<>
1916-02-04 (1 bericht)
> | Vrijdag 4 februari '16.
Het station van St. Pieters is gesloten voor alle burgerlijk verkeer. De handelaren van 't omliggende krijgen nog slechts een pasport voor een enkelen dag.
Dezen nacht slapeloosheid. Hevig windgeloei in de boomen van het Park en omheen de daken van de huizenrij. Opeens mitrailleuzelawaai. Het duurde enkel eenige oogenblikken. Het was 't eenig gerucht van den nacht.
Eigenaardige geestestoestand: diep gevoel van vereenzaming en toch naar niemand verlangen. Bij dage naar elken belklank luisteren: "Och, dat ze mij gerustlaten..." en toch blij wezen, als het bezoek dat van een dierbare is.
[181] met alle denkelijke kracht gehecht aan het bestaan; met een onuitsprekelijke vrees voor den dood bezield, hunkeren naar een eeuwig leven.
[181]Hier ontbreekt een stuk tekst.
Wie kent niet het genot verlammend weg te zinken in gevoelloosheid van slaap, met het oprecht verlangen nooit meer uit dien slaap op te rijzen en huiveren bij de voorstelling der algeheele vernieling van u zelf?...
"Waarom trekken ze dezen uit het water, die den grooten sprong gewaagd hebben," zei mij een jonge naaister, die zich korts te voren wanhopig in de Leie had geplonsd.
Telkens denken zeker velen in dezen benarden tijd bij het ontwaken:
"Waarom heropgewekt worden tot de bewustheid, na tijdelijke levensopschorsing, indien het leven geen vreugde met zich meer brengt?..."
[182] schuldige wensch: "Waarom trekt er geen vliegtuig over de stad, waarom wordt er geen bom geworpen, eene dicht hierbij in het Park, of op het plein, waar ze geen menschen treffen kan en geen schade aanbrengen?... of beter misschien nog op mijn eigen hoofd... ach neen, dát niet, maar een rukwind, die den windwijzer boven de vorst van mijn dak krijsschend ronddraaien doet, een gierende storm in de kruinen van het Park... al klepte er enkel een kloosterklokje in de buurt... iets ten minste iets als afwisseling voor het gehoor.
<>[182]Ook hier is de tekst onvolledig.