspondenten

Delbaere, Maria Juliana Lucia
Gezelle, Guido

Naam - persoon

Delbaere, Maria Juliana Lucia
Delbaere, Rufin
Delbaere, Henri

Naam - plaats

Zoersel

Plaats van verzending

Marke

Titel - gedicht van Guido Gezelle

onbekend

Titel07/03/1889, Marke, Maria Juliana Lucia Delbaere [= (Zuster) Maria Philomena Delbaere] aan [Guido Gezelle]
EditeurRik Van Gorp; Marc Carlier (research); Peter De Baets (research)
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2023
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
VerzenderDelbaere, Maria Juliana Lucia
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatum07/03/1889
VerzendingsplaatsMarke (Kortrijk)
AnnotatieAdressaat gereconstrueerd op basis van contextuele gegevens.
Fysieke bijzonderheden
Drager 3 enkele vellen, enkel vel 1: 105x134 ; enkel vel 2: 105x134 ; enkel vel 3: 106x134
wit, vierkant geruit
papiersoort: 5 zijden beschreven, inkt
Staat onvolledig: brief verknipt tot meerdere taalkundige fiches waarvan drie gereconstrueerd; bovenkant van vel 3 ontbreekt
Toevoegingen op zijden 1 en 3 links: taalkundige notities: Geslechte Geslachte 1296, 29872, 2531.; Doen z. Tonder d. (inkt en blauw potlood, verticaal, beide hand G.G.); op zijden 2 en 4 links: taalkundige notities: Betteren = betateren Zoersel; sprikt of nikt of laat n' schete // dat ik van entwadde wete (inkt, verticaal, hand G.G.); op zijde 1 linksboven: Db (rood potlood); op zijde 3 in het midden: 38 (potlood); op blanco zijde 6 links en en rechts (gedeeltelijk doorgehaald): taalkundige notities (inkt en potlood, verticaal, beide hand G.G.)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief3322, S fiche 106 + 3322, B fiche 85 + 3322, Z fiche 68
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|15613
Inhoud
IncipitGij zult, ik hoop het, de goed-
Samenvatting aanvraag voor gelegenheidsgedicht voor Henri Delbaere
Tekstsoortbrief
TalenNederlands
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.