<>

1915-12-16 (1 bericht)

> | Donderdag 16 december '15.
Eergisteren was ik op een vriendenavondmaal. De gastheer schepen der stad Gent, deed het volgende verhaal van het door hem bijgewoonde in het verleden jaar. In het begin van den oorlog zijn in de schermutselingen te Landegem en te Meerendree ettelijke Belgen gesneuveld, onder dezen bevonden zich twee officieren van het korps der gidsen, vermisten, uit den adelstand. Door bemiddeling van den verteller verkreeg de familie van de duitsche overheid oorlof om opzoekingen te doen, zelfs een geleide van soldaten daartoe. Hij zelf ging mede ter plaats. Beide officieren waren op het einde der twintig oud. De eene droeg den naam van Orley, de andere heette geloof ik Wittock. Juist achter de brug, die de twee gemeenten scheidt, in den tuin van een klein kasteel, veel lager liggend dan de steenweg, ging men over tot de ontgravingen. Het jonge vrouwtje van een der verdwenenenoorsp.: verdwenen wachtte in een herberg van het dorp den uitslag af, terwijl hare twee tantes de akelige groep der zoekenden moedig begeleidden.
Het duurde niet lang: op de plaats aangeduid door ooggetuigen der ter aardebestelling vond men de eerste lijken, allen in hetzelfde graf, niet dieper dan vijftig centimeters. Het waren simpele soldaten. Nog een laag werd uitgedolven en nog eene. Ha! geheel van onderen kwamen blinkende borduursels te voorschijn: Twee officieren, de eerste was het voorzeker niet, dien ze zochten. De ander krookte dubbel toe, zoodra uit den grond gelicht: de ruggegraat was doorschoten. Een flinke gestalte moet het zijn geweest — evenals de anderen lag hij zonder omhulsel met aarde bedekt: bezoedeld, bebloed, paars en groen het gelaat geworden.
De omstanders zagen toe. De tantes keken. Ze twijfelden. De beambte vergezellende voelde in de zakken naar een persoonsbewijs. Er stak niets meer in, geen enkel muntstukje. Zijn horloge ook was verdwenen; geen schoenen en geen kousen meer. De ringen waren afgetrokken met zulke brutale handen, dat de huid van zijn vingers was meegerukt.
Sidderend stonden de twee dames daar en dorsten niet meer nader treden om de ontheiliging beter waar te nemen, terwijl de duitsche ontgravers, in hun grijze uniformen op hun spaden leunend, een nieuw bevel afwachtten:
"Mijnheer de schepen," sprak eindelijk, aarzelend, eene der tantes, "wilt gij eens naar zijn teenen zien: de voorlaatste teen ligt over den tweeden gekruld... indien hij het is," besloot ze met een laatste flikkering van hoop dat hij 't niet wezen zou, "ik heb het zoo dikwijls bemerkt, als hij, uit zijn badje genomen, op mijn schoot zat."
En de schepen knikte "ja het is zoo", opkijkend na te hebben gebogen over het lijk. Het werd gelegd in de gereedstaande kist, die open bleef.
Maar nu moest het jonge weduwtje verwittigd worden.
Wie van hen zou het gaan aanzeggen en hoe?..
De schepen en de tantes begaven zich schoorvoetend naar de herberg. Hun houding, hun neergezonken hoofden hadden haar moeten inlichten... en zij hoopte nog! Ze vloog naar den schepen en met verkropte stem: "Niet waar, mijnheer, ge hebt hem niet gevonden, niet waar hij is niet dood?"
Niemand sprak. Toen zei de oudste der tantes: "hun kind!" en trok het hoofd der bedrukte op haar schouders.
Ze richtte zich spoedig op. Ze weende niet, ze snikte niet: "Ik wil hem zien," verklaarde zij vastberaden.
Er was geen tegenhouden aan en alle vier gingen ze naar het klein kasteel. Sprakeloos keek ze in de kist, diep hijgend, krampachtig de hand van eene der oudere dames vasthoudend tot steun.
Deze zei, radeloos rondziende: "Ach, er is hier geen geestelijke om hem den laatsten zegen te geven, ten minste," en naar den schepen gewend: "Mijnheer, hij was zoo godvruchtig!"
"Mevrouw," antwoordde deze, diep ontroerd, "bid een Onze Vader voor hem, gij zelve."
Ze vouwde de handen, wat de twee vrouwen haar nadeden. De beambte, een vrijdenker, nam den hoed af en met ietwat bevende, plechtige stem bad de tante: "Notre père, qui êtes aux cieux, que votre nom soit sanctifié, que votre règne nous arrive, que votre volonté soit faite au ciel comme sur la terre, enz,..."
<>
Lettergrootte: [-a] [standaard] [A+] Stijl: [L<-R][L- >R]

Kalender

1915
<<december>>
ZoMaDiWoDoVrZa
   1234
567891011
12131415161718
19202122232425
262728293031 
       
logo CTB