<Resultaat 1401 van 2074

>

p1
Mademoiselle

Je vous renvoie ci joint la poésie[1] de Monsieur Gezelle qui est fort bien faite tant sous le rapport du fond, que de la forme et qui constituera, je n’en doute nullement, un précieux souvenir pour l’excellente ouvrière que nous avons fêtée lundi dernier

Il me serait difficile de vous donner le texte des quelques paroles que je lui ai adressées sans les avoir préparées ni écrites à l’avance et qui du reste étaient assez mal agenciées à cause de mon peu d’habitude de manier la langue flamande. Je lui ai dit en substance que c’etait la première fois depuis la création de l’usine que nous fêtons un jubilé p2de 25 années de travail et que j’étais heureux de pouvoir constater que l’ouvrière qui était l’héroïne de la journée avait pendant cette longue suite d’années été le modele de ses compagnes tant par son assuidité, sa persévérance et son application que par sa conduite exemplaire et ses habitudes d’ordre et d’économie.

J’ai ajouté que l’administration de l’usine voulant récompenser une aussi longue serie de loyaux services avait examiné de quelle façon elle pourrait le faire de maniere à laisser des traces durables et qu’elle avait décidé de majorer son salaire à partir de ce jour de 10% et que ce supplément serait inscrit à la caisse d’épargne[2] pour constituer une réserve qui lui permettrait de vivre paisiblement dans ses vieux jours.p3j'ai ajouté que je faisais des voeux pour qu’elle puisse accumuler ce supplément pendant encore une nouvelle série de 25 années de manière à ce qu’elle puisse en ajoutant cette somme à ses économies deja acquises jouir d’une bonne aisance dans ses vieux jours.

Enfin je lui ai dit que pour laisser un souvenir actuel je le remettais une robe et une statue de Ste Cathérine,[3] et que j’espérais pouvoir renouveler cette fête pour un grand nombre de ses compagnes.

Voilà en substance ce que je me rappele, lui avoir dit.

Veuillez, je vous prie, Mademoiselle, agréer l’assurance de ma consideration très distinguée
Albéric Goethals

Noten

[1] De bijlage met poëzie ontbreekt. Het gedicht met verwijzing naar de viering verscheen in: Gazette van Kortrijk: (23/08/1891).
[2] Spaarkas.
[3] De vergaderingen van de Katrientjes vonden steeds plaats in de lokalen van de Zusters van Liefde (in Besarques Poortje nabij de O.-L.-V.-kerk). In de Gravenkapel van deze kerk, ook Catharinakapel genoemd, stond het opmerkelijke Catharinabeeld van André Beauneveu (ca. 1335-ca. 1400) dat thans als cultureel topstuk erkend is. In de kerk kon men toen scapulieren, kaarsen en andere devotionalia aankopen, het is aannemelijk dat er ook Catharinabeeldjes voorradig waren.

Register

Correspondenten

NaamDemets, Marie
Datums° Kortrijk, 22/07/1840 - ✝ Kortrijk, 18/08/1931
GeslachtVrouwelijk
Beroepmodiste
BioMarie Demets werd geboren te Kortrijk op 22 juli 1840 als dochter van winkelier Adolphe Joseph Demets (Ronse, 2/03/1811 – Kortrijk, 28/09/1842) en Julie Pauline Ameye (1811 - Kortrijk, 15/09/1848). Ze is de zus van Anna. De ouders van Marie en Anna Demets overleden jong. De zusters Demets waren modistes en baatten een textielzaak uit in de Kortrijkse Persijnstraat. Ze was één van de leidsters van het Kortrijkse fabriekspatronaat de Katrientjes dat gekoppeld was aan de spinnerij Linière de Courtrai waar Albéric Goethals directeur van was. Dit patronaat stond onder de geestelijke begeleiding van Guido Gezelle. Gezelle schreef o.m. het gelegenheidsgedicht 'Joufvrouw Marie Demets' en een zevental andere gedichtjes.
Relatie tot GezelleKatrientjes; gelegenheidsgedichtjes
NaamGoethals, Alberik
Datums° Kortrijk, 02/05/1843 - ✝ Kortrijk, 22/05/1897
GeslachtMannelijk
Beroeptextielondernemer
BioAlberik Goethals was de zoon van de textielfabrikant Vincent-Bruno Goethals en Eugénie Danneel. Hij kocht in 1866 samen met een vennoot een spinnerij. Linière de Courtrai werd een van de belangrijkste textielbedrijven te Kortrijk. In 1886 trouwde hij met Clara Van Volsem, met wie hij zeven kinderen kreeg. In 1870 richtte hij het patronaat van de Katrientjes op. Van dit patronaat was Gezelle geestelijk directeur van 1875 tot 1899. Gezelle maakte tal van gedichten voor de Katrientjes en hun begeleiders. Alberik Goethals was ook een amateur-fotograaf.
Relatie tot Gezellecorrespondent; Katrientjes

