<Resultaat 1407 van 2074

>

p1
Mon cher Mr Van der haeghen

Les fragments du Codex Manuscrit d' Eenhame (1286-1290) contenant les vers et le nom du Poëte Martin van Torhout, et découverts a Audenaerde par le Dr D. J. VanderMeersch, ne sont pas trouvables aux archives ni à la Bibliotheque d’Audenaerde. La Bibliotheque de Vander Meersch a été vendue à Gand les 15, 16 et 17 novembre 1865; ne connaissez vous pas le moyen de retrouver ces fragments? Ils sont renseignés au Belgisch Museum 3me année, pages 197-218. J’en ai retrouvé un feuillet contenant 134 vers dans la Bodleian Library à Oxford,[1] et je serais heureux de les confronter avec les fragmentsp2d'Audenaerde. Mr VanderMeersch a publié une partie de sa trouvaille, De boec van Catoene,[2] parmis les publications des Bibliophiles flamands de Gand.

Il y a, aux archives de Courtrai une lettre autographe de P. Simons Evèque d’Ypres, j’en ai une copie, que je vous communiquerai à notre premiere entrevue.

De votre tout dévoué
GuidoGezelle

Noten

[1] Vandaag zijn de fragmenten waarover sprake bekend als de “Enaamse codex” of “Oudenaards Rijmboek” en onderdeel van de Vlaamse Topstukkenlijst. Ze worden bewaard in het stadsarchief van Oudenaarde. Het oorspronkelijk handschrift werd later losgemaakt en de bladen werden hergebruikt om boeken in te binden. De huidige codex bestaat dus uit gerecupereerde bladen. Eén blad uit het leven van Sint-Werner van het Oudenaardse handschrift is terechtgekomen in een handschrift van de Bodleian Library te Oxford.
[2] Het erg geliefde schoolboek ”De boec van Catone“ (393 regelen, onvolledig) is onderdeel van het ”Oudenaardse Rijmboek“ van de late 13e eeuw, ook ”Codex Enamensis“ genoemd naar de benedictijnerabdij van Ename. De codex wordt bewaard in het stadsarchief van Oudenaarde en bestaat uit 33 losse perkamenten vellen. De bladen bevatten fragmenten van 12 verschillende dichtwerken en werden omstreeks 1530 versneden en als schutbladen gebruikt voor boekbanden van registers. Als auteur van de twaalf gedichten uit dit handschrift wordt Martijn van Torhout aangenomen. ”Het boek van Catone“ gaat zelf terug op de ”Disticha moralia” van Dionysius Cato (3de of 4e eeuw).

Register

Correspondenten

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamVander Haeghen, Ferdinand
Datums° Gent, 16/10/1830 - ✝ Gent, 22/01/1913
GeslachtMannelijk
Beroepbibliothecaris; bibliograaf; gemeenteraadslid; grondeigenaar
BioFerdinand was de zoon van Desiderius Vander Haeghen, drukker-uitgever van "Gazette van Gent". Hij was een echte bibliofiel en werd bibliothecaris van de universiteit Gent (1869-1911). Hij woonde op het kasteel Maelte te Sint-Denijs-Westrem, waar Gezelle op bezoek kwam. Hij was gebeten door geschiedenis en publiceerde ook de enorme "Bibliographie Gantoise" (1858-1869). Hij startte in 1859 met de collectie 'Vliegende Bladen', een enorme verzameling losse documenten. Hij verzamelde Gentse drukken en in 1872 werd zijn collectie inclusief handschriften ondergebracht in de Gentse universiteitsbibliotheek. Hij was ook een Gents liberaal gemeenteraadslid (1863-1872). Vanaf 1886 was hij lid van Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en letterkunde.
Links[wikipedia]
Relatie tot Gezellecorrespondent; aanvrager gelegenheidsgedicht; stichtend lid van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en LetterkundeKoninklijke Vlaamse Academie

Briefschrijver

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Briefontvanger

NaamVander Haeghen, Ferdinand
Datums° Gent, 16/10/1830 - ✝ Gent, 22/01/1913
GeslachtMannelijk
Beroepbibliothecaris; bibliograaf; gemeenteraadslid; grondeigenaar
BioFerdinand was de zoon van Desiderius Vander Haeghen, drukker-uitgever van "Gazette van Gent". Hij was een echte bibliofiel en werd bibliothecaris van de universiteit Gent (1869-1911). Hij woonde op het kasteel Maelte te Sint-Denijs-Westrem, waar Gezelle op bezoek kwam. Hij was gebeten door geschiedenis en publiceerde ook de enorme "Bibliographie Gantoise" (1858-1869). Hij startte in 1859 met de collectie 'Vliegende Bladen', een enorme verzameling losse documenten. Hij verzamelde Gentse drukken en in 1872 werd zijn collectie inclusief handschriften ondergebracht in de Gentse universiteitsbibliotheek. Hij was ook een Gents liberaal gemeenteraadslid (1863-1872). Vanaf 1886 was hij lid van Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en letterkunde.
Links[wikipedia]
Relatie tot Gezellecorrespondent; aanvrager gelegenheidsgedicht; stichtend lid van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en LetterkundeKoninklijke Vlaamse Academie

