<>

1915-10-24 (1 bericht)

> | Zondag 24 october '15.
De melkboer is zijn paard afgepakt; een oude knol is aan zijn kar gespannen. Hij vertelt hachelijke dingen: te St. Denijs vijf en veertig minuten gaans van zijn hofstede zijn al de bewoners der gemeente, inbegrepen de kasteelheeren verwittigd, dat ze binnen de drie dagen moeten vertrekken, omdat al de huizen zullen afgebroken worden benevens alle boomen afgezaagd. Hij was bleek van schrik, zei de meid. Geloofbaar is een dergelijk vooruitzicht niet. Ik schrijf het enkel op om — indien ik het einde van den oorlog beleef, mij te kunnen verplaatsen in den vreestoestand voor het huidig schrikbewind.
Mistig weder, de bladeren der platanen vormen een vochtig, glad tapijt op de Citadellaan. Nieuwverwelkte dwarrelen er bestendig bij. Ruiters rijden op de aardepaden, aan de voetgangers alleen voorbehouden. Een opeengedrongen afdeeling soldaten komen aan, de hoogte op. Ik tel er honderd. Ze groeten met den schoppenden paradestap een officier te paard. Ze trekken naar het front. Het is te zien aan hun zwaar beladen zijn en aan de witte pakjes, die aan hun zijde hangen te bengelen.
Ze zingen: "Zum Rhein, zum Rhein!" Luid galmen enkele klanken schril boven alle andere uit. "De profundis clamavi!" TAAL:LATIJN klinkt het in mijn oor.
Ik ontmoet een bekende met zijn vrouw op de brug over de Oude Schelde. Wij hebben elkaar in lange niet gezien. Het gesprek loopt als immer over den oorlog, over de duizend ons dreigende gevaren. "Och," zegt de dame, "mijn grootste bekommernis bestaat in de vraag, of ik moedig zou kunnen sterven, indien ik voor een peloton soldaten stond."
"We zijn toch geen dag zeker van hetgeen ons wacht," zegt de heer en hij deelt mede: "Dokter Dupureux is in hechtenis genomen, nadat heel zijn woning was doorzocht. Hij zit opgesloten buiten alle gemeenschap, mag zelfs zijn advocaat niet zien."
"Hij is progressist, niet waar?"
"Ja, mede opsteller van het "Journal de Gand"."
Wat zullen wij nog vernemen! In den namiddag komt een bezoeker van Eecloo en hij verhaalt, wat ik reeds onvolkomen wist. Veertien dagen geleden moest de burgemeester van de stad op bevel, al de vakmannen voor 't bouwen van huizen ten stadhuize samenroepen. Een honderzeventigtal beantwoordden het bericht. Ze moesten aan het front werken gaan uitvoeren ten behoeve van het leger aan twee frank daags.
"Te weinig," vond de woordvoerder der beroepsmannen, "laat de stad er twee frank bijvoegen." Burgemeester en schepenen stemmen toe. Die man komt buiten en ontmoet dengene, die 't mij mededeelt.
"Waarom doet ge zulke voorstellen?" verwijt hem deze.
Ondoordacht had hij gehandeld. Intusschen komen ook zijn kameraden aan, die wel ondereen hebben gemurmeld, maar niet durven spreken gedurende de beraadslaging:
"Verrader," werpen zij hem toe.
Allen verklaren, dat ze weigeren te werken en blijven thuis op den gestelden dag.
Nieuwe bijeenroeping der arbeidslieden.
Vijf en twintig verschijnen er op 't Stadhuis. Ze zullen hun rechten verdedigen... maar de deur wordt gesloten en hun verklaard, dat ze gevangen zijn en gedwongen 's anderdaags naar de werken te gaan, dat hun geen leed geschieden zal. Een schepen heeft verklaard, dat de bezetting dergelijke aanhoudingen niet doen mag. Opstand der vrouwen van het gepeupel nu. Overrompeling van het hotel "Groenen Bogaard", waar de duitsche overheden logeeren. De wijven schelden, roepen, tieren, slaan met de vuisten op de tafels, schreeuwen, dat ze hun mannen, hun broeders, [152]
[152]De voorgaande passage vanaf: 'Zondag 17 oct. 1915. Bezoek van een hollandsche vriendin' komt in licht gewijzigde vorm nog eens voor in het manuscript: UBG, HS 4115 map 3.
hun zonen moeten wederhebben!...
De Duitschers trachten ze met zachtheid te stillen. Het gelukt niet.
Nu komen soldaten ter verdediging bij, stooten de oproerige, verwoede "leeuwinnen," noemt ze de verteller, met de kolven van het geweer tot op de straat en verder achteruit. Maar ze grijpen de geweren, onversaagd, vast en worstelingen ontstaan.
De burgemeester nadert. Nu gaat het er op los tegen hem!
Mannen en wijven roepen: "Verrader, slaat hem dood, hij is aan de Duitschen verkocht!" Zijn hoed wordt hem van 't hoofd geslagen en hij vlucht zijn huis in...
Een vreedzame burger-toeschouwer kreeg bevel zich te verwijderen. Hij deed het slechts eenige stappen ver en ontving een slag met het plat der bajonnet van een soldaat, dat het bloed van zijn aangezicht gudste.
Hij ook ontvlamde in toorn en greep naar de geweerkolf van den soldaat. Voor de overmacht van andere toegeschoten militairen moet hij het onderspit delven. Hij zit gevangen in Duitschland.
<>
Lettergrootte: [-a] [standaard] [A+] Stijl: [L<-R][L- >R]
logo CTB