Briefschrijver

NaamGoethals, Alberik
Datums° Kortrijk, 02/05/1843 - ✝ Kortrijk, 22/05/1897
GeslachtMannelijk
Beroeptextielondernemer
BioAlberik Goethals was de zoon van de textielfabrikant Vincent-Bruno Goethals en Eugénie Danneel. Hij kocht in 1866 samen met een vennoot een spinnerij. Linière de Courtrai werd een van de belangrijkste textielbedrijven te Kortrijk. In 1886 trouwde hij met Clara Van Volsem, met wie hij zeven kinderen kreeg. In 1870 richtte hij het patronaat van de Katrientjes op. Van dit patronaat was Gezelle geestelijk directeur van 1875 tot 1899. Gezelle maakte tal van gedichten voor de Katrientjes en hun begeleiders. Alberik Goethals was ook een amateur-fotograaf.
Relatie tot Gezellecorrespondent; Katrientjes

Briefontvanger

NaamDemets, Marie
Datums° Kortrijk, 22/07/1840 - ✝ Kortrijk, 18/08/1931
GeslachtVrouwelijk
Beroepmodiste
BioMarie Demets werd geboren te Kortrijk op 22 juli 1840 als dochter van winkelier Adolphe Joseph Demets (Ronse, 2/03/1811 – Kortrijk, 28/09/1842) en Julie Pauline Ameye (1811 - Kortrijk, 15/09/1848). Ze is de zus van Anna. De ouders van Marie en Anna Demets overleden jong. De zusters Demets waren modistes en baatten een textielzaak uit in de Kortrijkse Persijnstraat. Ze was één van de leidsters van het Kortrijkse fabriekspatronaat de Katrientjes dat gekoppeld was aan de spinnerij Linière de Courtrai waar Albéric Goethals directeur van was. Dit patronaat stond onder de geestelijke begeleiding van Guido Gezelle. Gezelle schreef o.m. het gelegenheidsgedicht 'Joufvrouw Marie Demets' en een zevental andere gedichtjes.
Relatie tot GezelleKatrientjes; gelegenheidsgedichtjes

