<Resultaat 1293 van 2126

>

p1

lang aan mijne liefde behoude en later beloone in het Hemelrijk.

Ziedaar beminde Oom de rechtzinige wenschen die voortkomen uit een hert dat U teederlijk bemint en altijd den grootsten eerbied zal bewijzen.

Uwe toegenegene nicht
Maria Gezelle
Brugge, den 1 Januari, 1890.
p2

Noten

uit het kwaad gebroed zijnkwaad Onderstreping van Guido Gezelle in blauw potlood.broeden Onderstreping van Guido Gezelle in blauw potlood.geh. Gehoord. G.G. Onderstreping van Guido Gezelle in blauw potlood. Onderstreping van Guido Gezelle in blauw potlood. Gehoord.

Register

Correspondenten

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamGezelle, Maria Magdalena; Marie
Datums° Brugge, 18/11/1878 - ✝ Loppem, 15/02/1938
GeslachtVrouwelijk
BioMaria Magdalena Gezelle werd op 18 november 1878 geboren als de jongste dochter van Philomena De Smet (1840-1912) en Romaan Gezelle (1832-1899). Guido Gezelle was haar oom. Ze woonde met haar ouderlijk gezin in de Ezelstraat te Brugge. Streuvels omschrijft haar eerst als een flink meisje, 'de snelste van de drie', maar zeer scrupuleus en introvert, asociaal in het gezin. Na de dood van haar vader en de geldproblemen veroorzaakt door haar broer Jozef, werden alle eigendommen verkocht. Zij verhuisde met moeder en oudste zus Hortense 'om te rentenieren' in de buurt van het Grootseminarie. Haar moeder stierf in 1912, en toen hun broer Caesar in juli 1913 onderpastoor werd in Ieper werden zij en Hortense huishoudster van hem. Lang duurde dit niet, waarna de zussen verhuisden naar een huis bij de Gentpoort. Er ontstond echter ruzie waarop Hortense naar een gesticht in Loppem vertrok. Streuvels schreef: "Maria, die er alleen gebleven was, hebben geburen zekere dag erg ziek en half bewusteloos aangetroffen en gemeend wel te doen haar naar Loppem te voeren bij haar zuster. Doch zo gauw tot de zinnen gekomen, is haar eerste reflex geweest: ‘Hier weg! Terug naar mijn huis’. Hoelang zij 'terug naar huis' nog geleefd heeft, hoe of wanneer zij gestorven is, vermeldt de geschiedenis niet. Zij is er roemloos begraven geworden." Die 'er' is Loppem, wat doet vermoeden dat ze dus tóch terug naar dat woonzorgcentrum kan zijn vertrokken. Ze stierf er in 1938, twee jaar nog vóór Hortense, die 8 jaar ouder was.
Relatie tot Gezellecorrespondent; familie: nichtje van Gezelle
Bronnen https://www.archiefbankbrugge.be/archiefbank; Kroniek van de familie Gezelle door Stijn Streuvels, Volledig Werk, deel 4, p. 1556, 1573, 1576, 1580

Briefschrijver

NaamGezelle, Maria Magdalena; Marie
Datums° Brugge, 18/11/1878 - ✝ Loppem, 15/02/1938
GeslachtVrouwelijk
BioMaria Magdalena Gezelle werd op 18 november 1878 geboren als de jongste dochter van Philomena De Smet (1840-1912) en Romaan Gezelle (1832-1899). Guido Gezelle was haar oom. Ze woonde met haar ouderlijk gezin in de Ezelstraat te Brugge. Streuvels omschrijft haar eerst als een flink meisje, 'de snelste van de drie', maar zeer scrupuleus en introvert, asociaal in het gezin. Na de dood van haar vader en de geldproblemen veroorzaakt door haar broer Jozef, werden alle eigendommen verkocht. Zij verhuisde met moeder en oudste zus Hortense 'om te rentenieren' in de buurt van het Grootseminarie. Haar moeder stierf in 1912, en toen hun broer Caesar in juli 1913 onderpastoor werd in Ieper werden zij en Hortense huishoudster van hem. Lang duurde dit niet, waarna de zussen verhuisden naar een huis bij de Gentpoort. Er ontstond echter ruzie waarop Hortense naar een gesticht in Loppem vertrok. Streuvels schreef: "Maria, die er alleen gebleven was, hebben geburen zekere dag erg ziek en half bewusteloos aangetroffen en gemeend wel te doen haar naar Loppem te voeren bij haar zuster. Doch zo gauw tot de zinnen gekomen, is haar eerste reflex geweest: ‘Hier weg! Terug naar mijn huis’. Hoelang zij 'terug naar huis' nog geleefd heeft, hoe of wanneer zij gestorven is, vermeldt de geschiedenis niet. Zij is er roemloos begraven geworden." Die 'er' is Loppem, wat doet vermoeden dat ze dus tóch terug naar dat woonzorgcentrum kan zijn vertrokken. Ze stierf er in 1938, twee jaar nog vóór Hortense, die 8 jaar ouder was.
Relatie tot Gezellecorrespondent; familie: nichtje van Gezelle
Bronnen https://www.archiefbankbrugge.be/archiefbank; Kroniek van de familie Gezelle door Stijn Streuvels, Volledig Werk, deel 4, p. 1556, 1573, 1576, 1580