Plaats van verzending

NaamKortrijk
GemeenteKortrijk

Naam - persoon

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamVander Haeghen, Ferdinand
Datums° Gent, 16/10/1830 - ✝ Gent, 22/01/1913
GeslachtMannelijk
Beroepbibliothecaris; bibliograaf; gemeenteraadslid; grondeigenaar
BioFerdinand was de zoon van Desiderius Vander Haeghen, drukker-uitgever van "Gazette van Gent". Hij was een echte bibliofiel en werd bibliothecaris van de universiteit Gent (1869-1911). Hij woonde op het kasteel Maelte te Sint-Denijs-Westrem, waar Gezelle op bezoek kwam. Hij was gebeten door geschiedenis en publiceerde ook de enorme "Bibliographie Gantoise" (1858-1869). Hij startte in 1859 met de collectie 'Vliegende Bladen', een enorme verzameling losse documenten. Hij verzamelde Gentse drukken en in 1872 werd zijn collectie inclusief handschriften ondergebracht in de Gentse universiteitsbibliotheek. Hij was ook een Gents liberaal gemeenteraadslid (1863-1872). Vanaf 1886 was hij lid van Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en letterkunde.
Links[wikipedia]
Relatie tot Gezellecorrespondent; aanvrager gelegenheidsgedicht; stichtend lid van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en LetterkundeKoninklijke Vlaamse Academie
NaamVan Torhout, Martijn
Datums° 13de eeuw (?)
GeslachtMannelijk
Beroepschrijver; dichter
BioMartijn Van Torhout was een middelnederlands schrijver en werd als auteur van het gedicht De boec der biechte genoemd in het zgn. ‘Rijmboek van Oudenaarde’: een bundel gedichten die ca 1300 wellicht in de abdij van Ename tot stand is gekomen.
Links[dbnl]
NaamVan der Meersch, Desideer Jozef
Datums° Oudenaarde, 15/09/1789 - ✝ Oudenaarde, 17/10/1863
GeslachtMannelijk
Beroeparts; auteur; historicus
BioDesideer Jozef Van der Meersch vestigde zich als geneesheerd in zijn geboortestad en werd er ook secretaris van de academie van teken- en bouwkunde. Hij bekommerde zich om de zaak van de moedertaal en hij publiceerde een aantal literaire en historische studies. Hij heeft de perkamenten bladen van het Oudenaardse Rijmboek die in de 16e eeuw gebruikt waren om boeken in te binden daaruit losgemaakt en over zijn vondsten uitvoerig verslag uitgebracht in zijn bijdrage ‘Verslag wegens een Rymboek van Martyn van Thorout, uit de XIIIe eeuw’. Dit artikel verscheen in J. F. Willens’ Belgisch museum voor de Nederduitsche tael- en letterkunde en de geschiedens des vaderlands. Deel 3 (1839), p.197-218.
Links[dbnl]
Bronnen http://www.biografischportaal.nl/en/persoon/08163949
NaamSimons, Pieter; Pierkin
Datums° Tielt, 1539 - ✝ Ieper, 05/10/1605
GeslachtMannelijk
Beroepbisschop; auteur
BioPieter Simons studeerde wijsbegeerte en letteren en godsgeleerdheid aan de KULeuven. Hij werd in 1563 tot priester gewijd in Roeselare door de eerste bisschop van Brugge, Petrus Curtius, en in 1568 tot kanunnik. Hij trad in datzelfde jaar in dienst bij Corneel Jansenius, bisschop van Gent, als diens secretaris. In oktober 1577 werd de toestand in Gent ondraaglijk. Op 28 oktober hadden de Staten van Vlaanderen geweigerd Willem van Oranje als ruwaard van Vlaanderen te erkennen met als gevolg dat het calvinistisch stadsbestuur zich meester maakte van het bisdom. Simons bleef verder het katholiek geloof prediken en dit tot in juli 1578 waarna het katholieke geloof verboden werd. Na de overgave van de Gentse calvinisten in 1584 keerde Simons niet terug naar Gent, want net voordien had Filips II van Spanje hem aangeduid als bisschop van Ieper. In 1585 werd Simons in Ieper plechtig onthaald maar het werk dat hem te wachten stond was immens: kerken en parochies moesten nieuw leven worden ingeblazen, er was een groot tekort aan priesters en het niveau van het geloofsonderricht was ondermaats. Hij leverde een belangrijke bijdrage aan het herstel van de kathedraal van Ieper. Simons was afkerig van het publiceren van zijn geschriften tijdens zijn leven. Het is zijn vriend Jan David die in 1609 voor een postume uitgave zorgde bij Jan Moretus in Antwerpen. Het werd een folio met 654 bladzijden, onder de titel: Petri Simonis Thiletani, episcopi Yprensis. Naast zijn uitgebreide geschriften in het Latijn schreef Simons ook in het Nederlands. Kleine traktaten op basis van zijn sermoenen, geschreven op verzoek van de abdis van de Groeningeabdij in Kortrijk werden bewaard (handschriften in de stadsbibliotheek Brugge).
Links[wikipedia]
Bronnen http://www.vesting-ieper.be/downloads/bisdomieper.pdf; Jan Breyne, De bisschoppen van Ieper 1559-1801, Ieper : Vrienden van de Sint-Maartenskathedraal Ieper, 2015. ; https://www.persee.fr/doc/rbph_0035-0818_1961_num_39_2_2362

