<>

1915-09-04 (1 bericht)

> | Zaterdag 4 september '15:
Rouwbrieven worden thans niet meer of hoogst zelden verzonden. De aankondiging van overlijden komt, zooals in Holland, op de laatste bladzijden der kranten voor, wekelijks staan er nu van gesneuvelden op het veld van eer, namen en aanduidingen: autogeleider, vrijwilliger, corporaal, soldaat bij het zooveelste regiment, en leeftijd: 17 jaar, 22, 23, 28, enz. gestorven den 3 nov. 14, den 17 februari 15, den 19 oct. 14... te...
Helaas! zoo traag kwam aan de belanghebbenden het hachelijk nieuws toe.
Het hart bloedt telkens bij het lezen van zooveel jeugdig krachtverlies, bloedt van medelij met de smart der rouwende onbekenden...
Gisteren was het de beurt van Pégoud. Een korte melding: "men schrijft uit Parijs 31 augustus, "De vlieger Pégoud is gedood."
Wat wekt die eenvoudige naam jonge herinneringen op, zoo overheerlijk en zoo melancolisch nu! Was het niet den tweeden zondag van november 1913, dat Pégoud hier zijn triomftocht deed over het St. Denijsplein, na het sluiten der Wereldtentoonstelling? Ja zeker. Een heerlijke herfstdag, koesterende zon door lichten hemelsluier de gele bladeren met goudglans tooiend en het waas over de ontbladerde kruinen met mauve tinten kleurend.
Heel de stad was op de been, langs den heerweg, die door huizenrijen, villas en onbebouwde akkers leidt, liep een stroom van menschen, bestendig verontrust, op zijde getoet door elkaar vooruitschuivende autos, ook soms tot stoppen gedwongen door de belemmering van diligences, rijtuigen en karren van alle slag, alles dezelfde richting volgend.
En welke mooie dames op het plein: een uitstalling van luxe en levensgenot. Vele, heel vele vreemden waren er nog. Alle oogen naar boven gericht, allen hadden geijverd om de beste plaatsen aan den afsperdraad te verkrijgen.
Welk een belangstelling toen hij ginder verre aan den overkant van het plein opsteeg, de onversaagde! Welk een gejubel, zoodra hij hoog in de lucht zijn rondzwenkingen en buitelingen begon te doen, plots schijnend neer te vallen om behendig — aan een zwaluw gelijk — weder op te zweven in stoute spiralen, fraai voor den aanblik, vertrouwend gevend, in schijn elke mogelijkheid voor gevaar verwijderend.
En na het volbrachte, hoe hij traag rondreed, rondom het plein, getooid met zijn platten hoofdlap en zijn zonderlinge wanglappen, op den rugwand van een auto gezeten, uitstekend boven de in de handen klappende bewonderaren! Hij lachte blij hen toe; met den arm zwaaide hij hun dank. Zijn portret — zonder en op een toestel in alle houdingen — werd aangeboden en verkocht. Arme, dappere Pégoud, hij ook gestorven voor het vaderland!
Hij was acht en twintig jaar oud.
<>
Lettergrootte: [-a] [standaard] [A+] Stijl: [L<-R][L- >R]
logo CTB