<>

1917-10-22 (1 bericht)

> | Maandag 22 oct. '17.
Gisteren avond omstreeks half tien bommenhagel en afweergeschut. Achtendertig slagen, toen was het uit. Een houwitser is gevallen in de Nassaustraat, juist voor het huis, dat ik over de tuinen van uit mijn bovenkamer zie. Niet ontploft.
Wij hooren bestendig van allerlei onrustwekkende dingen. Zoo kwam verleden week op een morgen, een senator in open rijtuig, vergezeld door zijn gehuwde dochter tusschen Baarle en Drongen naar Gent toe. Een groentekar reed voor hen op korten afstand, drie kinderen zatenoorsp.: zater er in.
Eene bom is ook gevallen in de Smisstraat, bij St. Pieters Station op het voetpad en gerold in de kelder van het huis. De bewoners lagen te bed, zijn onbezeerd.
Het Palace Hotel, waar gekwetsten lagen, is voorzichtigheidshalve heel ontruimd.
Eensklaps weergalmt een groote slag. Het paard van de groentekar valt dood en tusschen de twee gespannen vallen nog drie kogels neer: verloopen kogels van afgelegen oefeningen naar het luidt.
Den 16 dezer — dinsdag heeft de Vlaamsche Hoogeschool de eerste verjaring van haar bestaan gevierd: muziek en zang. Rede van den Rector Hofmann over rassenbewustzijn. Er zijn honderd acht en dertig studenten ingeschreven naar men zegt.
Vijf lagere scholen zijn er hier reeds ten behoeve der bezetting in beslag genomen. Andere zullen volgen; zoo ook het St. Amandsgesticht, een katholieke kunstacademie, is reeds door de leerlingen ontruimd. Door een verordening is verboden nog in bestuurlijke zaken in 't Fransch te corresponderen. De Franschquillons, op wier molen iets dergelijks koren is, overdrijvenoorsp.: overdrijvend den zin van dat bevel moedwillig en beweren, dat het franschspreken ook zelfs niet meer geschieden mag.
Ze beschimpen te dezer gelegenheid de volkstaal. Jammer voor de Vlaamsche zaak, dit alles, zij op haarzelve zoo rechtvaardig rechteisschend. Hoeveel jaren zou ze wel met dergelijke toestanden en verordeningen achteruit gedrongen zijn, indien zij van dien stoot achteruit ooit opstaat?
Akelige geruchten loopen rond van marine- en andere soldaten, die, wederspannig bevonden, in de Schijfschieting zouden doodgeschoten zijn; van zelfmoorden onder 't militair...
Een opgëeischte arbeider, echtgenoot mijner naaister, die reeds een jaar gedwongen in Frankrijk voor de Duitschers werkzaam was, kwam den zaterdag 13 dezer onverwacht met verlof terug.
Groote vreugd bij zijn jonge vrouw — een prachtig mooie, pas gehuwd voor zijn vertrek. Den dag daarop was er groote vergadering te hunnent: familieleden en buren zaten de tamelijk ruime keuken vol, verduisterd door den tabaksrook. En vertellen moest hij, vertellen van zijn wedervaren en zijn leed.
Een der toehoorders deelde mij het volgende er over mede; vele opgëeischten sterven er, ook soldaten in de lazaretten; ze worden begraven den een op den anderen in ondiepe putten en met kalk overstrooid. Het gebeurt, wanneer het regent, dat gedeelten van de lijken zichtbaar zijn. Hij, de weergekeerde, was steeds moedig geweest, had nooit straffe opgeloopen. Hij ziet er goed uit met zijn volgroeiden baard, ondanks allerlei gebrek en den honger, dien hij geleden heeft: nooit aardappelen, tenzij doorgestoken in dunne soep. Wie schillen vond, raapte ze op om rauw te eten. Velen maakten jacht op mollen met hetzelfde doel. Soms bestond hun middagmaal uit het vierde eener groote kool. Ze lijden ook veel kou in hun houten slaapbarakken, onvoldoende gedekt als ze zijn...
<>
Lettergrootte: [-a] [standaard] [A+] Stijl: [L<-R][L- >R]

Kalender

1917
<<oktober>>
ZoMaDiWoDoVrZa
 123456
78910111213
14151617181920
21222324252627
28293031   
       
logo CTB