Siffer heeft die kwa gewente van, onverzocht, boeken te zenden, op hope dat de ontvanger ze zal betalen. Dat kan, dat zal wel zijn spel zijn. Mr. Cuppens en heeft mij, ik en heb Mr Cuppens daar niet van gesproken. Ik zal hem uwe postkaart, of den inhoud daarvan, overzenden. Het doet mij zeer groot genoegen dat onze vertalinge u aanstaat.
Weet gij niet wat de jongens colijksteentjes[1] (Brugge Veurnambacht[2]), hemelsteentjes (Poperinghe), geluksteentjes (Kortrijk, Audenaarde) heeten. Men vindt ze onder ander in de poteerde, sommigen zwelgen ze in, tegen het darm wee, colica passis; smijt gij ze weg, "ge smijt uw geluk weg", enz. Jacob Grimm noch Simrock en weten daar niets van. Ge weet dat, volgens het Grieksch wangeloove, p2de adamas (diamant) den drager ervan ontembaar, onoverwinnelijk maakte, de amethystus belette het dronken worden, enz. Hoe eeuwenoud en kan dat eenvoudig kinderwangeloove niet zijn? En hoe schoon en bewijst het niet dat bij onze heidensche voormenschen al dat ze dachten dat het van of nabij God kwam heilig en de menschen deugddoende was? De stomme hedendaagsche nieuwe heidenen non sic[3]