<Resultaat 665 van 2349

>

p1
Mijnheer Gezelle

zoudt gij willen de goedheid hebben van mij niet te vergeten, want den tijd begint te korten; het is al zaterdag aanstaande dat ik zoo moetten gaan. zoo mijnheer Gezelle stel ik mijn betrouwen op u en denk ook wel dat gij mij voor zekers niet zult vergeten van het geen ik u gevraagt[1]

Ontvangt mijn oprechte groetenissen en dank u duizendt maal op voordeel
Maria Daerden

wilt dan de goedheid hebben van het naar de juffrouw te doen dragen, waar ik alle dagen gaan.

Kortrijk den 10 augustus 1882.
p2

Noten

[1] Indien deze brief het vervolg zou zijn op de andere brief van Maria Daerden aan Guido Gezelle, zou deze gunst te maken hebben met het bemiddelen bij de pastoor van Kortrijk voor het krijgen van geld.
Bosseboom/brood, hetbrood waarin veel safraan Onderstreping van Guido Gezelle in blauw potlood. isOverst. S. Jans. p. Dit moet wellicht gelezen worden als ‘Overste Sint Jans Put’, wat dan zou kunnen verwijzen naar zuster Marie-Stanislas. Zij was overste van dat klooster van 1871 tot 1891 en had een nauwe band met Gezelle. Onderstreping van Guido Gezelle in blauw potlood. Dit moet wellicht gelezen worden als ‘Overste Sint Jans Put’, wat dan zou kunnen verwijzen naar zuster Marie-Stanislas. Zij was overste van dat klooster van 1871 tot 1891 en had een nauwe band met Gezelle.Bok/tarwestaat by DeBo Soort van tarwe met getakkelde aren, fr. Froment à épis rameux. (De Bo, Westvlaamsch Idioticon, p.160) Soort van tarwe met getakkelde aren, fr. Froment à épis rameux. (De Bo, Westvlaamsch Idioticon, p.160)

Register

Correspondenten

NaamDaerden, Maria Ida Jacobina
Datums° Tongeren, 07/07/1861 - ✝ Kortrijk, 02/1932
GeslachtVrouwelijk
Beroepwinkeljuffrouw
BioMaria Ida Jacobina Daerden werd geboren te Tongeren op 7 juli 1861 als dochter van Arnold Daerden (Tongeren, 1832 - Kortrijk, 1896) en Anne Marie Esther Dekkers. Zij was 'winkeldochter'. Ze huwde op 27 januari 1892 in Kortrijk met August Keppens (Oordegem, 03/12/1858 - Kortrijk, 02/1917), zoon van Bernardus Keppens en Theresia Caes. Toen hij trouwde, had hij geen beroep. Hij werd dienstknecht, bij zijn overlijden was hij paardenbegeleider. Het echtpaar kreeg drie kinderen: Emiel Edmond August (Kortrijk, 13/05/1894 - Tienen, 18/08/1914); Leopold Keppens (Kortrijk, 09/11/1895 - Heule, 19/09/1979) en Emilie Keppens (Kortrijk, 20/08/1905 - Wetteren, 09/06/2001). Het gezin had het niet breed en klopte bij Gezelle aan voor financiële hulp. Maria Daerden stierf te Kortrijk in februari 1932.
Relatie tot Gezellecorrespondent
Bronnen https://gw.geneanet.org ; Historische kranten Kortrijk
NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Briefschrijver

NaamDaerden, Maria Ida Jacobina
Datums° Tongeren, 07/07/1861 - ✝ Kortrijk, 02/1932
GeslachtVrouwelijk
Beroepwinkeljuffrouw
BioMaria Ida Jacobina Daerden werd geboren te Tongeren op 7 juli 1861 als dochter van Arnold Daerden (Tongeren, 1832 - Kortrijk, 1896) en Anne Marie Esther Dekkers. Zij was 'winkeldochter'. Ze huwde op 27 januari 1892 in Kortrijk met August Keppens (Oordegem, 03/12/1858 - Kortrijk, 02/1917), zoon van Bernardus Keppens en Theresia Caes. Toen hij trouwde, had hij geen beroep. Hij werd dienstknecht, bij zijn overlijden was hij paardenbegeleider. Het echtpaar kreeg drie kinderen: Emiel Edmond August (Kortrijk, 13/05/1894 - Tienen, 18/08/1914); Leopold Keppens (Kortrijk, 09/11/1895 - Heule, 19/09/1979) en Emilie Keppens (Kortrijk, 20/08/1905 - Wetteren, 09/06/2001). Het gezin had het niet breed en klopte bij Gezelle aan voor financiële hulp. Maria Daerden stierf te Kortrijk in februari 1932.
Relatie tot Gezellecorrespondent
Bronnen https://gw.geneanet.org ; Historische kranten Kortrijk