Naam - plaats

NaamGent
GemeenteGent
NaamIeper
GemeenteIeper
NaamKortrijk
GemeenteKortrijk
NaamOudenaarde
GemeenteOudenaarde
NaamOxford

Naam - instituut/vereniging

NaamMaetschappy der Vlaemsche Bibliophilen
BeschrijvingPhilip Blommaert en Constant Serrure richtten in 1839 deze Gentse vereniging van filologen en historici op. Ze wilden de oudere Nederlandse letterkunde weer bekend te maken door bibliofiele edities te verzorgen van literaire Middelnederlandse meesterwerken en historische documenten die alleen in handschrift bestonden.
Datering1839-1909
NaamBodleian Library
BeschrijvingDe Bodleian Library is de belangrijkste wetenschappelijke bibliotheek van de universiteit van Oxford en één van de oudste Europese bibliotheken. Ze is genoemd naar de oud-student, hoogleraar en diplomaat Thomas Bodley (1545-1613) die dankzij zijn vermogen de in verval geraakte oude universiteitsbibliotheek in 1602 een nieuwe start bezorgde.
Datering14de eeuw-heden
Links[wikipedia]

Titel - ander werk

TitelBelgisch museum voor Nederduitsche tael- en letterkunde en geschiedenis der vaderlands ...
AuteurWillems, J.F.
Datum1837-1846
PlaatsGent
UitgeverGyselinck
TitelOudenaards Rijmboek of de Oudenaarde Enaamse Codex [handschrift]
Auteuro.a. Martijn van Torout
TitelDe Boec van Catone, een dietsch leerdicht der XIIIe eeuw
AuteurDionysius Cato; Vander Meersch, Desideer Jozef
Datum1846
PlaatsGent
UitgeverAnnoot-Braeckman
TitelDe boec van Catone [handschrift]
AuteurMartijn van Torhout
Datumeind 13de eeuw

Titel03/09/1891, Kortrijk, Guido Gezelle aan [Ferdinand Vander Haeghen]
EditeurLut De Neve
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2023
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
VerzenderGezelle, Guido
Ontvanger[Vander Haeghen, Ferdinand]
Verzendingsdatum03/09/1891
VerzendingsplaatsKortrijk (Kortrijk)
AnnotatieLocatie origineel: brief is aanwezig in de Universiteitsbibliotheek Gent, Briefwisseling Universiteitsbibliotheek IV Hs. 2515 (2120); Afbeelding: Universiteitsbibliotheek Gent.
Fysieke bijzonderheden
Drager dubbel vel, 210x270
wit, rechthoekig geruit
papiersoort: 2 zijden beschreven, inkt
Staat volledig
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsGent
BewaarplaatsUniversiteitsbibliotheek Gent
ID GezellearchiefUniversiteitsbibliotheek Gent, Briefwisseling Universiteitsbibliotheek IV Hs. 2515 (2120)
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|26098
Inhoud
IncipitLes fragments du codex Ms. d' Een-
Tekstsoortbrief
TalenFrans
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.