Na u van herten bedankt te hebben over uwe zeer kostbare zende, mag ik u een vrage of twee doen?
N° 25. Is het slijper, gelijk in schaarslijper, ofwel sleiper, bij ons sleeper ?
N° 30. Is 't pǎrĪé̅kěn[1] met de stemzate op lé, of p̅a̅rĬekěn, met de stemzate op par?
N° 35. 't Zal gier[2] zijn, niet geer.
N° 36. Als b.v. een gekende vrek een milde almoese geeft, zoo zegt men hier: "'t Zijn veege teekens," d.i. teekens van zijne aanstaande dood.
Is N° 36 niet veegheid[3] Laat mij eene zeggenschap hebben tot voorbeeld, a.u.b.
N° 37. Mij teenemaal onbekend en onnaspeurbaar.
N° 39. Vertalinge van 't voorbeeld, a.u.b.
N° 46. Wat beun[4] beteekent is onbekend.
N° 50. Wat is de zin van dien zeg?
N° 55. “ “ “ “ “ “ ?
N° 61. “ “ “ “ “ “ ?
N° 67. “ “ “ “ “ “ ?p2N° 71. Zegt men b.v. Jan heeft of Jan is een halve snaar[5]
N°78 tolie is talie, fransch taille, van latijn taleare.[6]
N° 79. Wanneer, b.v. hebt ge geen spreek?
N° 80 Heet de vogel golz, of is de smake ervan golz?
N° 81. Pleen, welke ee, gelijk in twee, zee of gelijk in steel, veel .?.
N° 84. 't Voorbeeld is mij onduidelijk: hebt ge geen ander?
N° 104. Verzaa, dat is uwe uitsprake van verzei[7] en verzei is eene middeleeuwsche napoetsinge van 't Fransch visée: intention de, disposition pour.
N° 105. Naderen uitleg, ander voorbeeld.
N° 112. Bunsel, vroeger bundsel.
N° 113. Wat zijn dat, schraafkens[8] Des trétaux? Chevallets?
N° 116. Zegt men iemand verlisten en verlagen of een zake verlisten en verlagen?[9]
N° 117 Wij zeggen den ame uit = den ademe.
N° 121 Was 't niet in gerechtigd, zoo wij zeggen?
N° 126. Tons = toen+s; thence en entonces zijn daar vreemd van.
N° 15. Reppelen. Ziet dat te achterhalen, a.u.b.p3Hier en daar heb ik Sch. of De Bo bij 't een of 't ander woord gezet, wanneer ik het in Schuermans' of in De Bo's Idioticon gevonden hebbe. De woorden die dóórgehaald zijn heb ik afgeschreven en naar den drukker van Loquela gezonden; de andere nog niet, wachte dus uw handschrift, en nadere inlichtingen, terug.
Ik en hebbe in lange jaren zulk geen schoone zende gekregen als de uwe: habes aures audiendi![10] Zal u den voordruk van Loquela zenden, tot nazicht. Danke u van herten en blijve
N° 36 andermaal. schilder H. De Pondt van hier wilde, bij alle geweld, naar Brussel; verbod van geneesheer, schoone spreken van zijn vrouw, al om niet: hij zou er naartoe; hij gaf 50 fr. gouden geld voor zijn reisknippeling; 't was meer als de helft te vele. hij ging en hij stierf er schielijk.[11] Hij had veege teekens gegeven. Zijn doen en laten was eene veegheid; was veegheid. Is 't alzoo?