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamKortrijk
GemeenteKortrijk

Naam - persoon

NaamDaerden, Maria Ida Jacobina
Datums° Tongeren, 07/07/1861 - ✝ Kortrijk, 02/1932
GeslachtVrouwelijk
Beroepwinkeljuffrouw
BioMaria Ida Jacobina Daerden werd geboren te Tongeren op 7 juli 1861 als dochter van Arnold Daerden (Tongeren, 1832 - Kortrijk, 1896) en Anne Marie Esther Dekkers. Zij was 'winkeldochter'. Ze huwde op 27 januari 1892 in Kortrijk met August Keppens (Oordegem, 03/12/1858 - Kortrijk, 02/1917), zoon van Bernardus Keppens en Theresia Caes. Toen hij trouwde, had hij geen beroep. Hij werd dienstknecht, bij zijn overlijden was hij paardenbegeleider. Het echtpaar kreeg drie kinderen: Emiel Edmond August (Kortrijk, 13/05/1894 - Tienen, 18/08/1914); Leopold Keppens (Kortrijk, 09/11/1895 - Heule, 19/09/1979) en Emilie Keppens (Kortrijk, 20/08/1905 - Wetteren, 09/06/2001). Het gezin had het niet breed en klopte bij Gezelle aan voor financiële hulp. Maria Daerden stierf te Kortrijk in februari 1932.
Relatie tot Gezellecorrespondent
Bronnen https://gw.geneanet.org ; Historische kranten Kortrijk
NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamVan Gillewe, Octavie; Zuster Marie-Stanislas
Datums° Zarren, 03/11/1836 - ✝ Kortrijk, 12/05/1891
GeslachtVrouwelijk
Beroepkloosterzuster; kloosteroverste
BioOctavie Van Gillewe werd geboren te Zarren op 3 november 1836 als de dochter van herbergier Carolus Van Gillewe (°Hooglede, 18/11/1782) en Barbara Constantia Tuytten (°Zarren, 22/02/1796). Ze trad in bij de Zusters van Liefde te Heule in 1857 en werd geprofest in 1859. Haar kloosternaam was Marie-Stanislas. Op 19 augustus 1871 werd ze aangesteld als overste van het bijhuis in de Kortrijkse wijk Overleie, het Klooster van Sint-Jansput op de Sint-Elooisparochie waaraan ook een school verbonden was. Gezelle had een nauwe band met haar en de instellingen. Hij dichtte tal van gelegenheidsgedichten zoals 'Uw feestdag moeder Euverste, is' en 'Jubilé was rust te zeggen' waarvan ze een afschrift bewaarde in een album. Ze overleed in 1891 en werd opgevolgd door haar nicht Zuster Salomé..
Relatie tot Gezellecorrespondent; gelegenheidsgedichten

Naam - plaats

NaamKortrijk
GemeenteKortrijk

Titel - ander werk

TitelWestvlaamsch idioticon
AuteurDe Bo, Leonard Lodewijk
Datum1873
PlaatsBrugge
UitgeverGailliard

Titel10/08/1882, Kortrijk, Marie Ida Jacobina Daerden aan [Guido Gezelle]
EditeurStefaan Maes; Marc Carlier; Universiteit Antwerpen
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2023
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
VerzenderDaerden, Maria Ida Jacobina
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatum10/08/1882
VerzendingsplaatsKortrijk (Kortrijk)
AnnotatieAdressaat gereconstrueerd op basis van de aanhef.
Fysieke bijzonderheden
Drager 2 enkele vellen, enkel vel 1: 103x133 ; enkel vel 2: 103x134
papiersoort: 2 zijden beschreven, inkt
Staat volledig: brief verknipt tot twee taalkundige fiches en gereconstrueerd
Toevoegingen op blanco zijde 2 links: taalkundige notities: Bok/tarwe // Staat by DeBo (inkt, verticaal, hand G.G.); op blanco zijde 4 links: taalkundige notities: Bosseboom/brood, het // brood waarin veel safraan // is Overst. S. Jans. p. (inkt en blauw potlood, verticaal, hand G.G.)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief3322, B fiche 121 + 3586, Bosseboombrood
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|15975
Inhoud
Incipitzoudt gij willen de goedheid
Tekstsoortbrief
TalenNederlands
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.