Ik heb de woordenlijst[1] voor Vlisseghem gelezen en herlezen, zonder goed te verstaan wat de verzamelaar van plan is; ook heb ik mij begeven bij den Vlisseghemnaar van wien ik U sprak, om eenige woorden aan te teekenen, - hetgeen zeer vlot ging, maar ook seffens tot twijfel aanleiding gaf. B.V: de twee eerste woorden (held en veld) zijn te Vlisseghem genoeg bekend, maar bedieden wat anders dan door M. Willems[2] bedoeld wordt; evenzoo met pet (casquette), die volgens mijnenp2zegsman, de vooie[3] der mansmuts is; nopens hut zijn er aanmerkingen te maken; ook nopens krijt en schot.
Ik geloof dat de Eerweerde Heer Bossaer dat ook gemerkt heeft .... en het boekje van kant gelegd heeft, liever dan dubbelzinnigheden te staven, die bij ‘t eenvoudig invullen noodwendiglijk zullen ontstaan. Volgens mij is ‘t een blind werken, als men geheel het oogwit[4] van den Schrijver niet kent. Dus laat ik het varen. Wat moet ik met den cahier doen?
In de “Grammaire comparée de la langue française, par C. Ayer, 4e édition, 1885”, leest men het volgende, geheel in den zin van Loquela: “Le langage diffère suivant les races et les climats; mais chaque langue, chaque idiome, même celui qui est parlé par le peuple le moins policé, est soumis à des lois aussi certaines
p3que celles qui régissent le monde physique; et ainsi, le langage étant l’oeuvre de la nature, et non l’invention de l’homme, la grammaire doit être traitée de la même manière que les autres sciences de la nature, qui partent de l’observation des faits pour arriver par voie de déduction à la constatation des lois.[5]
En de tafel van Loquela[6]