<Resultaat 2069 van 2126

>

p1+
Monsieur le Vicaire,

Votre frère Joseph me charge de vous prier de lui envoyer le livre intitulé: Les reliques de la Passion. Si vous vouliez le remettre à Marie, je dois expédier un panier chez lui et je l’ajouterai

salut respectueux
La Soeur Supérieure

Noten

duivelsbete. De taalkundige notitie heeft de structuur voor publicatie in Loquela, maar werd niet gepubliceerd vermoedelijk omwille van de inhoud. de = - ?‘k he vandage gezien t’ gene dat ik nog nooit gezien en hadde” (zei een man qui adfuerat uxori sua parienti prolem, et confitebatur se obscoene locutum tua fuisse, adludens vulvae in partu dehiscenti) Vertaling Paul Thoen (Latijn): die erbij geweest was toen zijn vrouw een kind baarde en die opbiechtte dat hij gemene taal gesproken had: hij had allusie gemaakt op de zich op dat moment openende baarmoeder. t was lyk een duivelsbete!” De taalkundige notitie heeft de structuur voor publicatie in Loquela, maar werd niet gepubliceerd vermoedelijk omwille van de inhoud. Vertaling Paul Thoen (Latijn): die erbij geweest was toen zijn vrouw een kind baarde en die opbiechtte dat hij gemene taal gesproken had: hij had allusie gemaakt op de zich op dat moment openende baarmoeder.

Register

Correspondenten

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamVan Gillewe, Octavie; Zuster Marie-Stanislas
Datums° Zarren, 03/11/1836 - ✝ Kortrijk, 12/05/1891
GeslachtVrouwelijk
Beroepkloosterzuster; kloosteroverste
BioOctavie Van Gillewe werd geboren te Zarren op 3 november 1836 als de dochter van herbergier Carolus Van Gillewe (°Hooglede, 18/11/1782) en Barbara Constantia Tuytten (°Zarren, 22/02/1796). Ze trad in bij de Zusters van Liefde te Heule in 1857 en werd geprofest in 1859. Haar kloosternaam was Marie-Stanislas. Op 19 augustus 1871 werd ze aangesteld als overste van het bijhuis in de Kortrijkse wijk Overleie, het Klooster van Sint-Jansput op de Sint-Elooisparochie waaraan ook een school verbonden was. Gezelle had een nauwe band met haar en de instellingen. Hij dichtte tal van gelegenheidsgedichten zoals 'Uw feestdag moeder Euverste, is' en 'Jubilé was rust te zeggen' waarvan ze een afschrift bewaarde in een album. Ze overleed in 1891 en werd opgevolgd door haar nicht Zuster Salomé..
Relatie tot Gezellecorrespondent; gelegenheidsgedichten

Briefschrijver

NaamVan Gillewe, Octavie; Zuster Marie-Stanislas
Datums° Zarren, 03/11/1836 - ✝ Kortrijk, 12/05/1891
GeslachtVrouwelijk
Beroepkloosterzuster; kloosteroverste
BioOctavie Van Gillewe werd geboren te Zarren op 3 november 1836 als de dochter van herbergier Carolus Van Gillewe (°Hooglede, 18/11/1782) en Barbara Constantia Tuytten (°Zarren, 22/02/1796). Ze trad in bij de Zusters van Liefde te Heule in 1857 en werd geprofest in 1859. Haar kloosternaam was Marie-Stanislas. Op 19 augustus 1871 werd ze aangesteld als overste van het bijhuis in de Kortrijkse wijk Overleie, het Klooster van Sint-Jansput op de Sint-Elooisparochie waaraan ook een school verbonden was. Gezelle had een nauwe band met haar en de instellingen. Hij dichtte tal van gelegenheidsgedichten zoals 'Uw feestdag moeder Euverste, is' en 'Jubilé was rust te zeggen' waarvan ze een afschrift bewaarde in een album. Ze overleed in 1891 en werd opgevolgd door haar nicht Zuster Salomé..
Relatie tot Gezellecorrespondent; gelegenheidsgedichten

