<>

1918-02-01 (1 bericht)

> | Vrijdag 1 februari '18.
Heel de Gemeenteraad van Gent heeft in een vlugschrift krachtig geprotesteerd tegen de handelwijze dergenen, welke zichzelven bestempelen met den titel van "Raad van Vlaanderen," en zulks in naam der overgroote meerderheid van de Belgische bevolking, die trouw blijft aan den koning en de regeering van het land. Tot hiertoe hebben de activistische-duitschgezinde couranten er geen woord over gerept.
Gedurende een der laatste bommenaanvallen op St. Denijsplein is een Engelsch vliegtuig met den inzittende opgebrand. Het werd van vijf kanten tegelijk bestookt. Ontkomen was onmogelijk. Welingelichten beweren, dat de luchtvaarders, welke Gent en omliggende streken aanvallen, Vlamingen zijn, beter dus dan vreemdelingen met de plaatselijke oorden en bijzonderheden bekend, en dat deze er ook een was.
Het bericht werd hier verspreid, dat mijn klein-neef René — zoon van Cyriel Buysse — gesneuveld was. Na genomen inlichtingen is het gelukkiglijk niet waar.
Al de nog voorhanden zijnde wol moet tegen 15 dezer afgeleverd worden. Uit de witgoedwinkels is alles thans gepakt, behalve kanten en fantaisie artikelen, tot doopkleeren en zeeverlappen toe.
Merkwaardig is het om hooren vertellen, hoe het op kasteelen en in burgershuizen toegaat tusschen de ordonnancenoorsp.: ordonancen en de meiden. Deze krijgen van den inwonenden soldaat allerlei hulp: kolen halen, water pompen, medeschuieren en schotelwasschen, enz. Doorgaans zijn het beschaafde jongens, vriendelijk in den omgang. De jonge meiden zijn er mede ingenomen en weten niet wat uit te zoeken om tegendienst te bewijzen: een warme plaats in de keuken; de eerste geut op de koffie; een boterham, dik belegd, van het wit brood der ziekelijke meesteres; de room van de melk; het afgetrokken bier. Ook de oudere dienstboden — keukenmeiden bij voorbeeld — die heel hun leven stil, deftig en ingetogen zijn geweest, veranderen bijwijlen heelemaal. Hun hoofd geraakt op hol, ze lachen en schertsen uitgelaten. Andere stellen stout hun kandidatuur tegenover jeugdige kamermeiden of helpsters, treden uitdagend in wedstrijdoorsp.: wetstrijd, zoodat de meesters er wel eens vermanend — als ze durven — moeten tusschenkomen.
Elders gaat het vaak in vrede en vriendschap. De soldaat vertelt zijn wedervaren, klaagt over zijn majoor of kapitein, of verheugt zich over dezes goedheid, toont de portretten van zijn vrouw en zijn kinderen; belooft nieuws van zich te geven, na 't einde van den strijd en gezelligheid tusschen de vijanden ontstaat van lieverlede.
Met de eerlijkheid der vroegere beproefd eerlijke meiden is het erg gesteld. Vele veroorloven zich het ondergoed der dames van het huis te dragen, indien de smadelijke voorzorg niet genomen is het achter slot te bergen. Schoenen worden gevonden, geschaard of scheefgeloopen; kousen zorgvuldig versteld weggelegd, vertoonen gaten bij 't ontplooien en meer dan eens steekt de vinger door den tip van een handschoen, als zondagtooi gebruikt.
Ook sommige burgers laten zich verlokken tot een — hun gunstigen — vertrouwelijken omgang. Ik ken een vriendenhuis, waar de ingekwartierde officier het met de dame eens is om aan de koperzoekers te verklaren, dat een met koper beslagen kachel voor zijn persoonlijk gebruik dient, en hij dien niet wil afgeven. De ordonnans hangt zijn uniform op een bronzen groep; ze aldus verheimelijkend; anderen steken voorwerpen, welke de eigenaren uit de plundering redden willen, in hun eigen valies of onder hun peluw.
Groote verduisteringen zijn in het Slachthuis ontdekt; de bestuurder wordt verdacht en een onder-officier Ganzert genaamd, is in hechtenis genomen, ook nog een andere bediende.
Koud, mistig weder. In het Stadspark begint nochtans — en dit voor de vierde maal sinds onzen rampspoed — het leven op de heesters uit te botten. De meerle zingt, de meezen — altijd de vroegsten — heffen hun voorbarigen lentezang in de nog doorzichtige struiken aan.
Vele soorten van artsenij zijn niet meer te krijgen; wat er voorhanden is, kan vaak niet doelmatig worden gebruikt, zoo vervalscht is het, daarbij kost het peperduur. Bitter klagen de heelmeesters, die operatiën moeten doen en de patienten niet behoorlijk voelloos maken kunnen. Het wordt hoe langer hoe moeielijker om zich vleesch aan te schaffen.
<>
Lettergrootte: [-a] [standaard] [A+] Stijl: [L<-R][L- >R]

Kalender

1918
<<februari>>
ZoMaDiWoDoVrZa
     12
3456789
10111213141516
17181920212223
2425262728  
       
logo CTB