Ik heb het genoegen U mede te deelen dat, ter gelegenheid van het Jubelfeest[1] van Met Tijd en Vlijt, 8 Mei aanstaande, door Mgr. den Rector, op mijn voorstel en na gunstig advies onzer Faculteit van Wijsbegeerte en Letteren, het eerediploma van Doctor in de Wijsbegeerte en Letteren U zal worden aangeboden, tegelijker tijd als aan pastoor Claeys en Renier Snieders, oud-leden van Met Tijd en Vlijt, en aan Jos. Alberdyngk-Thijm en Mgr. Everts van Rolduc, buitenleden van onsp2Genootschap.
Ik hoop, Eerwaarde Heer en Collega, dat ge dit eerebewijs welwillend zult aanvaarden, en dat ge onze Feesten, waartoe ge reeds door den omzendbrief zijt uitgenoodigd, met uwe tegenwoordigheid zult vereeren. Indien het U aangenaam is in de plechtige zitting waar de diplomas zullen worden uitgereikt eene korte aanspraak in proza of dicht te doen[2] heb dan de goedheid mij zoodra mogelijk te verwittigen. In allen gevalle mag de aanspraak hoogstens een tiental minuten innemen. Want de zitting zal máár ongeveer 2 uur duren, en het dagorde bevat veel punten.