<>

1917-06-01 (1 bericht)

> | 1 Juni Vrijdag '17.
Een oorverdoovende knal wekte mij gisteren avond uit den eersten, zwaren slaap. Heel de noorderhemel was bloedrood net als bij opmerkenswaardigen zonsondergang, van uit mijn ramen zag ik het. Bons op bons weerdonderde, heel het uitspansel was éen bombardement.
De meid kwam in mijn kamer geloopen.
"Het zal wel best zijn, dat wij beneden gaan," zei ik, zonder de geringste ontsteltenis, wat aanstekend werkte en maakte dat zij ook haar kalmte behield.
Ik nam in haast een paar sjaals mede. Op de trapzaal — langs den zuidkant — scheen de nog niet volle maan uit een schier daghelderen hemel op het graspleintje, dat als verzilverd glom; ze blonk op het zink der platteformen en teekende de lijnen der dakgoten in lichtstrepen af...
Een heerlijk-pure zomernacht!
"It is a moment only for the good!" lispteoorsp.: lispde [284]
[284]Loveling gebruikt in dit dagboek zowel 'lispen' als 'lispelen'. Hier gebruikte ze het eerste maar vervoegde het zoals het tweede en schreef 'lispde'. De correctie 'lispte' is dus maar een van de twee mogelijkheden.
het in mij Byron na... "en de menschen schieten moordend op elkaar!!" Beneden in de suite waren langs elken kant de blinden toe, het was er vatbaar zwart. Tastend vond ik een stoel.
"Waar zijt gij?" tot oorsp.: de Suzanne.
"Hier," antwoordde zij, wat mij geen duidelijk bescheid gaf.
Maar nu kwam 't mij voor, dat ik toch iets witachtigs zag schemeren: haar slaaphemd zeker: "Hebt ge een doek om ten minste?"
"Neen, neen, ik heb geen kou," maar ik hoorde haar tanden klappend sidderen. Ik hield een mijner sjaals op goed geluk uit en voelde onzekere vingers die naar hemoorsp.: ernaar en hem grepen. "Ontsteek gas, al is 't verboden."
"Er zijn hier geen stekskens (lucifers)," zei ze. En boven onze hoofden, in 't bulderend, ondoordringbaar duister, was het een hevig kruisvuur door het hemelruim: doffe verre slagen, ontploffingen, zoo dicht bij, dat de grondvesten der woning dreunden en de gesloten deuren geschud werden onder het aanhoudend luchtgedaver.
Eensklaps storten glasscherven neer. Ze komen van de aanpalende serre. Er zijn al lang veel ruiten gebarsten. Vallen ze nu van den weerbots der knallen of is er een stuk shrapnell ingeslagen?
Wij zullen 't morgen zien.
Wij wisten toen niet juist hoe laat het was. En ik begin te berekenen welk half uur — éen klop — daar zoo even op de pendule 't jinkte toen ik op de trapzaal uitkeek, helde de maan reeds naar het westen toe. Enkele starren van eerste grootte alleen, als kleine lichtstipjes waren te zien: Regulus uit den Leeuw niet heel verre meer van den horizont; Arcturus en Spica deze uit het sterrenbeeld van de Maagd in den Dierenriem; zij gaat immers op éen Mei om 9 uur aan de middaglijn voorbij. Ze is er over; de weegschaal — heelemaal onzichtbaar thans — kan er nog niet aan wezen... laat zien: het moet half elf zijn geweest.
Inderdaad, later sloeg het elf.
Er was een schorsing van geschut ontstaan. Toch bleef ik nog beneden, als bij ingeving gewaarschuwd dat het gevaar niet over was. En weldra herbegon het ploffend, krakend ontzettend lawaai, geweldiger dan te voren. Om twaalf uur hield het bijna op.
Het geklepper van de vliegers verwijderde zich. In de verre verte nog door hun vervolgers nagevuurd met doffe en immer doffer schoten.
Terug naar bed. Geen slaaplust meer of beter gezegd lust genoeg maar zonder goed gevolg: Kanon, kanon! dreunend op groote afstand en...
Gedurende heel dat uur van elf tot middernacht was er niet het minste menschengerucht verneembaar geweest. Akelige levensstilte bij verdelgend bommenwerpen en afweergeklets.
Een stuk ijzer — niet groot — scherp getand, lag heden op het grasplein, het heeft een ruit op de serre gebroken en is daarop naar beneden gerinkeld langs het glas. De kinderen spelen met opgeraapte stukken metaal op de straat.
Het is tien uur, — smorgens — terwijl ik dit schrijf wordt er opnieuw geschoten, knal op knal naar vliegeniers — dood-en-verwoesting-aanbrengers.
Een groote troep soldaten trekt op naar 't front. Oorverdoovend klaroengeschal, dat voorafgaat, moet beduiden, dat zij onverschrokken het vuur te gemoet trekken.
<>
Lettergrootte: [-a] [standaard] [A+] Stijl: [L<-R][L- >R]

Kalender

1917
<<juni>>
ZoMaDiWoDoVrZa
     12
3456789
10111213141516
17181920212223
24252627282930
       
logo CTB