Ik ben gelukkig, mijn allerachtbaerste heer Gezelle, u den goeden uitslag van mijn examen te mogen kenbaer maken. Ik ben gisteren op mijn nuchtermage vereerd geworden met eenen welluidenden diploma.[1] Het onderscheid[2] (sic) is mij te beurt gevallen en de jury heeft daerenboven nog den spijt uitgedrukt mij de grootste distinctie niet te kunnen verlenen, want die graed door het gouvernement niet meer herkend[3] wordt. Zie daer de officiele aenkondiging van ‘t nieuws.
Binnen eenige dagen hope ik naer Brugge bij u in bezoek te gaen om wat over eens en anders te spreken. Zou ik u mogen verzoeken van tegen dien tijd de familiestukken gereed te maken die ik overtijd[4] geleend heb. Uw broeder tjeppen heeft ook nog eenen jubilé-dicht.
Theophile Toye heeft van dezen achternoen ten 4 ure zijn examen.
Schrijf mij naer Thourout om uw adres te laten kennen.