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamBrugge
GemeenteBrugge

Naam - persoon

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamGezelle, Maria Magdalena; Marie
Datums° Brugge, 18/11/1878 - ✝ Loppem, 15/02/1938
GeslachtVrouwelijk
BioMaria Magdalena Gezelle werd op 18 november 1878 geboren als de jongste dochter van Philomena De Smet (1840-1912) en Romaan Gezelle (1832-1899). Guido Gezelle was haar oom. Ze woonde met haar ouderlijk gezin in de Ezelstraat te Brugge. Streuvels omschrijft haar eerst als een flink meisje, 'de snelste van de drie', maar zeer scrupuleus en introvert, asociaal in het gezin. Na de dood van haar vader en de geldproblemen veroorzaakt door haar broer Jozef, werden alle eigendommen verkocht. Zij verhuisde met moeder en oudste zus Hortense 'om te rentenieren' in de buurt van het Grootseminarie. Haar moeder stierf in 1912, en toen hun broer Caesar in juli 1913 onderpastoor werd in Ieper werden zij en Hortense huishoudster van hem. Lang duurde dit niet, waarna de zussen verhuisden naar een huis bij de Gentpoort. Er ontstond echter ruzie waarop Hortense naar een gesticht in Loppem vertrok. Streuvels schreef: "Maria, die er alleen gebleven was, hebben geburen zekere dag erg ziek en half bewusteloos aangetroffen en gemeend wel te doen haar naar Loppem te voeren bij haar zuster. Doch zo gauw tot de zinnen gekomen, is haar eerste reflex geweest: ‘Hier weg! Terug naar mijn huis’. Hoelang zij 'terug naar huis' nog geleefd heeft, hoe of wanneer zij gestorven is, vermeldt de geschiedenis niet. Zij is er roemloos begraven geworden." Die 'er' is Loppem, wat doet vermoeden dat ze dus tóch terug naar dat woonzorgcentrum kan zijn vertrokken. Ze stierf er in 1938, twee jaar nog vóór Hortense, die 8 jaar ouder was.
Relatie tot Gezellecorrespondent; familie: nichtje van Gezelle
Bronnen https://www.archiefbankbrugge.be/archiefbank; Kroniek van de familie Gezelle door Stijn Streuvels, Volledig Werk, deel 4, p. 1556, 1573, 1576, 1580

Naam - plaats

NaamBrugge
GemeenteBrugge

Indextermen

Briefontvanger

Gezelle, Guido

Briefschrijver

Gezelle, Maria Magdalena

Correspondenten

Gezelle, Guido
Gezelle, Maria Magdalena

Naam - persoon

Gezelle, Guido
Gezelle, Maria Magdalena

Naam - plaats

Brugge

Plaats van verzending

Brugge

Titel01/01/1890, Brugge, Maria Magdalena Gezelle aan [Guido Gezelle]
EditeurKarel Platteau
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2023
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
VerzenderGezelle, Maria Magdalena
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatum01/01/1890
VerzendingsplaatsBrugge (Brugge)
AnnotatieAdressaat gereconstrueerd op basis van contextuele gegevens.
Fysieke bijzonderheden
Drager enkel vel, 103x133
wit
papiersoort: 2 zijden beschreven, purperen inkt
Staat fragment: bovenkant van vel ontbreekt
Vormelijke bijzonderheden Nieuwjaarsbrief
potloodlijntjes aangebracht door adressant
Toevoegingen op zijde 2 links: taalkundige notities (inkt en blauw potlood, verticaal, hand G.G.)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief3586, uit het kwaad gebroed zijn
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|16584
Inhoud
Incipitlang aan myne liefde behoude en later
Tekstsoortbrief
TalenNederlands
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.