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamKortrijk
GemeenteKortrijk

Naam - persoon

Naamonbekend
NaamGezelle, Jozef Aloysius Hyacinthus
Datums° Brugge, 12/02/1840 - ✝ Stene, 18/06/1903
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; kloosterdirecteur; onderpastoor; pastoor
BioJozef, de jongste broer van Guido Gezelle, studeerde aanvankelijk te Brugge en later te Roeselare en te Turnhout. In Leuven volgde hij een opleiding aan het Amerikaans Seminarie. Net zoals zijn broer wilde Jozef immers naar Engeland trekken om er het katholieke geloof te verkondigen. In 1863 reisden de broers tevergeefs naar Engeland om daar een geschikt seminarie te vinden. In 1863-1864 was Jozef ingeschreven in het Engels Seminarie te Brugge. Op 22 december 1866 werd hij tot priester gewijd en na een kort intermezzo als onderpastoor in Passendale werd hij in augustus 1867 directeur van Saint-George’s Retreat, een klooster en een instelling voor geesteszieken in Burgess Hill te Southwark. Faict riep hem echter eind december terug. Hij werd vervolgens onderpastoor in Lendelede (1868-1878), Klerken (1878-1887) en Zillebeke (1887-1898). Mede dankzij zijn broer kon hij ten slotte pastoor worden in Stene bij Oostende (hij werd er op 21 september 1898 benoemd), waar hij uiteindelijk overleed op 18 juni 1903.
Links[odis], [dbnl]
Relatie tot Gezellezanter (WDT); familie: broer van Guido Gezelle; correspondent
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III
NaamVan Gillewe, Octavie; Zuster Marie-Stanislas
Datums° Zarren, 03/11/1836 - ✝ Kortrijk, 12/05/1891
GeslachtVrouwelijk
Beroepkloosterzuster; kloosteroverste
BioOctavie Van Gillewe werd geboren te Zarren op 3 november 1836 als de dochter van herbergier Carolus Van Gillewe (°Hooglede, 18/11/1782) en Barbara Constantia Tuytten (°Zarren, 22/02/1796). Ze trad in bij de Zusters van Liefde te Heule in 1857 en werd geprofest in 1859. Haar kloosternaam was Marie-Stanislas. Op 19 augustus 1871 werd ze aangesteld als overste van het bijhuis in de Kortrijkse wijk Overleie, het Klooster van Sint-Jansput op de Sint-Elooisparochie waaraan ook een school verbonden was. Gezelle had een nauwe band met haar en de instellingen. Hij dichtte tal van gelegenheidsgedichten zoals 'Uw feestdag moeder Euverste, is' en 'Jubilé was rust te zeggen' waarvan ze een afschrift bewaarde in een album. Ze overleed in 1891 en werd opgevolgd door haar nicht Zuster Salomé..
Relatie tot Gezellecorrespondent; gelegenheidsgedichten

Titel - ander werk

Titelonbekend

Indextermen

Briefontvanger

Gezelle, Guido

Briefschrijver

Van Gillewe, Octavie

Correspondenten

Gezelle, Guido
Van Gillewe, Octavie

Naam - persoon

onbekend
Gezelle, Jozef Aloysius Hyacinthus
Van Gillewe, Octavie

Plaats van verzending

Kortrijk

Titel - ander werk

onbekend

Titel[01/05/1881 t.p.q. - xx/xx/1883 t.a.q.], [Kortrijk], [Octavie van Gillewe (= Zuster Marie Stanislas)] aan [Guido Gezelle]
EditeurCalis Koen; Universiteit Antwerpen
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2023
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
Verzendervan Gillewe, Octavie
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatum[01/05/1881 t.p.q. - xx/xx/1883 t.a.q.]
VerzendingsplaatsKortrijk (Kortrijk)
AnnotatieT.p.q. en t.a.q. gereconstrueerd op basis van taalkundige notitie en fysieke kenmerken: paarse inkt en kleine ruitjes gebruikt door Zuster Stanislas voor 1883; taalkundige notitie heeft de structuur van handschriften voor Loquela, (start Loquela = 01/05/1881) ; plaats en adressaat gereconstrueerd op basis van contextuele gegevens.
Fysieke bijzonderheden
Drager enkel vel, 101x118
wit, vierkant geruit
papiersoort: 2 zijden beschreven, purperen inkt
Staat fragment: stukje linkerkant van vel ontbreekt
Toevoegingen op zijde 2 links: taalkundige notities: duivelsbete. de = - ? 'k he vandage gezien t' gene dat ik nog nooit gezien en hadde" (zei een man qui adfuerat uxori sua parienti prolem, et confitebatur se obscoene locutum tua fuisse, adludens vulvae in partu dehiscenti) "'t was lyk een duivelsbete!" (inkt, verticaal, hand G.G.)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief3586, duivelsbete
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|16030
Inhoud
IncipitVotre frère Joseph
Tekstsoortbrief
TalenFrans
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.