Plaats van verzending

NaamKortrijk
GemeenteKortrijk

Naam - persoon

NaamDemets, Marie
Datums° Kortrijk, 22/07/1840 - ✝ Kortrijk, 18/08/1931
GeslachtVrouwelijk
Beroepmodiste
BioMarie Demets werd geboren te Kortrijk op 22 juli 1840 als dochter van winkelier Adolphe Joseph Demets (Ronse, 2/03/1811 – Kortrijk, 28/09/1842) en Julie Pauline Ameye (1811 - Kortrijk, 15/09/1848). Ze is de zus van Anna. De ouders van Marie en Anna Demets overleden jong. De zusters Demets waren modistes en baatten een textielzaak uit in de Kortrijkse Persijnstraat. Ze was één van de leidsters van het Kortrijkse fabriekspatronaat de Katrientjes dat gekoppeld was aan de spinnerij Linière de Courtrai waar Albéric Goethals directeur van was. Dit patronaat stond onder de geestelijke begeleiding van Guido Gezelle. Gezelle schreef o.m. het gelegenheidsgedicht 'Joufvrouw Marie Demets' en een zevental andere gedichtjes.
Relatie tot GezelleKatrientjes; gelegenheidsgedichtjes
NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamGoethals, Alberik
Datums° Kortrijk, 02/05/1843 - ✝ Kortrijk, 22/05/1897
GeslachtMannelijk
Beroeptextielondernemer
BioAlberik Goethals was de zoon van de textielfabrikant Vincent-Bruno Goethals en Eugénie Danneel. Hij kocht in 1866 samen met een vennoot een spinnerij. Linière de Courtrai werd een van de belangrijkste textielbedrijven te Kortrijk. In 1886 trouwde hij met Clara Van Volsem, met wie hij zeven kinderen kreeg. In 1870 richtte hij het patronaat van de Katrientjes op. Van dit patronaat was Gezelle geestelijk directeur van 1875 tot 1899. Gezelle maakte tal van gedichten voor de Katrientjes en hun begeleiders. Alberik Goethals was ook een amateur-fotograaf.
Relatie tot Gezellecorrespondent; Katrientjes
NaamVandevyvere, Virginie; Vandevivere, Virginie
Datums° Kortrijk, 21/12/1848 - ✝ Kortrijk, 26/09/1918
GeslachtVrouwelijk
Beroeparbeidster
BioVirginie Vandevyvere werd geboren in Kortrijk op 21 december 1848 als de dochter van wever Casimir Antoine Vandevyvere (Kortrijk, 14/09/1815- Kortrijk, 07/10/1866) en wasvrouw Marie Catherine Degreef (Vilvoorde, 1823 - Kortrijk, 09/1899). Haar ouders huwden op 1 december 1846 in Kortrijk. Na de dood van Casimir hertrouwde Marie Catherine Degreef op 11 maart 1873 in Kortrijk met de textielverver en weduwnaar Joseph Augustin Vandeleene (1829-1900). Virginie Vandevyvere trad op 1 augustus 1866 in dienst als arbeidster in de spinnerij van Albéric Goethals in Kortrijk. Goethals had samen met zijn vennoot de spinnerij in 1866 aangekocht. Virginie was er dus van bij het prille begin werkzaam. Ze was zo één van de oudere leden van de Katrientjes, het fabriekspatronaat waarover Gezelle de geestelijke leiding had. Ze was niet getrouwd en ging kort na het tweede huwelijk van haar moeder alleen wonen op kamers in Besarques Poorte. Haar zus logeerde een tijd bij de zussen Demets. Ze werkte in de fabriek tot kort voor haar dood. Omwille van haar 25 jaar trouwe dienst werd ze op 17 augustus 1891 gevierd. Gezelle schreef hiervoor het gedicht ‘G’hebt, vijf-en-twintig jaren lang’. Albéric Goethals zorgde voor een financiële bonus die in een soort spaarsysteem ('caisse de prévoyance') ingeschreven werd zodat de spinster op latere leeftijd toch probleemloos zou kunnen leven. De directeur schonk haar ook een kleed en een beeldje van Sint-Catherine, de patrones van de spinsters. Andere gedichtjes o.m. voor Marie Demets legde Gezelle in haar mond en werden door haar voorgelezen zoals 'Joufvrouw Marie Demets'. In enkele andere gedichten staat ze vrij centraal. Virginie Vandevyvere overleed te Kortrijk op 26 september 1918.
Relatie tot GezelleKatrientjes; gelegenheidsgedichten
BronnenPiet Couttenier, De handschriften W. Peel. Nieuwe gegevens voor een sociologische benadering van Gezellles relaties met de Cathrientjes. In: De Leiegouw: (1972), p.294; Gazette van Kortrijk: (1891); Beeldbank Kortrijk; Rijksarchief; https://nl.geneanet.org

