<Resultaat 1393 van 2074

>

p1
Eerweerde Heer,

Ik bedank U voor den schoonen dicht die gy my gezonden hebt[1]

Het is my byzonder aangenaam geweest hem zoo spoedig te ontfangen. Ik zal alzoo veel tyd hebben om hem te doen drukken. Ik wist wel iets schoons te krygen, doch ik heb my aan zooveel niet verwacht.

U nogmaels bedankende bied ik U myne eerbiedige groetenissen aen.
Jneeanne Deraedt Rosseeuw
p2

Noten

[1] De schrijfster kende Gezelle van Kortrijk. In naam van haar echtgenoot Pierre Joseph Deraedt, gemeenteontvanger van Izegem, had ze Gezelle om een berijmd opschrift verzocht ter gelegenheid van de inhaling van Laurentius De Hulster als pastoor van Izegem op 15 juli 1891. De brief moet dus geschreven zijn kort voor de inhaling.
zegel (zegels leggen)de geletten leggenDe BoKruisboge,krake De Bo.Voetboge. Kraanboge. krake (=kraneke?) De Bo. Stelleboog , Schuermans Notities voor bastaardwoordenboek van Jan Craeynest en Guido Gezelle. Notities voor bastaardwoordenboek van Jan Craeynest en Guido Gezelle.

Register

Correspondenten

NaamRosseeuw, Jeannette Marie; Rosseeuw, Jeanne
Datums° Kortrijk, 17/12/1860 - ✝ Izegem, 23/07/1938
GeslachtVrouwelijk
BioJeannette Rosseeuw werd op 17 december 1860 geboren te Kortrijk als dochter van Thomas Rosseeuw en Adelaïde Hiltrop. Die hadden een kapperszaak op de Graanmarkt en behoorden tot de gegoede burgerij. Op 14 april 1880 trouwde ze met Pierre Joseph Deraedt, gemeenteontvanger van Izegem. In 1891 had ze contact met Gezelle over een gelegenheidsgedicht. Het gezin kwam ook ter sprake in Gezelles briefwisseling met uitgever De Meester. In 1915 werd ze weduwe, en zelf stierf ze op 23 juli 1938 in de Sint-Jozefskliniek in de Roeselaarsestraat te Izegem.
Relatie tot Gezellecorrespondent
BronnenHuwelijksakte Rijksarchief; https://www.familysearch.org/
NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Briefschrijver

NaamRosseeuw, Jeannette Marie; Rosseeuw, Jeanne
Datums° Kortrijk, 17/12/1860 - ✝ Izegem, 23/07/1938
GeslachtVrouwelijk
BioJeannette Rosseeuw werd op 17 december 1860 geboren te Kortrijk als dochter van Thomas Rosseeuw en Adelaïde Hiltrop. Die hadden een kapperszaak op de Graanmarkt en behoorden tot de gegoede burgerij. Op 14 april 1880 trouwde ze met Pierre Joseph Deraedt, gemeenteontvanger van Izegem. In 1891 had ze contact met Gezelle over een gelegenheidsgedicht. Het gezin kwam ook ter sprake in Gezelles briefwisseling met uitgever De Meester. In 1915 werd ze weduwe, en zelf stierf ze op 23 juli 1938 in de Sint-Jozefskliniek in de Roeselaarsestraat te Izegem.
Relatie tot Gezellecorrespondent
BronnenHuwelijksakte Rijksarchief; https://www.familysearch.org/

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamIzegem
GemeenteIzegem

Naam - persoon

NaamRosseeuw, Jeannette Marie; Rosseeuw, Jeanne
Datums° Kortrijk, 17/12/1860 - ✝ Izegem, 23/07/1938
GeslachtVrouwelijk
BioJeannette Rosseeuw werd op 17 december 1860 geboren te Kortrijk als dochter van Thomas Rosseeuw en Adelaïde Hiltrop. Die hadden een kapperszaak op de Graanmarkt en behoorden tot de gegoede burgerij. Op 14 april 1880 trouwde ze met Pierre Joseph Deraedt, gemeenteontvanger van Izegem. In 1891 had ze contact met Gezelle over een gelegenheidsgedicht. Het gezin kwam ook ter sprake in Gezelles briefwisseling met uitgever De Meester. In 1915 werd ze weduwe, en zelf stierf ze op 23 juli 1938 in de Sint-Jozefskliniek in de Roeselaarsestraat te Izegem.
Relatie tot Gezellecorrespondent
BronnenHuwelijksakte Rijksarchief; https://www.familysearch.org/

Titel - gedicht van Guido Gezelle

TitelDe raad van God is wonderbaar
PublicatieVerzameld dichtwerk, deel VIII, p. 120

Titel - ander werk

TitelWestvlaamsch idioticon
AuteurDe Bo, Leonard Lodewijk
Datum1873
PlaatsBrugge
UitgeverGailliard

Indextermen

Briefontvanger

Gezelle, Guido

Briefschrijver

Rosseeuw, Jeannette Marie

Correspondenten

Rosseeuw, Jeannette Marie
Gezelle, Guido

Naam - persoon

Rosseeuw, Jeannette Marie

Plaats van verzending

Izegem

Titel - ander werk

Westvlaamsch idioticon

Titel - gedicht van Guido Gezelle

De raad van God is wonderbaar

Titelxx/[06?/1891], [Izegem], [Jeannette Marie Rosseeuw] (= mevrouw Jeanette Marie De Raedt) aan [Guido Gezelle]
EditeurKoen Calis; Universiteit Antwerpen
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2023
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
VerzenderRosseeuw, Jeannette Marie
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatumxx/[06?/1891]
VerzendingsplaatsIzegem (Izegem)
AnnotatieDatum gereconstrueerd op basis van de brieftektst: net voor de inhaling van Laurentius De Hulster als pastoor van Izegem op 15/07/1891; adressaat en plaats gereconstrueerd op basis van contextuele gegevens.
Fysieke bijzonderheden
Drager 2 enkele vellen, enkel vel 1: 107x133 ; enkel vel 2: 107x133
wit, vierkant geruit
papiersoort: 2 zijden beschreven, inkt
Staat volledig: brief verknipt tot twee taalkundige fiches en gereconstrueerd
Toevoegingen op blanco zijde 2 rechts: taalkundige notities: Kruisboge, <-krake // De Bo>. Voetboge. // Kraanboge. krake (=kraneke?) // De Bo. Stelleboog , Schuermans (inkt, verticaal, hand G.G. en J. Craeynest); op blanco zijde 4 links: taalkundige notities: zegel (zegels leggen) // de geletten leggen // De Bo (inkt, verticaal, hand G.G.)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief3322, K fiche 118 + 3322, Z fiche 15
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|15892
Inhoud
IncipitIk bedank U voor den schoonen
Samenvatting vraag voor gelegenheidsgedicht voor de inhaling van Laurentius De Hulster als pastoor van Izegem op 15/07/1891
Tekstsoortbrief
TalenNederlands
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.