Naam - plaats

NaamKortrijk
GemeenteKortrijk

Naam - instituut/vereniging

NaamKortrijkse Katrientjes
BeschrijvingAls onderpastoor in Kortrijk kreeg Gezelle in 1875 de leiding over de patronaatswerking voor de fabrieksmeisjes van de spinnerij Linière de Courtrai. Vanwege hun patroonheilige de H. Katharina werden ze de Katrientjes genoemd. Zij kwamen elke zondag- en feestdag bijeen voor ontspanning en onderwijs. De Katrientjes vergaderden wel in de kloosterlokalen van de Zusters van Liefde aan de Bersacques-Poort, maar werden niet geleid door Zuster Vincentia of haar medezusters. De officiële leiding lag bij G. Gezelle die bijgestaan werd door juffrouwen en dames uit de Kortrijkse burgerij. Gezelle schreef heel wat gedichten voor deze werkmeisjes en hun begeleidsters.
Datering1875
NaamLinière de Courtrai
BeschrijvingIn 1864 vestigde de vlasspinnerij F. Devos & Cie zich aan de Gentsesteenweg in Kortrijk. Twee jaar later zetten Victor Beck en Albéric Goethals het bedrijf verder en vormden het in 1882 om tot de Linière de Courtrai, een naamloze vennootschap waarvan Goethals de beheerder en directeur werd. Meer dan een eeuw lang was het een belangrijke spinnerij die pas in 1992 de deuren sloot. In de jaren 1870-1890 kende de spinnerij een bezetting van ca. tweehonderd personeelsleden, evenwel met een grote rotatie onder de arbeidsters. In de eerste productiefase waren vooral mannen als hekelaars (het kammen van lange vezels) of als kaarders (het behandelen van korte vezels) tewerkgesteld. Ongeveer twee derde van het personeel waren meisjes of ongehuwde vrouwen die ingezet werden als 'démonteuse' (de draad naar de trekbank leiden), in de 'préparation' (voorbereiding waarbij men het vlaslint uittrekt), in de 'filature' (spinsters) en in de 'dévidage' (haspelaarsters; draad op bobijn winden). Iedereen werkte 78 uur per week, wat neerkwam op een zesdaagse werkweek van 13 uur per dag. Hun loon hing af van de afdeling: in 1873 verdienden de spinsters gemiddeld 10,52 frank per week, de 'démonteuses' gemiddeld zes frank per week en in de afdeling 'voorbereiding' een gemiddelde van 7,76 frank. De laagste weeklonen bedroegen 5,87 frank, 4,88 frank, en een enkele keer 3,07 frank. een mannelijke meestergast verdiende ongeveer 60 frank. Kinderarbeid was frequent. Deelname aan de katholieke patronage van de Katrientjes was verplicht, afwezigheid op de vergaderingen werd gesanctioneerd met ontslag. Fout werk of toegebrachte schade werd afgetrokken van het loon. In de 27 jaar dat Gezelle in Kortrijk actief was bij de Katrientjes wijzigden de arbeidsomstandigheden nauwelijks. Albéric Goethals was overwegend Franstalig en was getrouwd met Clara Van Volsem, eveneens uit een industriële familie.
Datering1882-1992

Titel - gedicht van Guido Gezelle

TitelG'hebt, vijf-en-twintig jaren lang
PublicatieVerzameld dichtwerk, deel V, p. 104

Indextermen

Briefontvanger

Demets, Marie

Briefschrijver

Goethals, Alberik

Correspondenten

Demets, Marie
Goethals, Alberik

Naam - instituut/vereniging

Kortrijkse Katrientjes
Linière de Courtrai

Naam - persoon

Demets, Marie
Gezelle, Guido
Goethals, Alberik
Vandevyvere, Virginie

Naam - plaats

Kortrijk

Plaats van verzending

Kortrijk

Titel - gedicht van Guido Gezelle

G'hebt, vijf-en-twintig jaren lang

Titel20/08/1891, Kortrijk, Alberik Goethals aan [Marie Demets]
EditeurJulien Vermeulen; Marc Carlier (research)
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2023
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
VerzenderGoethals, Alberik
Ontvanger[Demets, Marie]
Verzendingsdatum20/08/1891
VerzendingsplaatsKortrijk (Kortrijk)
AnnotatieAdressaat gereconstrueerd op basis van contextuele gegevens.
Fysieke bijzonderheden
Drager dubbel vel, 183x114
wit
papiersoort: 3 zijden beschreven, inkt
Staat volledig
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief6454
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|12755
Inhoud
IncipitJe vous renvoie ci joint la poésie de
Tekstsoortbrief
TalenFrans
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.